Uitspraak
Rechtbank den haag
1.De procedure
- het tussenvonnis van 6 november 2013;
- de akte houdende herberekening, producties en wijziging van eis aan de zijde van [eiser] van 6 december 2013, met producties ;
- de akte houdende aanvulling en aanvullende productie aan de zijde van LLZ van 29 januari 2014, met productie;
- de akte houdende reactie op productie ii bij de akte houdende aanvulling en aanvullende productie van LLZ aan de zijde van [eiser] van 12 maart 2014.
2.De vordering, de grondslag en het verweer
3.De verdere beoordeling
alsof-berekening.
breuk, zoals [eiser] die destijds heeft ondervonden bij zijn overgang van (het pensioenfonds van) KPMG naar
breukbij overgang van [eiser]’ vorige pensioenregeling bij KPMG naar die bij LLZ.
‘alsof’), aan de orde is, te meer omdat thans nog maar in 0,6% van de gevallen sprake is van een pensioenregeling op basis van eindloon. In het geval van waardeoverdracht van de ene pensioenregeling op basis van middelloon naar een andere op basis van middelloon, doet zich geen waardeverlies voor en is er derhalve ook geen sprake van pensioenschade ten aanzien van de pensioenbreuk, die door het onvrijwillig vertrek voor [eiser] is ontstaan. Ook in een theoretische benadering
alsofer een waardeoverdracht van de ene naar de andere pensioenregeling zou hebben plaatsgevonden, zou er geen sprake zijn van pensioenschade als gevolg van pensioenbreuk.