AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Verklaring van doodslag met vrijspraak van diefstal na fatale steekpartij in Ypenburg
Op 4 december 2015 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak tegen een 33-jarige man die beschuldigd werd van doodslag op zijn zwager, gepleegd op 8 april 2015 in Ypenburg. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 8 jaar. De feiten van de zaak zijn als volgt: op de bewuste dag werd het stoffelijk overschot van het slachtoffer, de zwager van de verdachte, aangetroffen op een bedrijventerrein aan de Laan van Waalhaven. Het slachtoffer had meerdere steekwonden en er was sprake van fors bloedverlies. De verdachte meldde zich kort na de daad bij de politie en bekende de moord. Hij verklaarde dat hij de zwager met een klauwhamer had geslagen en vervolgens met een mes had gestoken. Tijdens het onderzoek werd vastgesteld dat het bloed op de wapens van het slachtoffer afkomstig was.
De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor de diefstal van een geldbedrag uit de portemonnee van het slachtoffer, wat leidde tot vrijspraak van deze aanklacht. De rechtbank concludeerde dat de doodslag niet gepleegd was met het oogmerk om geld weg te nemen, waardoor de kwalificatie van gekwalificeerde doodslag niet kon worden bewezen. De verdachte werd wel schuldig bevonden aan doodslag, wat resulteerde in de opgelegde gevangenisstraf. De rechtbank hield rekening met de omstandigheden waaronder de daad was gepleegd, de relatie tussen de verdachte en het slachtoffer, en de impact van het delict op de nabestaanden. De rechtbank legde ook een schadevergoeding op aan de benadeelde partij, die de gevolgen van het delict heeft ondervonden.
Voetnoten
1.Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena(a)r(en). Waar wordt verwezen naar het Ambtshandelingendossier, betreft dit de pagina’s van het proces-verbaal Ambtshandelingendossier met het nummer PL1500-2015106653, van de politie eenheid Den Haag, Dienst Regionale Recherche, afdeling Generieke Opsporing, met bijlagen (doorgenummerd p. 1 t/m 307). Waar wordt verwezen naar het Forensisch dossier, betreft dit de pagina’s van het proces-verbaal met het nummer PL1500-2015106653, van de politie eenheid Den Haag, Dienst Regionale Recherche, afdeling Generieke Opsporing, met bijlagen (doorgenummerd p. 1 t/m 310). Waar wordt verwezen naar Algemeen Dossier betreft dit de betreft dit de pagina’s van het proces-verbaal Algemeen Dossier met het nummer PL1500-2015106653, van de politie eenheid Den Haag, Dienst Regionale Recherche, afdeling Generieke Opsporing (doorgenummerd p. 1 t/m 24). Waar wordt verwezen naar Verdachte Dossier betreft dit de betreft dit de pagina’s van het proces-verbaal Verdachte Dossier met het nummer PL1500-2015106653, van de politie eenheid Den Haag, Dienst Regionale Recherche, afdeling Generieke Opsporing (doorgenummerd p. 1 t/m 74).
2.Ambtshandelingendossier, p. 16.
3.Algemeen Dossier, p. 5.
4.NFI-rapport d.d. 6 mei 2015, Forensisch dossier, p. 301.
5.NFI-rapport d.d.16 april 2015, Forensisch dossier p. 117 en 119.
6.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 8 april 2015, Ambtshandelingen, p. 21-23.
7.Proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 8 april 2015, Verdachte Dossier, p. 26-27.
8.NFI-rapport d.d.16 april 2015, Forensisch dossier p. 301.
9.De benadeelde partij heeft desgevraagd medegedeeld dat zij de op de nota van Uitvaartverzorging [bedrijf] d.d. 21-04-2015 opgevoerde kredietkosten van 3% heeft betaald, omdat zij de nota niet voor 5 mei 2015 heeft voldaan.