In deze zaak heeft de Stichting Bureau Krediet Registratie (BKR) een kort geding aangespannen tegen Dynamiet Nederland B.V. wegens vermeende misleidende reclame en merkinbreuk. BKR, dat het Centraal Krediet Informatiesysteem beheert, stelt dat Dynamiet onjuiste claims maakt over het verwijderen van BKR-registraties, inclusief terechte registraties. De procedure begon met een dagvaarding op 18 september 2015, gevolgd door een mondelinge behandeling op 2 oktober 2015. BKR vorderde dat Dynamiet zou worden geboden om misleidende mededelingen te staken en gestaakt te houden, met een dwangsom en veroordeling in proceskosten.
Dynamiet verdedigde zich door te stellen dat zij gerechtigd is om te claimen dat zij ook terechte BKR-registraties kan verwijderen, en betwistte dat haar uitingen misleidend zijn. De voorzieningenrechter oordeelde dat de gemiddelde consument niet zal aannemen dat Dynamiet zelf toegang heeft tot de registers en dat de uitingen niet misleidend zijn. De rechter concludeerde dat de vorderingen van BKR op basis van misleidende reclame niet toewijsbaar zijn, en dat er ook geen sprake was van merkinbreuk, aangezien het beroep op merkrechten niet kan slagen zonder misleidende reclame.
Uiteindelijk wees de voorzieningenrechter de vorderingen van BKR af en compenseerde de proceskosten, zodat iedere partij zijn eigen kosten draagt. Dit vonnis is uitgesproken op 27 november 2015 door mr. E.F. Brinkman.