Uitspraak
Rechtbank den haag
1.Het verloop van de procedure
2.2. FeitenDe kantonrechter gaat uit van de volgende feiten.2.1 Mozaïek Wonen is een toegelaten instelling als bedoeld in artikel 70 Woningwet en is eigenaresse van de woning gelegen aan de [adres] te [woonplaats] . Mozaïek Wonen verhuurt deze woning sinds [2012] aan [gedaagde] . Op de huurovereenkomst zijn de Algemene Huurvoorwaarden (versie 2004) van Mozaïek Wonen van toepassing verklaard. De verschuldigde huurprijs voor deze woning bedraagt op dit moment € 466,09 per maand.
2.3 [gedaagde] is via een zogeheten “zorgdakconstructie” bij Mozaïek Wonen terecht
2.8 De omwonenden hebben de overlast ook dikwijls gemeld bij de politie. Twee
2.9 Op 16 maart 2015 heeft Mozaïek Wonen een verzoek ingediend bij Adviesburo
2.12 Mozaïek Wonen heeft [gedaagde] op 21 mei 2015 schriftelijk uitgenodigd voor een gesprek, omdat hij zich niet aan de afspraken van 24 maart 2015 hield. Dat gesprek stond gepland op 28 mei 2015. [gedaagde] is niet komen opdagen.
2.13 In de brief die Mozaïek Wonen heeft gestuurd op 11 juni 2015, heeft zij [gedaagde] verzocht de huur op te zeggen. Dat heeft [gedaagde] niet gedaan. Na die brief heeft Mozaïek Wonen opnieuw overlastmeldingen van omwonenden ontvangen.
2.14 Op 6 augustus 2015 is [gedaagde] door de gemachtigde van Mozaïek Wonen
3.Verzoek3.1 Mozaïek Wonen verzoekt bij wege van voorlopige voorziening, zakelijk weergegeven, dat [gedaagde] wordt veroordeeld om de woning aan de [adres] te [woonplaats] op een zo kort mogelijke termijn te ontruimen op straffe van een dwangsom. Voorts vordert zij betaling van de huur tot aan de dag van ontruiming, vergoeding van de kosten van ontruiming en de proceskosten.
3.5 Het spoedeisend belang in deze zaak is volgens Mozaïek Wonen dat van de bewoners van het wooncomplex niet langer kan worden gevergd dat zij worden blootgesteld aan het overlastgevende gedrag van [gedaagde] . Zij worden ernstig aangetast in hun woongenot door het gedrag van [gedaagde] . Hun incasseringsvermogen is danig op de proef gesteld en van de omwonenden kan niet langer verwacht worden dat zij in deze situatie moeten leven.