Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.De tenlastelegging
.
3.Bewijsoverwegingen
- de bekennende verklaring door verdachte ter terechtzitting van 12 oktober 2015;
- het proces-verbaal van bevindingen van de politie eenheid Den Haag, d.d. 11 februari 2015 (blz. 27 en 28);
- het proces-verbaal van de Politie Den Haag, Dienst Nationale Recherche, team Forensische Opsporing, Narcotica, d.d. 17 februari 2015 (blz. 374 tot en met 376);
- het rapport identificatie van drugs en precursoren van het Nederlands Forensisch Instituut, d.d. 11 maart 2015 (blz. 377 en 378).
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de verdachte
6.De strafoplegging
7.De vordering van de benadeelde partij/de schadevergoedingsmaatregel
8.Inbeslaggenomen voorwerpen
9.De vordering tenuitvoerlegging
10.De toepasselijke wetsartikelen
11.De beslissing
24 (vierentwintig) maanden;
8 (acht) maanden, niet zal worden tenuitvoergelegd onder de algemene voorwaarden dat de veroordeelde:
[slachtoffer 1], een bedrag van € 1.049,84, vermeerderd met de gevorderde wettelijke rente daarover vanaf 23 december 2014 tot aan de dag waarop deze vordering is voldaan,
[slachtoffer 2]niet ontvankelijk is in de vordering tot schadevergoeding en dat de benadeelde partij de vordering in zoverre slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
tenuitvoerleggingvan de straf, voorwaardelijk opgelegd bij voormeld vonnis van de politierechter in deze rechtbank van 14 november 2014, gewezen onder parketnummer 09/818903-14, te weten gevangenisstraf voor de duur van
4 wekenmet aftrek van de tijd in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht.