Uitspraak
Rechtbank den haag
1.[de vader] ,
[de moeder] ,
1.[de grootvader] ,
[de grootmoeder] ,
Rechtbank Den Haag
In deze zaak, die op 29 oktober 2015 door de Rechtbank Den Haag is behandeld, hebben de ouders van drie minderjarige kinderen een kort geding aangespannen tegen de grootouders. De ouders vorderen een contactverbod voor de grootouders, omdat zij zich negatief hebben uitgelaten over de ouders en de kinderen, en omdat zij herhaaldelijk ongewenst contact hebben gezocht. De ouders hebben in het verleden een problematische relatie gehad, maar hebben hun leven inmiddels op orde. De grootouders hebben in 2014 een verzoekschrift ingediend voor een omgangsregeling, maar zijn door de rechtbank niet-ontvankelijk verklaard. De ouders stellen dat de grootouders een negatieve invloed hebben op de kinderen en dat zij angstig worden door het gedrag van de grootouders. Tijdens de mondelinge behandeling op 21 oktober 2015 hebben de grootouders verklaard bereid te zijn zich aan de verboden te houden, maar de ouders vorderen ook een dwangsom bij overtreding van de verboden. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de grootouders gedurende één jaar geen contact mogen opnemen met de ouders of de kinderen, met uitzondering van contact via hun advocaat. Tevens is bepaald dat de grootouders zich niet negatief mogen uitlaten over de ouders en de kinderen op sociale media of andere publieke platforms. De vordering tot lijfsdwang is afgewezen, omdat dit een te ingrijpend middel is. De kosten van de procedure worden door iedere partij zelf gedragen.