ECLI:NL:RBDHA:2015:12834
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Toewijzing voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot verantwoordelijkheid Hongarije
In deze zaak heeft verzoeker, geboren in 1988 en van Ugandese nationaliteit, een asielaanvraag ingediend in Nederland. De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, verweerder, heeft echter gesteld dat Hongarije verantwoordelijk is voor de behandeling van deze aanvraag. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft op 28 oktober 2015 uitspraak gedaan. Tijdens de zitting op 27 oktober 2015 is verzoeker verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde, mr. B.D. Lit, terwijl verweerder zich liet vertegenwoordigen door mr. R.P.G. van Bel. De voorzieningenrechter heeft overwogen dat er recente informatie is over de situatie van asielzoekers in Hongarije, en dat er een spoedeisend belang is om de uitkomst van hoger beroep af te wachten. De voorzieningenrechter heeft daarom het verzoek om voorlopige voorziening toegewezen en bepaald dat verzoeker niet mag worden overgedragen tot één week na de beslissing op zijn beroep. Tevens is verweerder veroordeeld in de proceskosten van verzoeker, vastgesteld op € 980. De uitspraak is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.