ECLI:NL:RBDHA:2014:16722

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
13 augustus 2014
Publicatiedatum
24 februari 2015
Zaaknummer
09/842200-13
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Woninginbraken bij kwetsbare slachtoffers met behulp van sleutelkluisjes

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 13 augustus 2014 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1992, die zich schuldig heeft gemaakt aan meerdere woninginbraken en andere strafbare feiten. De verdachte en zijn medeverdachten hebben in de periode van eind 2012 tot de zomer van 2013 inbraken gepleegd bij bejaarden en hulpbehoevende personen, waarbij zij gebruik maakten van sleutelkastjes die bedoeld waren voor zorgverleners. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich toegang verschafte tot de woningen door de sleutelkastjes te forceren en de daarin aanwezige sleutels te gebruiken. Tijdens de inbraken werden geld, pinpassen en sieraden gestolen. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan elf woninginbraken, vier pogingen daartoe, en andere delicten zoals tasjesroof en verzet tegen zijn aanhouding. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie jaar, waarvan twaalf maanden voorwaardelijk, en heeft de vordering van de benadeelde partijen toegewezen. De rechtbank heeft ook de verbeurdverklaring van de Volkswagen Bora, die door de verdachte werd gebruikt, uitgesproken. De rechtbank heeft in haar overwegingen rekening gehouden met de kwetsbaarheid van de slachtoffers en de ernst van de gepleegde feiten, en heeft geoordeeld dat de verdachte een gevaar voor de samenleving vormt.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Strafrecht
Meervoudige strafkamer
Parketnummer 09/842200-13; 09/837006-14 (ttz. gev.)
Datum uitspraak: 13 augustus 2014
Tegenspraak
(Promis)
De rechtbank Den Haag heeft op de grondslag van de tenlastelegging en naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting het navolgende vonnis gewezen in de zaak van de officier van justitie tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren te [woonplaats verdachte] op [geboortedag]1992,
adres: [adres verdachte] te [woonplaats verdachte],
thans gedetineerd in de penitentiaire inrichting "Rijnmond" te Krimpen aan den IJssel.

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Het onderzoek is gehouden ter terechtzitting van 5 november 2013, 23 januari 2014, 10 maart 2014, 22 mei 2014 en 30 juli 2014.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. A. Rijsdorp en van hetgeen door de raadsvrouw van verdachte mr. S. Koster, advocaat te Amsterdam, en door de verdachte naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De dagvaarding met parketnummer 09/842200-13 (hierna te noemen: dagvaarding I) en de dagvaarding met parketnummer 09/837006-14 (hierna te noemen: dagvaarding II) zijn gevoegd aan de kennisneming van de rechtbank onderworpen.
Verdachte zijn 15 feiten ten laste gelegd. De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan elf woninginbraken en vier pogingen daartoe, bij een groep slachtoffers die hun huis voorzien hadden van sleutelkastjes om zorgverleners ongehinderd toegang tot de woning te verlenen. Daarnaast wordt hem verweten een aantal maal met de bankpas, afkomstig van één van die woninginbraken geld opgenomen te hebben. Ook wordt hij ervan verdacht een tasjesroof te hebben gepleegd. Tenslotte wordt verdachte verweten dat hij zich heeft verzet tegen zijn aanhouding en daarbij een agent heeft mishandeld door deze te bijten.
De volledige tekst van de ter terechtzitting gewijzigde tenlastelegging is opgenomen in de bijlage bij dit vonnis en maakt daar deel van uit.

3.Bevoegdheid van de rechtbank

Door de raadsvrouw is betoogd, dat de rechtbank niet bevoegd is kennis te nemen van de feiten 5 en 6 van dagvaarding 09/842200-13 (zaaksdossier Velden-Panningen) en feit 1 van dagvaarding 09/837006-14 (zaaksdossier Tiel 28-06-2013). Zij betwist de juistheid van de eerdere beslissingen van de rechtbank daaromtrent.
De rechtbank stelt vast dat al bij beschikkingen van 12 november 2013 en 6 februari 2014 is geoordeeld dat zij bevoegd is van beide zaken kennis te nemen en verwerpt het verweer.

4.Bewijsoverwegingen

Inleiding [1]
Op 12 maart 2013 is verdachte samen met de verdachten [medeverdachte 2] en [medeverdachte 6] aangehouden voor poging diefstal. Het bij de voordeur van het betreffende huis bevestigde sleutelkastje bleek te zijn opengebroken en de zich daarin bevindende voordeursleutel was weggenomen. Sleutelkastjes zijn bedoeld om zorgverleners (die de bijbehorende code kennen) eenvoudig toegang tot de woning te verlenen.
Uit een inventarisatie van verschillende politieregio’s bleek, dat er door heel Nederland verspreid vanaf peildatum 1 januari 2012 tientallen woninginbraken waren gepleegd door middel van het openbreken van sleutelkastjes en het stelen van de huissleutel.
De aanhouding op 12 maart 2013 was aanleiding om een groot onderzoek in te stellen onder de naam [onderzoeksnaam]. Daarbij kwamen 7 verdachten in beeld, waarvan er 6 zijn vervolgd.
Tijdens het onderzoek gingen de inbraken met uit sleutelkastjes gestolen huissleutels door en bleek dat er ook ingebroken werd in verzorgingstehuizen. Daarom is besloten tot het inzetten van meerdere bijzondere opsporingsbevoegdheden, waaronder plaatsbepalingsapparatuur en het opnemen van telecommunicatie van de verdachten.
Dagvaarding I, feiten 5 en 6, Zaaksdossier Velden-Panningen
De rechtbank zal deze feiten als eerste bespreken, aangezien verdachte in deze zaak is aangehouden en er vervolgens verschillende bijzondere opsporingsmethoden tegen hem zijn ingezet. De raadsvrouw heeft bepleit dat de aanhouding van verdachte onrechtmatig was en dat dit vergaande consequenties dient te hebben voor het bewijs in andere zaken.
Ten aanzien van feit 5:
De zaak betreft een poging tot inbraak bij een 76-jarige, alleenstaande vrouw, waarbij een sleutelkastje is verbroken.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de rechtbank feit 5 wettig en overtuigend bewezen zal verklaren.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw van verdachte heeft vrijspraak van dit feit bepleit. Zij heeft betoogd dat er op het moment van aanhouding geen redelijk vermoeden was dat verdachte zich had schuldig gemaakt aan enig strafbaar feit en dat een controle op grond van de Wegenverkeerswet 1994 is aangewend om te verhulleen dat er dwangmiddelen werden gebruikt waarvoor de feiten op dat moment nog geen rechtvaardiging boden. Verdachte heeft hiervan nadeel ondervonden. Alle op de aanhouding berustende bewijsmiddelen dienen daarom van het bewijs te worden uitgesloten. Dit betreft de peilbakengegevens, alle tapgegevens en de verkeers- en zendmastgegevens. Feitelijk blijft er dan volgens de raadsvrouw geen bewijs over.
De aanhouding van verdachte
Blijkens het proces-verbaal van bevindingen [2] betreffende de aanhouding van verdachte sneeuwde het in de betreffende nacht, op 12 maart 2013, voortdurend en was het erg rustig op de weg.
Naar aanleiding van de melding om 02.54 uur dat er drie jongens in de achtertuin van de woning aan de [adres benadeelde 1] te Velden waren geweest, die vermoedelijk over de schutting waren geklommen en daar op een tafel hadden gestaan, in combinatie met het feit dat er de laatste tijd een hausse aan woninginbraken was geweest in het district, ging een politie-eenheid op weg naar dit adres. Omstreeks 03:00 uur zagen de verbalisanten op de N271 uit de richting van Velden een personenauto aan komen rijden. Deze auto was voorzien van het kenteken [kenteken 1] en bleek bij navraag eigendom te zijn van iemand uit [woonplaats verdachte]. De verbalisanten hoorden toen dat de melding vermoedelijk een woninginbraak betrof en zijn de auto achterna gereden.
De verbalisanten zagen vervolgens drie personen in de auto zitten. Een passagier dook weg bij het zien van de politieauto en de andere twee inzittenden keken opvallend vaak in de spiegels en om zich heen in hun richting. Uiteindelijk werd een stopteken gegeven en werd het rijbewijs van de bestuurder gecontroleerd, beide op grond van de Wegenverkeerswet 1994. In de auto werden verdachte en de verdachten [medeverdachte 6] (de bestuurder) en [medeverdachte 2] aangetroffen.
Oordeel rechtbank over aanhouding
De rechtbank leidt uit het proces-verbaal af dat de verbalisanten de inzittenden verdachten van betrokkenheid bij de poging inbraak in Velden en hen daarom staande wilden houden. De controlebevoegdheid van de Wegenverkeerswet 1994 is dan ook gebruikt voor een doel waarvoor hij niet gegeven is. Dit levert een onherstelbaar vormverzuim in het vooronderzoek op zoals bedoeld in artikel 359a, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering. Ingevolge het tweede lid van dit artikel dient de rechtbank bij toepassing van haar discretionaire bevoegdheid, gegeven in het eerste lid, rekening te houden met het belang dat het geschonden voorschrift dient, de ernst van het verzuim en het nadeel dat daardoor wordt veroorzaakt. Bewijsuitsluiting, zoals door de raadsvrouw bepleit, komt volgens vaste jurisprudentie van de Hoge Raad slechts aan de orde als een belangrijk (strafvorderlijk) voorschrift of rechtsbeginsel in aanzienlijke mate is geschonden.
Dat een bevoegdheid niet mag worden gebruikt voor een doel waarvoor hij niet gegeven is (détournement de pouvoir), is een belangrijk rechtsbeginsel. Over de ernst van de schending overweegt de rechtbank het volgende.
De verbalisanten waren om 03:00 uur ’s nachts, toen het erg stil was op de weg, onderweg naar een incident in Velden waar drie jongens bij betrokken waren. Ze zagen zes minuten na de melding uit die richting een auto aankomen. Het ligt voor de hand dat zij zich afvroegen of de inzittenden bij het incident betrokken waren en dit hoort ook bij een goede beroepsuitoefening. Vervolgens bleek dat de auto uit [woonplaats verdachte] kwam en dat het een poging inbraak betrof.
Geen rechtsregel verzet zich ertegen dat zij de auto toen achterna zijn gereden. Zichtbaar was, dat de auto drie inzittenden had. Een van hen dook weg toen hij de politieauto zag en de andere twee keken opvallend vaak in de spiegels. Onder deze omstandigheden bestond er een redelijk vermoeden van schuld aan een strafbaar feit, namelijk de poging inbraak. De verbalisanten hadden de inzittenden zonder meer op die grond staande en aan mogen houden. Voorafgaand aan de aanhouding constateerden zij ook nog, dat twee van de inzittenden schoenen droegen van het merk, waarvan afdrukken in de tuin in Velden waren aangetroffen.
De rechtbank is dan ook van oordeel dat een wel aanwezige bevoegdheid op basis van het Wetboek van Strafvordering ten onrechte op de Wegenverkeerswet 1994 is gebaseerd. Gezien de geringe ernst van de schending van het beginsel dat de overheid zich van détournement de pouvoir heeft te onthouden, kan volstaan worden met de constatering van het verzuim en hoeven daaraan verder geen gevolgen te worden verbonden.
De beoordeling van de tenlastelegging
Aangifte
Aangeefster [benadeelde 1] heeft het volgende verklaard [3] .
Aangeefster, die woont op het adres [adres benadeelde 1] te Velden, werd op 12 maart 2013 ‘s nachts wakker van een harde knal, waarna zij direct de politie heeft gebeld. Aan de voorzijde van de woning zag zij drie jongens staan. Zij zag dat deze jongens doorliepen, maar één van hen bleef op de hoek bij haar woning staan en de andere twee liepen door naar de achterzijde van de woning. Daar zag ze niemand meer, maar zij zag wel dat het keukenraam openstond en dat er in de achtertuin verse schoensporen waren in de sneeuw.
Aangeefster constateerde dat haar sleutelkastje was verbroken en dat haar huissleutel hieruit was weggenomen. In de aangifte is vermeld, dat het vermoedelijk niet gelukt is de voordeur te openen omdat er dievenklauwen opzaten en er aan de binnenkant een sleutel in het slot zat. Het keukenraam was opengebroken.
Onderzoek ter plaatse
In een proces-verbaal van bevindingen [4] is vermeld dat langs de heg bij [adres benadeelde 1] verse schoensporen zichtbaar waren in de sneeuw. In een van deze schoensporen was duidelijk een ‘Nike swoosh’ zichtbaar onder de hak. De schoensporen leidden naar de Kloosterstraat te Velden, waar ze ophielden bij verse bandensporen. De sporen liepen zowel naar de woning toe als van de woning af. In de tuin leidden de sporen naar het keukenraam. Op de tuintafel onder het keukenraam waren eveneens schoensporen te zien. Het keukenraam stond open en in het kozijn waren drie moeten zichtbaar.
In de achtertuin voor de heg aan de straatzijde zagen verbalisanten losse takjes van de heg op de grond liggen en ook was een opening zichtbaar in de heg.
Aan onder meer het sleutelkastje en het kozijn van het keukenraam is sporenonderzoek verricht [5] .
Onderzoek auto
Bij onderzoek van de auto werd geconstateerd, dat er twee schroevendraaiers achter een kunststof paneel bij de beenruimte van de bestuurder waren verstopt [6] . Ook werd een TomTom in de auto aangetroffen [7] .
Vergelijking braaksporen en aangetroffen schroevendraaiers
Uit een vergelijkend onderzoek [8] tussen deze twee schroevendraaiers uit de Volkswagen Bora en de werktuigsporen die zijn aangetroffen bij de poging tot inbraak in Velden, bleek dat drie van de werktuigsporen zijn veroorzaakt door een van schroevendraaiers en dat een van de werktuigsporen “zeer waarschijnlijk” is veroorzaakt door deze schroevendraaier. De rechtbank merkt nog op dat zowel het adres in Velden als de verbalisant die het sporenonderzoek heeft verricht in dit proces-verbaal worden vermeld, zodat anders dan de raadsvrouw heeft gesteld, voldoende duidelijk is dat dit onderzoek op dat feit betrekking heeft.
Dit sporenonderzoek bewijst dat een of meer inzittenden van de auto betrokken waren bij de poging tot inbraak.
Takjes
Bij de insluitfouillering van verdachte [medeverdachte 2] bleken twee groene takjes in zijn capuchon te zitten [9] . Deze takjes zijn vergeleken met de ligusterheg bij de woning aan de [adres benadeelde 1] te Velden [10] . Een van de takken paste precies op de afgebroken tak van de heg. In een vergelijkend souche-onderzoek door werktuigdeskundigen van de politie is vastgesteld dat de twee takken op het oog ooit een geheel hebben gevormd. Wat hier ook van zij, de rechtbank acht het feit dat in de capuchon van verdachte [medeverdachte 2] takjes zijn aangetroffen die afkomstig leken te zijn van de heg waar de daders, gezien de opening daarin en de schoensporen, kennelijk doorheen zijn gekomen, een aanwijzing dat verdachte [medeverdachte 2] die nacht in de tuin van aangeefster is geweest.
Schoensporen
De verdachten bleken alle drie Nike Air Max schoenen te hebben gedragen [11] . Het profiel van hun schoenen komt overeen met het profiel van de aangetroffen schoensporen bij de woning aan de [adres benadeelde 1] te Velden. Dit ondersteunt de conclusie dat de verdachten de personen waren die bij aangeefster hebben geprobeerd in te breken.
TomTom
De in de auto aangetroffen TomTom is onderzocht door het Nederlands Forensisch Instituut. Uit dit onderzoek bleek, dat als huisadres stond ingevoerd: [adres verdachte] te [woonplaats verdachte], het adres van verdachte. Bij het invoeren van het adres werd middels het GPS-signaal de route bepaald. Hierbij werd eveneens door de TomTom geregistreerd waar deze zich bevond ten tijde van het invoeren van het huisadres. Dit betrof de locatie [omgeving adres benadeelde 1] te Velden [12] .
Deze straat bevindt zich op een afstand van ongeveer 500 meter van de [adres benadeelde 1] te Velden [13] .
Telefoons
Bij de aanhouding van de verdachten werden drie telefoons met de nummers[telefoonnummers], [telefoonnummers] en [telefoonnummers] in beslag genomen [14] .Deze nummers waren in gebruik bij de verdachten. Ter zitting is het gebruik van telefoonnummer[telefoonnummers] door verdachte vanaf 12 maart 2013 erkend.
Zendmastgegevens
De rechtbank stelt voorop dat, in tegenstelling tot wat de raadsvrouw hierover heeft aangevoerd, uit het verstrekte overzicht van de verkeersgegevens van de aan verdachte toegeschreven telefoonnummers ook blijkt welke zendmasten zijn aangestraald. De nummers van de masten zijn immers vermeld. De rechtbank ziet in wat de raadsvrouw heeft aangevoerd geen aanleiding te twijfelen aan de in het proces-verbaal opgenomen locaties van deze masten.
Op 12 maart 2013 te 02:05 uur straalde de mobiele telefoon voorzien van het nummer van
verdachte een zendmast aan op de[omgeving adres benadeelde 1] te Grubbenvorst en om 02:10 uur een zendmast op de [omgeving adres benadeelde 1] te Velden. Deze zendmasten werden aangestraald tot 02:23 uur.
Op 12 maart 2013 te 02:10 uur straalde de mobiele telefoon voorzien van het nummer-[telefoonnummers]
, dat in gebruik was bij verdachte [medeverdachte 2], ook de zendmast aan op de [omgeving adres benadeelde 1] te Velden [15] .
De zendmast op de [omgeving adres benadeelde 1] te Velden bevindt zich hemelsbreed op een afstand van ongeveer 1 kilometer vanaf de woning aan de [adres benadeelde 1] te Velden. Het plaatsje Grubbenvorst bevindt zich in de directe omgeving van Velden. Uit onderzoek via de internetsite gsm-masten.nl blijkt, dat de zendmasten aan de[omgeving adres benadeelde 1] te Grubbenvorst en de [omgeving adres benadeelde 1] te Velden de dichtstbijzijnde telefonie-UMTS-zendmasten zijn vanaf de [adres benadeelde 1] te Velden [16] .
Standpunt verdachte
Verdachte heeft zich op zijn zwijgrecht beroepen.
Het oordeel van de rechtbank
Concluderend stelt de rechtbank vast dat de drie verdachten zijn aangehouden in een auto, kort nadat aangeefster drie jongens bij haar huis had gezien. Er is geprobeerd in haar woning in te breken door middel van de uit een sleutelkastje gestolen voordeursleutel en door een raam open te breken. In de auto is een schroevendraaier gevonden waarmee enkele van de braaksporen zijn veroorzaakt. De daders droegen schoenen van het merk Nike, evenals de drie verdachten. Hun sporen bevonden zich onder meer bij het opengebroken keukenraam en bij de beschadigde ligusterheg, terwijl er twee takjes in de capuchon van verdachte [medeverdachte 2] zijn aangetroffen. De sporen kwamen van en leidden terug naar een auto. Zowel de TomTom, en dus de Volkswagen Bora, als de telefoons van de verdachte en verdachte [medeverdachte 2] bevonden zich ten tijde van het delict in Velden.
De rechtbank leidt uit al deze feiten en omstandigheden af, dat verdachte zich tezamen met de verdachten [medeverdachte 2] en [medeverdachte 6] schuldig heeft gemaakt aan de hem verweten poging inbraak.
Ten aanzien van feit 6
Deze verdenking betreft een inbraak op 4 maart 2013 te Panningen bij een 88-jarige man, waarbij ook een sleutelkastje is verbroken.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft vrijspraak van dit feit gevorderd. Weliswaar is één van de op het sleutelkastje aangetroffen sporen zeer waarschijnlijk afkomstig van de schroevendraaier die op 12 maart 2013 in de Volkswagen Bora is aangetroffen, doch niet kan worden vastgesteld dat verdachte in betreffende nacht in Panningen aanwezig is geweest.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw van verdachte heeft vrijspraak van dit feit bepleit.
De beoordeling van de tenlastelegging
Met de officier van justitie en de raadsvrouw van verdachte is de rechtbank van oordeel dat het dossier onvoldoende aanknopingspunten bevat om tot wettig en overtuigend bewijs in deze zaak te komen. Het feit dat de veiliggestelde werktuigsporen op het sleutelkastje matchen met de schroevendraaier die op 12 maart 2013 in de Volkswagen Bora is aangetroffen, is niet voldoende om tot bewezenverklaring van dit feit te komen. De rechtbank zal verdachte derhalve vrijspreken van dit feit.
Dagvaarding I, feiten 1 en 2, Zaaksdossier Abcoude
Dit betreft een inbraak bij een 88-jarige, alleenstaande man. Met de bij hem gestolen pinpas is een bedrag van 1500 euro gepind.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat dit feit wettig en overtuigend bewezen zal worden verklaard.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft vrijspraak bepleit, onder meer omdat het bewijs in deze zaken berust op peilbakengegevens van de Volkswagen Bora en verdachte niet de enige gebruiker van deze auto was.
De beoordeling van de tenlastelegging
Aangifte [17]
[benadeelde 25] heeft aangifte gedaan van diefstal uit zijn woning, gelegen aan het [adres benadeelde 25] in Abcoude, gemeente De Ronde Venen, in de nacht van 20 juni 2013 tussen 00:30 en 07:45 uur. Hij ontdekte ’s ochtends dat zijn woonkamer overhoop lag. Vanwege de warmte stond zijn balkondeur op een kier en de dief is vermoedelijk daardoor binnengekomen, want de voordeur zat op slot. Aangever miste zijn portemonnee met bankpas en rijbewijs en een theedoek.
Verder bleken er veel sieraden en een bedrag van 681 euro uit de woning te zijn gestolen. Met de weggenomen pinpas was een bedrag van 1500 euro gepind [18] .
Pintransacties [19]
Met de weggenomen ING-bankpas bleek op 20 juni 2013 meerdere malen te zijn gepind of gepoogd te pinnen:
  • om 02.52 uur is 1000 euro opgenomen bij de lNG aan de Hoogstraat 32 te Abcoude;
  • om 02.53 uur is 250 euro opgenomen bij de ABN-AMRO aan de Hoogstraat 18 te Abcoude;
  • om 02.54 uur is 10 euro op de chipknip gezet bij de ABN-AMRO aan de Hoogstraat 18 te Abcoude;
  • om 02.54 uur is 200 euro op de chipknip gezet bij de ABN AMRO aan de Hoogstraat 18 te Abcoude;
  • om 02.55 uur is 40 euro op de chipknip gezet bij de ABN AMRO aan de Hoogstraat 18 te Abcoude.
  • Vanaf 03:50 uur is 13 keer zonder succes geprobeerd om 500 euro te pinnen in België.
Volkswagen Bora
Door de verdediging is betoogd dat verdachte niet de (enige) gebruiker was van de Volkswagen Bora. Er is aangevoerd dat de Volkswagen Bora op naam van de vader van verdachte staat en dat uit diens verklaring van 20 maart 2014 bij de rechter-commissaris blijkt dat ook de andere gezinsleden van de auto gebruikmaken. Als het peilbaken de auto al op een bepaalde plaats lokaliseert, wil dat nog niet zeggen dat ook verdachte in de auto aanwezig was.
De rechtbank acht de verklaring van de vader van verdachte niet aannemelijk geworden. Zij wijst in dit verband op telefoongesprekken die verdachte op 5 en 6 juni 2013 met een onbekend gebleven vrouw voerde. [20] Zij sprak met verdachte over ‘jouw Bora’ en verdachte sprak over ‘mijn auto’. De onbekende vrouw reageerde dan weer met ‘jouw Bora.’ Op 6 juni 2013 meldde verdachte dat hij met ‘die groene straaljager’ was. Verdachte vermeldde in dit gesprek dat hij met de reserveband reed en dat hij 80 mocht rijden met de auto. Verder is verdachte regelmatig in de Volkswagen Bora aangehouden en wel op 12 maart 2013 (als bijrijder), 4 mei 2013 (als bestuurder), 7 mei 2013 (als bijrijder), 25 mei 2013 (als bestuurder) en 15 juli 2013 (als bijrijder). Op 28 juni 2013 is verdachte in Tiel aangehouden; de sleutel van de Bora werd toen bij hem aangetroffen en de auto stond in Tiel.
Bij een onderzoek op 25 mei 2013 bleek, dat de linker voorband van de Bora met schade in de kofferbak lag en was vervangen door een “thuiskomertje”.
Ook op beelden van tankstation Minderhout van 16 mei 2013 en bij de tolpoortjes van de Kiltunnel werd [verdachte] herkend als de bestuurder van de Volkswagen Bora.
Gelet hierop verwerpt de rechtbank dit verweer en stelt zij vast dat verdachte de vaste gebruiker van de Volkswagen Bora was.
Onderzoek peilbaken [21]
Uit onderzoek naar de verplaatsingen van de Volkswagen Bora blijkt het volgende.
  • Op 20 juni 2013 verliet de Volkswagen Bora om 01: 01 uur [woonplaats verdachte] en reed via de autosnelwegen A 12 en A2 naar Abcoude.
  • Tussen 01:06 uur en 01:15 uur stond de auto stil op het Shell tankstation "De Andel" langs de autosnelweg A 12.
  • Om 01:45 uur werd de Doctor Sloetlaan te Abcoude bereikt.
  • Tussen 01:48 uur en 02:00 uur stond de auto stil op de [omgeving adres benadeelde 25] te Abcoude.
  • Om 02:53 uur stond de auto stil in de Hoogstraat te Abcoude.
  • Via de autosnelwegen A 27, A58 en A16 werd om 03:46 uur bij Hazeldonk de grens met België gepasseerd.
  • Tussen 03:50 uur en 03:53 uur stond de auto stil op Meerdorp/Meerseweg (N146) te Meer, België;
  • om 04:19 uur stond de auto nogmaals stil op Meerdorp/Meerseweg (1\1146) te Meer, België.
  • Vanaf 04:24 uur werd teruggereden richting [woonplaats verdachte];
  • tussen 04:50 uur en 05:15 uur stond de Volkswagen stil op de Nieuwe Binnenweg te Rotterdam;
  • om 05:42 uur werd geparkeerd op het [adres verdachte] te [woonplaats verdachte].
Afstanden peilbaken ten opzichte van plaatsen delict [22]
De afstand tussen de [omgeving adres benadeelde 25] te Abcoude en het [adres benadeelde 25] bedraagt ongeveer 300 meter.
De afstand tussen de ING-bank aan de Hoogstraat 32 in Abcoude en de auto die stilstond ter hoogte van de Hoogstraat 31a, is ongeveer 17 meter.
De afstand tussen de ABN-AMRO bank aan de Hoogstraat 18 in Abcoude en de auto die stilstond ter hoogte van de Hoogstraat 31a, is ongeveer 91 meter.
De afstand van tussen de auto op het Meerdorp te Meer (België) en de KBC-bank te Meer is ongeveer 15 meter.
Telefoonnummer verdachte
Gedurende het onderzoek [onderzoeksnaam] bleek uit een tapgesprek van verdachte [medeverdachte 2] dat verdachte [verdachte] een ander telefoonnummer in gebruik had genomen. Dit zou nummer[telefoonnummers] zijn. Dit nummer is getapt van 29 mei 2013 tot 23 juli 2013 [23] .
Op 2 juni 2013 belde er iemand naar dit nummer met de vraag waar [verdachte]’ was. De beller zei dat hij diens broer was, waarop de vrouw die het gesprek had beantwoord zei: ‘Oké, hier heb je hem’ en de broer en [verdachte]’ even met elkaar spraken [24] .
Op 4 juni 2013 vond een gesprek plaats waarbij de gebruiker van dit nummer zichzelf [verdachte]’ noemde [25] . In een sms-je van 7 juni 2013 werd de gebruiker van het nummer aangeduid als[verdachte] [26] . Op 26 juni 2013 belde de gebruiker van dit nummer met een pizzakoerier en gaf als bezorgadres [adres verdachte] op [27] . Op dit adres in [woonplaats verdachte] stond verdachte ingeschreven [28] .
Op basis van deze feiten en omstandigheden gaat de rechtbank er van uit, dat verdachte in de vermelde periode gebruik maakte van telefoonnummer[telefoonnummers].
Zendmastgegevens telefoon verdachte [29]
Uit de mastlocaties die op 20 juni 2013 werden aangestraald met het voornoemde telefoonnummer van verdachte zijn de volgende locaties en tijdstippen gebleken.
  • Tussen 01:00 en 01:15 uur werd de mast op het Shell tankstation "De Andel" langs de autosnelweg A12 aangestraald.
  • Tussen 01:25 en 02:07 uur werden geen masten aangestraald.
  • Tussen 02:10 en 02:20 uur werd de mast op het Kerkplein te Abcoude aangestraald.
  • Tussen 02:24 en 06:01 uur werden geen masten aangestraald.
  • Om 06:13 uur werd de mast aan de Olympiadeplein te [woonplaats verdachte] aangestraald.
Afstanden zendmasten - relevante locaties [31]
De afstand tussen het Kerkplein te Abcoude en het [adres benadeelde 25] te Abcoude is ongeveer 450 meter. De afstand tussen de zendmast aan het Olympiadeplein en het adres van verdachte bedraagt hemelsbreed ongeveer 200 meter.
Camerabeelden ABN-AMRO [32]
Op de camerabeelden is te zien, dat op 20 juni 2013 om 02:52 uur een man in beeld kwam met zijn capuchon over zijn hoofd. Deze persoon had donkere ogen en wenkbrauwen. Hij verrichtte diverse handelingen bij de pinautomaat en verdween om 02:53 uur uit beeld.
Standpunt verdachte
Verdachte heeft zich op zijn zwijgrecht beroepen.
Het oordeel van de rechtbank
De diefstal van de pinpas in Abcoude heeft plaatsgevonden op 20 juni 2013 voor 02:52 uur, toen er voor het eerst met de gestolen pas is gepind.
Uit de peilbakengegevens blijkt, dat de Volkswagen Bora van verdachte op 20 juni 2013 rond 01:10 uur bij tankstation De Andel is geweest. De telefoon van verdachte was daar tegelijk met de auto, waaruit de rechtbank afleidt dat verdachte in de auto zat. Uit de peilbakengegevens blijkt, dat de auto vanaf 01:45 uur in Abcoude is geweest. De telefoon van verdachte straalde daar om 02:10 uur een zendmast aan. Om 02:53 uur stond de auto stil in de Hoogstraat te Abcoude, juist toen daar met de bij aangever gestolen pas werd gepind. De auto reed vervolgens naar Meer in België en stond daar stil vlak bij een bank, net in de periode dat er in België 13 keer is getracht geld op te nemen met de gestolen bankpas.
Uit de peilbaken- en pingegevens blijkt een duidelijke samenhang tussen de route van de auto en de route die met de gestolen pinpas is afgelegd. Uit de zendmastgegevens volgt, dat verdachte toen in de auto heeft gezeten. Nu de verdachte geen redelijke, de redengevendheid ontzenuwende verklaring heeft willen geven voor zijn nachtelijke aanwezigheid in de onmiddellijke nabijheid van de woning waar werd ingebroken, in een dorp dat gelegen is op aanzienlijke afstand van zijn woonplaats, noch voor de nachtelijke rit naar België, gaat de rechtbank ervan uit dat er geen alternatieve verklaring voor deze bewijsmiddelen bestaat.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen, dat verdachte beide feiten heeft gepleegd. Nergens blijkt dat hij niet alleen is geweest, zodat de rechtbank partieel vrij zal spreken van het bestanddeel ‘in vereniging’.
Dagvaarding I, feit 3, Zaaksdossier Kerkdriel
Dit betreft een inbraak bij een verzorgingstehuis.
Het standpunt van de officier van justitie.
De officier van justitie heeft gevorderd dat de rechtbank feit 3 wettig en overtuigend bewezen zal verklaren. Hij heeft daartoe aangevoerd dat uit de beelden van de bewakingscamera bij het verzorgingshuis [benadeelde 7] in Kerkdriel blijkt, dat daar op 18 mei 2013 omstreeks 03.05 werd ingebroken. Uit de gegevens van het peilbaken onder de Volkswagen Bora van verdachte blijkt, dat deze auto in de nacht van 18 mei 2013 tussen 02.04 en 02.10 uur bij tankstation Bijleveld aan de A12 stond. Op de camerabeelden van dit tankstation is te zien dat iemand vanaf de achterbank de auto uitstapt, tankt en vervolgens afrekent. Die persoon is door drie verbalisanten afzonderlijk herkend als verdachte [medeverdachte 5]. Uit de gegevens van eerdergenoemd peilbaken blijkt, dat de auto die nacht om 02.45 in de Beatrixstraat en vanaf 03.01 uur tot 04.06 uur in de Brouwersstraat te Kerkdriel heeft stilgestaan. Beide locaties zijn in de buurt van het verzorgingshuis [benadeelde 7]. Op de beelden van het verzorgingshuis is een persoon te zien die dezelfde kenmerkende kleding draagt als de persoon die op de camerabeelden van het tankstation Bijleveld is herkend als [medeverdachte 5]. Deze is hier de ‘linking pin’, maar verdachte is eveneens aan de Volkswagen te koppelen als vaste gebruiker daarvan en vanwege de jas met blauwe streep die door een van de betrokkenen wordt gedragen. Er is meerdere keren waargenomen dat hij zo’n jas droeg.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw van verdachte heeft vrijspraak bepleit. Zij is van oordeel dat het dossier onvoldoende aanknopingspunten bevat om tot een bewezenverklaring te komen.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank overweegt dat hetgeen door de officier van justitie naar voren is gebracht weliswaar aanwijzingen oplevert van betrokkenheid van verdachte bij dit feit, doch dat die aanwijzingen zonder ander bewijs onvoldoende zijn om tot bewezenverklaring van dit feit te komen. De rechtbank zal verdachte van dit feit vrijspreken.
Dagvaarding I, feit 4, Zaaksdossier Heinenoord
Dit betreft een inbraak bij een 91-jarige, alleenstaande man door een sleutelkastje te forceren.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat dit feit wettig en overtuigend bewezen zal worden verklaard.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft vrijspraak bepleit, onder meer omdat verdachte naar haar mening niet te herkennen is op de camerabeelden en door de verbalisant ook niet wordt herkend. Ook betwist zij dat het jasje met blauwe streep aan verdachte is te koppelen.
De beoordeling van de tenlastelegging
Aangifte [33]
[schoonzoon bendeelde 26] deed (mede) namens zijn schoonvader [benadeelde 26] aangifte van inbraak in diens woning, gelegen aan de [adres benadeelde 26] te Heinenoord. [schoonzoon bendeelde 26] verklaarde dat de woning een bovenwoning is van een bejaardenflat. Op 16 mei 2013 kwam hij beneden en zag dat alle laden en kasten openstonden. Hij zag dat er een portemonnee open en leeg op tafel lag en constateerde dat het sleutelkastje waarin de huissleutel zat, vernield was. Uit zijn, [schoonzoon bendeelde 26], jas waren twee bankpassen en een Nokia telefoon verdwenen. Ook ontbrak er 20 euro en een medicijnbox/beautycase van zijn schoonvader.
Zijn schoonvader heeft de onbekende daders gezien toen zij uit de woning vluchtten. De gestolen medicijnbox is opengebroken op de Heye van Altenastraat teruggevonden.
Uit het sleutelkastje is de sleutel weggenomen [34] .
Uit een nader verhoor van aangever [35] bleek dat de wijkverpleegkundige omstreeks 02:00 uur zijn schoonvader nog gecontroleerd had en dat toen alles in orde was. Omstreeks 03:30 uur hoorde hij zijn schoonvader beneden rommelen en ging kijken. Toen zag hij dat alle laden en kasten openstonden.
Onderzoek peilbaken [36]
Uit onderzoek naar de verplaatsingen van het peilbaken in de Volkswagen Bora blijkt het volgende.
  • Op 16 mei 2013 omstreeks 00:20 uur reed de auto vanuit [woonplaats verdachte] richting België.
  • In België stond hij tussen 01:13 uur en 01:18 uur stil bij het tankstation Minderhout, langs de E19/A1 bij Meer.
  • Daarna reed de Volkswagen Bora terug naar Nederland.
  • Om 02:41 uur kwam de auto bij de tolpoortjes van de Kiltunnel aan.
  • Vanaf 03:05 uur stond de auto bijna 9 minuten stil op de Margrietstraat in Heinenoord.
  • Vanaf 03:16 uur stond de auto ruim 28 minuten stil in de Heyne van Althenastraat te Heinenoord. Daarna reed de auto over de A29 in de richting van Rotterdam, waar het voertuig tussen 04:01 uur en 04:27 uur op de Nieuwe Binnenweg en de directe omgeving daarvan te Rotterdam verbleef.
 Omstreeks 04:45 uur werd de Coniferensingel te [woonplaats verdachte] bereikt.
Afstand peilbaken - relevante locaties [37]
De afstand tussen de Margrietstraat te Heinenoord, de locatie van het peilbaken, en de [adres benadeelde 26] te Heinenoord bedraagt ongeveer 130 meter.
De afstand tussen de Heyne van Altenastraat te Heinenoord en de [adres benadeelde 26] te Heinenoord bedraagt ongeveer 180 meter. Op de Heyne van Altenastraat werd ook de bij de inbraak weggenomen medicijnenbox teruggevonden.
Onderzoek telecommunicatie [38]
Uit onderzoek naar het mobiele telefoonnummer[telefoonnummers] van verdachte bleek het volgende. Op 15 mei 2013 om 18:35 uur straalde de telefoon een zendmast aan in de gemeente [woonplaats verdachte]. Het eerstvolgende telefonische contact was op 16 mei 2013 te 04:01 uur, waarbij een zendmast aan de Breitnerstraat te Rotterdam werd aangestraald.
De Breitnerstraat ligt direct achter de Nieuwe Binnenweg te Rotterdam, waar de Volkswagen Bora zich bevond [39] .
Resultaat camerabeelden België [40] :
Op de camerabeelden van het benzinestation Minderhout aan de Autostrade E19 Breda, 2322 Minderhout, België, van 16 mei 2013 tussen 01:00 uur en 01:30 uur is het volgende te zien.
  • Een Volkswagen Bora –kenteken onleesbaar- kwam bij het tankstation aanrijden en stopte.
  • De bestuurder stapte uit, keek om zich heen en plaste vermoedelijk in een plantenbak naast de auto.
  • De bestuurder was gekleed in een zwart trainingsjasje met blauwe band op de rugzijde en een wit embleem ter hoogte van de linkerborst.
De verbalisant merkte op, dat hij diverse politiecontacten met verdachte heeft gehad en op de beelden zag, dat de bestuurder van de Volkswagen Bora een houding en postuur had, gelijkend op die van verdachte. Herkenning van het gezicht was niet mogelijk.
Verder vermeldde de verbalisant dat verdachte op 05 juni 2013 is gezien in een trainingsjas die leek op de trainingsjas op de beelden.
Trainingsjas met blauwe streep
In het kader van het onderzoek [onderzoeksnaam] is de Volkswagen Bora op 25 mei 2013, met behulp van een van de tenaamgestelde, vader van verdachte, verkregen reservesleutel doorzocht. In de auto lag onder meer een trainingsjas, zwart, merk Nike, met blauwe streep, met logo’s van Nike en AC Milaan, achter de bestuurdersstoel [41] .
In het Overzichtsproces-verbaal bevindt zich een mutatie waaruit blijkt, dat verdachte op 7 oktober 2012 is gezien met een zwart Nike trainingsjasje met blauwe strepen op de mouwen en een lichtblauw Nike logootje op de borst [42] .
Uit de foto’s van de jas [43] blijkt, dat hij niet alleen een streep over de rug heeft maar ook over de mouwen.
De rechtbank merkt in dit verband op, dat verdachte gezien zijn strafblad een bekende van de politie is, zodat het – anders dan door de raadsvrouw is betoogd - voor de hand lag om vast te leggen waar hij werd gezien en in wat voor kleding en omstandigheden, met het oog op eventuele nieuwe strafbare feiten.
De rechtbank stelt vast dat verdachte dus in oktober 2012 en juni 2013 in de betreffende jas is gezien. Op 25 mei 2013, 9 dagen na het onderhavige feit, lag de jas in de Bora.
Dat een van de inzittenden van de Bora op 16 mei 2013 in de jas is gezien, is geen bewijs, maar wel een aanwijzing dat het om verdachte ging.
Camerabeelden Kiltunnel [44] :
Uit onderzoek naar de camerabeelden van de Kiltunnel bleek het volgende.
  • Op 16 mei 2013 te 02:41 uur stond de Volkswagen Bora met kenteken [kenteken 1] bij de tolpoortjes in de richting van ’s-Gravendeel.
  • Er waren twee mannen zichtbaar in de auto.
  • Beide mannen hadden donker haar waarvan de zijkant was opgeschoren.
  • De bestuurder had een opvallend linkeroor vanwege de dikke bovenrand, die groter was dan normaal en meer omgeslagen dan normaal.
Ter zitting heeft de rechtbank geconstateerd, dat verdachte inderdaad een (opvallende) vouw in zijn linkeroor heeft.
Standpunt verdachte
Verdachte heeft zich op zijn zwijgrecht beroepen.
Het oordeel van de rechtbank
De inbraak is gepleegd tussen 02:00 uur (toen alles volgens de verpleegster nog in orde was) en 03.30 uur, toen [schoonzoon bendeelde 26] vaststelde dat de woning was doorzocht. De Volkswagen Bora was blijkens de peilbakengegevens vanaf 03:05 uur in Heinenoord en stond eerst op 130 meter afstand van de plaats van de inbraak. Vervolgens heeft de auto in een andere straat gestaan op korte afstand van de plaats van het delict, waar een daarbij gestolen beautycase/medicijnbox opengebroken is teruggevonden.
De rechtbank leidt hieruit af, dat er een verband is tussen de inzittenden van de Bora en de inbraak. Vast staat, dat de auto bij verdachte in gebruik was. Dat verdachte die nacht in de auto heeft gereden, blijkt uit de camerabeelden van de Kiltunnel (met betrekking tot het opvallende oor) en van het tankstation Minderhout (betreffende het jasje met blauwe streep) in combinatie met de zendmastgegevens, waaruit blijkt dat verdachte, wanneer zijn telefoon weer zendmasten aanstraalt, heel dicht bij de auto in Rotterdam is.
Nu de verdachte geen redelijke, de redengevendheid ontzenuwende verklaring heeft willen geven voor zijn nachtelijke aanwezigheid in de onmiddellijke nabijheid van de woning waar werd ingebroken, in een dorp dat gelegen is op aanzienlijke afstand van zijn woonplaats, gaat de rechtbank ervan uit dat er geen alternatieve verklaring voor deze bewijsmiddelen bestaat.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen, dat verdachte dit feit in vereniging met een ander heeft gepleegd.
Dagvaarding I, feiten 7 en 8, Zaaksdossier Hank
Dit betreft een inbraak bij een 75-jarige, alleenstaande vrouw. Met de bij haar gestolen pinpas is de chipknip opgeladen en is een bedrag van 250 euro gepind.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft vrijspraak gevorderd van dit feit.
Het standpunt van de verdediging
Ook de raadsvrouw heeft vrijspraak bepleit van dit feit.
De beoordeling van de tenlastelegging.
Aangifte [45]
[benadeelde 27] heeft aangifte gedaan van inbraak in haar woning, gelegen op het adres
In[adres benadeelde 27] te Hank, gemeente Werkendam, in het aldaar gevestigde verzorgingstehuis [benadeelde 28]. De inbraak werd gepleegd tussen 05:15 en 05:25 uur. De aangeefster verklaarde dat zij op 10 december 2012 wakker werd van geluiden en vervolgens in de woonkamer ging kijken. Op het moment dat zij zich omdraaide, stond er plotseling een vreemde man naast haar die zei dat hij van de verzorging was. Toen aangeefster haar sleutels wilde pakken, werd zij bij de arm gepakt. De man zei tegen haar dat ze moest gaan zitten. Zij gehoorzaamde, omdat zij erg geschrokken was. De man ging vervolgens in haar slaapkamer rommelen. Aangeefster zag kans naar de voordeur te lopen en de buurman te waarschuwen.
Het proces-verbaal van aangifte vermeldde verder onder ‘MO-gegevens’ dat op onbekende wijze het draairaam is geopend, waarna de hor is verwijderd. Via het open raam is door inklimming de woning binnengedrongen. Via dezelfde route is men weer vertrokken.
De aangeefster gaf in voornoemd proces-verbaal het volgende signalement van de dader op:
-licht getint
-ongeveer 18 jaar
-ongeveer 1.60 meter
-bruine ogen
-droeg een soort bivakmuts, alleen zijn gezicht was zichtbaar
-kort donker jack
-zwarte sportschoenen
-sprak Nederlands.
Volgens de goederenbijlage [46] werden uit de woning ontvreemd: een zwarte damesportemonnee met daarin een bankpas van de SNS-bank, een identiteitskaart, een Trias-zorgpas, pasje deeltaxi en een bedrag 100 euro, een mobiele telefoon, 40 euro aan 50-cent munten en 60 euro.
Uit mailcontact tussen de zoon van aangeefster[benadeelde 27] en de verbalisant die de aangifte opnam, bleek dat er kort na de inbraak, namelijk op 10 december 2012 om 05:49 uur met de weggenomen SNS-bankpas was gepind bij een geldautomaat van de Rabobank in Utrecht [47] .
Op 10 december 2010 is om 05.49 uur 250 euro opgenomen bij de Rabobank in Utrecht en om 05.52 uur 200 euro op een chipknip gezet [48] . Ook is er op een onbekende locatie (‘RABO Altena’) 20 euro gepind.
Getuige [49]
[getuige 1] verklaarde dat hij op maandag 10 december 2012 omstreeks 04:45 uur zijn hond uitliet en een auto zag komen aanrijden uit de richting van de Jachtsloot. De auto werd geparkeerd en er stapte een man aan de linkerzijde uit. De man liep het pad op dat zich achter de woningen aan de Kloosterhof bevindt. De auto was volgens getuige een zwarte Toyota Auris; het kenteken betrof [kenteken 2].
De man keek naar de poort aan de achterzijde van een woning. Hij liep weg in de richting van het plantsoen achter bejaardencomplex [benadeelde 28] op het moment dat hij de getuige zag en sloeg rechtsaf in de richting van het Kloosterpad. Om 05:25 uur was de auto weg. De man was ongeveer 1.70 m, had een tenger postuur, donker haar en donkere kleding.
De tenaamgestelde van genoemde Toyota Auris bleek Autoverhuurbedrijf Multirent te Haarlem te zijn [50] . Uit de door het verhuurbedrijf verstrekte gegevens bleek dat de auto voor de periode van 1 december 2012 tot en met 31 december 2012 verhuurd was aan [verdachte]
,geboren 14-08-1992, wonende [adres verdachte] te [woonplaats verdachte] [51] .
Gelet op het feit dat verdachte de huurder was van de zwarte Toyota Auris met het kenteken [kenteken 2], is in het Landelijk Herkenningsdienstsysteem onderzoek gedaan naar zijn signalement. Uit dit onderzoek bleek dat dit signalement luidde: 20 jaar, Noord-Afrikaans uiterlijk, mager/tenger postuur, zwart/kort haar, bruin/zwarte ogen.
Op vrijdag 24 december 2012 te 3:30 uur werd verdachte samen met verdachte [medeverdachte 6] aangehouden op verdenking van poging tot inbraak in een appartementencomplex aan het Schoneveld te Rhenen. De Toyota Auris werd in de directe omgeving aangetroffen en in beslag genomen [52] .
De rechtbank concludeert het volgende.
Getuige [getuige 1] zag om 04.45 uur de door verdachte voor een maand gehuurde Toyota Auris aankomen in Hank. Hij zag één persoon uitstappen, naar een poort aan de achterkant van een woning kijken en (toen hij merkte dat [getuige 1] naar hem keek) weglopen in de richting van het plantsoen achter [benadeelde 28]. De rechtbank wijst erop, dat 04.45 uur een tijdstip is waarop de meeste mensen slapen en in een klein dorp als Hank vrijwel niemand op straat is. Om 05.25 uur was de auto volgens de getuige weer vertrokken. Dit sluit aan bij de bij aangeefster in [benadeelde 28] gepleegde inbraak. Zij werd om 05.15 uur wakker van een inbreker en denkt dat hij om 05.25 uur weer weg was. Het ligt voor de hand dat de inbreker, die immers was betrapt, zo snel mogelijk het dorp heeft verlaten omdat hij begreep dat de politie zou worden gewaarschuwd. De door getuige en aangeefster verstrekte signalementen sluiten op elkaar aan en passen ook bij het signalement dat bij de politie bekend is van verdachte.
Uit de hiervoor besproken feiten blijkt, dat verdachte regelmatig in de nachtelijke uren kleine dorpen bezoekt om daar in te breken. Hij hanteert daarbij geen vaste methode. Soms breekt hij een sleutelkastje open, maar ook maakte hij gebruik van een openstaande balkondeur (zaaksdossier Abcoude). Opvallend is, dat het altijd om bejaarde slachtoffers gaat. Ook het onderhavige feit is gepleegd in een bejaardencomplex. Verder valt op dat verdachte twee weken later is aangehouden in Rhenen op verdenking van een poging inbraak in een appartementencomplex. Hij was toen ook met de Toyota.
Het feit dat het om een persoon gaat die reed in de huurauto van verdachte, aan zijn signalement voldeed en die om kwart voor vijf ’s ochtends in een dorp op ruime afstand van [woonplaats verdachte] werd gezien, vraagt om uitleg van verdachte. Nu die is uitgebleven, acht de rechtbank beide feiten wettig en overtuigend bewezen. Wel zal zij partieel vrijspreken van het onderdeel ‘in vereniging’ aangezien van een mededader niet is gebleken.
Dagvaarding I, feiten 9 en 10, zaaksdossier Etten-Leur
Deze feiten betreffen een tweetal inbraken bij bejaarden door het stelen van de huissleutel uit een sleutelkastje en het opnemen van geld met een daarbij gestolen pinpas
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld, dat het bewijs tegen verdachte er niet duimendik bovenop ligt, maar wel voldoende is. Zij heeft gevorderd dat de rechtbank wettig en overtuigend bewezen zal verklaren, dat verdachte deze feiten heeft begaan.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft vrijspraak van deze feiten bepleit.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank vindt het opvallend dat met de gestolen pinpas onder andere in Meer, België, geld is opgenomen, aangezien bekend is dat verdachte daar vaker met een gestolen pas heeft gepind. De TomTom is op enig moment in Etten-Leur en Meer geweest, maar het is niet bekend wanneer precies. De telefoon van verdachte straalde de volgende avond een mast aan in de buurt van de plaats waar met de gestolen pinpas is gepind in een casino. De persoon met woeste krullen, die daarvoor verantwoordelijk zou zijn, zou verdachte zijn met een pruik op zijn hoofd. De daders zijn in deze zaken echter niet gezien en de inzittenden van de auto zijn niet herkenbaar in beeld. Ook zijn er geen zendmastgegevens die de telefoon van verdachte koppelen aan de auto dan wel de plaats delict.
Al met al acht de rechtbank de ongedateerde gegevens van de TomTom in combinatie met de uiterste beperkte zendmastgegevens onvoldoende wettig en overtuigend bewijs om te concluderen dat verdachte zich aan deze feiten schuldig heeft gemaakt en zal zij hem hiervan vrijspreken.
Dagvaarding II feit 1, zaaksdossier Tiel 15-11-2012
Deze zaak betreft twee inbraken in Tiel bij een 91-jarige man en bij een 82-jarige man. In beide zaken is een sleutelkastje verbroken.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat deze inbraken wettig en overtuigend bewezen zullen worden verklaard. Zij heeft daartoe aangevoerd dat één van de aangevers rond 04.50 wakker werd en gestommel hoorde, waarna hij twee schimmen in de gang zag lopen. Uit de historische gegevens van de telefoon van verdachte en verdachte [medeverdachte 6] blijkt, dat ze in de betreffende nacht in Tiel in de omgeving van de plaatsen van de inbraak zijn geweest. Daarnaast blijkt uit een onder verdachte in beslag genomen TomTom dat in de periode tussen 12 november 2012 19.29 uur en 16 november 2012 04.16 uur, op De Schouw in Tiel - ongeveer 450 meter van één van de plaatsen waar is ingebroken - een bestemming in [woonplaats verdachte] is ingevoerd. Daaruit blijkt dat de TomTom in de periode waarin de inbraak is gepleegd in Tiel in de buurt is geweest van de plaatsen waar is ingebroken.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw van verdachte heeft vrijspraak van dit feit bepleit. Naar haar oordeel leveren deze gegevens onvoldoende bewijs om tot een veroordeling te komen.
De beoordeling van de tenlastelegging
Met de raadsvrouw is de rechtbank van oordeel dat de ongedateerde gegevens van de TomTom die bovendien een periode van bijna vier dagen bestrijken, in combinatie met alleen de zendmastgegevens onvoldoende aanknopingspunten bevatten om tot bewezenverklaring van dit feit te komen. Zij zal verdachte dan ook van dit feit vrijspreken.
Dagvaarding II, feiten 2 en 3, Zaaksdossier Brabant 27-02-2013
In de nacht van 26 op 27 februari 2013 werd ingebroken of gepoogd in te breken in diverse woningen in Noord-Brabant. Bij alle woningen werd het buiten de woning aanwezige sleutelkastje met daarin de voordeursleutel opengebroken en werd in het geval van binnengaan van de woningen de sleutel gebruikt om zich toegang te verschaffen.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat deze feiten wettig en overtuigend bewezen worden verklaard.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft vrijspraak bepleit van deze feiten. Zij heeft aangevoerd, dat noch de auto, noch de TomTom aan verdachte gelinkt kunnen worden. Dat geldt ook voor de zendmastgegevens.
De beoordeling van de tenlastelegging
Bewijsoverwegingen ten aanzien van de auto en de TomTom:
Gebruik Volkswagen Golf door verdachte [53]
Uit BlueViewregistraties van de periode 6 augustus 2012 – 1 maart 2013 blijkt, dat verdachte 24 keer in de Volkswagen Golf is gezien. Dit acht de rechtbank voldoende om hem aan te merken als vaste gebruiker van deze auto in de betreffende periode.
TomTom navigatiesysteem
Zoals blijkt uit zaaksdossier Velden-Panningen werd verdachte op 12 maart 2013 samen met de verdachten [medeverdachte 6] en [medeverdachte 2] aangehouden in de Volkswagen Bora. Bij doorzoeking van dit voertuig werd een TomTom navigatiesysteem aangetroffen, dat in beslag genomen werd. Door het Nederlands Forensisch Instituut werd deze TomTom uitgelezen [54] . Uit de gegevens van het TomTom navigatiesysteem bleek dat als huisadres was ingevoerd: [adres verdachte] te [woonplaats verdachte]. Dit is het woonadres van verdachte.
De rechtbank ziet zich gesteld voor de vraag of deze TomTom bij verdachte in gebruik was. Zij overweegt het volgende.
Zoals in zaaksdossier Hank vermeld, is verdachte op 24 december 2012 samen met verdachte [medeverdachte 6] ’s nachts aangehouden bij het Schoneveld in Rhenen naar aanleiding van een melding dat zij zich daar verdacht ophielden. Bij verdachte werd de sleutel van de door hem gehuurde Toyota Auris [kenteken 2] aangetroffen (zie Zaaksdossier Hank). In de auto werd een TomTom aangetroffen. Van deze TomTom is het serienummer genoteerd en dit bleek dezelfde TomTom die later in de ook door verdachte gebruikte Volkswagen Bora is aangetroffen [55] . In de TomTom stond als ‘
Origin GPS Pos’: ‘Schoneveld’ en als bestemming [adres verdachte] te [woonplaats verdachte]. [56]
Nu de TomTom op verschillende tijdstippen in verschillende auto’s van verdachte werd aangetroffen en in die TomTom meermalen als huisadres en als bestemming het woonadres van verdachte werd ingevoerd staat daarmee naar het oordeel van de rechtbank vast dat de TomTom bij verdachte in gebruik was.
De volgende begrippen acht de rechtbank voor het beoordelen van de informatie van de TomTom van belang.
Origin GPS Pos:soms worden door de TomTom gegevens van de laatste reis opgeslagen. Als de ‘
Last Journey Origin’ aangeeft:
‘GPS Pos’ dan betreft het de actuele positie van het TomTom toestel. Dit wil niet zeggen dat dit de start is van de laatste reis. Als de gebruiker een verkeerde afslag tijdens zijn reis heeft gemaakt en de TomTom heeft de reis opnieuw berekend, dan vermeldt het apparaat deze locatie als de start van de laatste reis. Het apparaat is dan wel daadwerkelijk op deze laatste positie geweest.
Destination:recente locaties zijn door de gebruiker geselecteerde adressen om naar te navigeren. Dat wil niet zeggen dat de gebruiker daadwerkelijk naar dit adres toe is gereden. De gebruiker heeft in ieder geval het adres geselecteerd.
Last GPS Fix:de TomTom controleert zijn laatste GPS positie en soms slaat het apparaat deze positie op. Dat kan een positie onderweg zijn, maar het kan ook de positie zijn waar het apparaat voor het laatst is uitgezet.
Uit het al aangehaalde NFI-rapport
Data-analyse van een gegevenskopie van een navigatiesysteem naar aanleiding van diverse inbraken in Nederland
blijkt dat de onderzoeksbevindingen van de TomTom waarschijnlijker zijn onder de hypothese dat de gebruikte nummering van ‘journeys’ overeenkomt met de ontstaansvolgorde van locatiegegevens, dan onder de hypothese dat dat niet zo is.
De rechtbank acht de gegevens van de TomTom op zichzelf onvoldoende voor het bewijs dat verdachte in de buurt van een daarin aangetroffen locatie een strafbaar feit heeft begaan, onder meer omdat de data waarop de gegevens in de TomTom zijn opgenomen niet precies zijn vast te stellen. Wel kan de informatie uit de TomTom ander bewijs ondersteunen.
[adres benadeelde 29] in Veldhoven
Op 27 februari 2013 te 2:00 schrok de 81-jarige bewoonster[benadeelde 29] van een aanleunwoning aan de [adres benadeelde 29] te Veldhoven wakker van een geluid. Zij hoorde een bonk op het raam en zag lichtflitsen in huis. Er bleken twee mannen in de gang van haar woning te staan, die wintermutsen droegen. Een man zei dat hij van de beveiliging was en dat ze maar weer moest gaan slapen. Nadat zij de deur achter hen had gesloten, bleek dat alle kasten in de slaapkamer waar zij zojuist had liggen slapen open stonden en waren doorzocht. Het sleutelkastje buiten, met de voordeursleutel erin, was opengebroken. Een bankpas, een mobiele telefoon, merk Samsung, 150,00 euro, een gouden ring met amethist en twee portemonnees waren ontvreemd. [57] De bankpas werd die ochtend teruggevonden op parkeerterrein Maxima ziekenhuis Veldhoven. Er bleken geen pinpogingen of transacties mee te zijn uitgevoerd. [58]
Onderzoek TomTom Navigatiesysteem
In de TomTom was (kort samengevat) op enig moment als adres ingevoerd: Parklaan Veldhoven. [59]
[adres benadeelde 30] in Baarle-Nassau
Tussen 26 februari 2013 om 22:30 uur en 27 februari 2013 om 8:00 uur werd ingebroken in de woning van de 83-jarige bewoonster [benadelde 30], gelegen aan de [adres benadeelde 30] te Baarle-Nassau. Bij deze inbraak bleek ook braakschade te zijn aan de achterzijde van de woning. Er werd niets uit de woning weggenomen. Het buiten de deur aanwezige sleutelkastje was opengebroken en de voordeursleutel was weggenomen. Aangeefster heeft niets gehoord, mogelijk omdat ze met zuurstofmasker slaapt. [60]
Sporenonderzoek
Naar aanleiding van de inbraak in de woning werd een forensisch sporenonderzoek verricht. Bij dit forensisch onderzoek werd een werktuigspoor vanaf het sleutelkastje veiliggesteld. [61]
Op 12 maart 2013 werden in de Volkswagen Bora twee schroevendraaiers inbeslaggenomen. Uit een vergelijkend onderzoek bleek, dat de indruksporen in het sleutelkastje waren veroorzaakt door één van de uit het voertuig inbeslaggenomen schroevendraaiers, de grijze Stanley schroevendraaier. [62]
Onderzoek TomTom
Uit de gegevens van de TomTom bleek dat - na de invoer van het adres Parklaan - zowel op de GPS positie N260 Boshoven te Baarle-Nassau als op de GPS positie N639 Chaamseweg in Baarle-Nassau, het woonadres van verdachte werd ingevoerd. Deze GPS posities liggen respectievelijk op 1,8 kilometer en 450 meter afstand van het adres [adres benadeelde 30] in Baarle-Nassau. [63]
[adres benadeelde 31] in Chaam
Op 27 februari 2013 te 3:55 uur werd de 85-jarige [benadeelde 31], wonende aan [adres benadeelde 31] te Chaam, wakker van geklop. Toen zij naar buiten keek, zag zij iemand het sleutelkastje bij haar voordeur vernielen. Ze kon niet zien of het een man of een vrouw was. Zij riep “Flikker op”, waarop de persoon wegliep. Het sleutelkastje was opengebroken. [64]
[adres benadeelde 32] in Chaam
Op 27 februari 2013 werd door [benadeelde 32] aangifte gedaan van poging tot diefstal, gepleegd op het adres [adres benadeelde 32] te Chaam. Aangeefster was er op 27 februari 2013 omstreeks 12:00 uur door een buurvrouw op aangesproken dat het sleutelkastje bij haar
voordeur was opengebroken. Zij had het sleutelkastje niet in gebruik en er zat dus ook geen voordeursleutel in. [65]
Onderzoek TomTom
Uit de gegevens van de TomTom bleek dat - na de invoer van het adres Parklaan en invoeren op de GPS posities N260 Boshoven te Baarle-Nassau en N639, Chaamseweg in Baarle-Nassau - ook op de GPS positie Withagen te Chaam het woonadres van verdachte werd ingevoerd [66] .
Volkswagen Golf[kenteken 3]
Zoals hiervoor beschreven maakte verdachte [verdachte] met grote regelmaat gebruik van de Volkswagen Golf met het kenteken[kenteken 3]. Op vrijdag 27 februari 2013 zagen verbalisanten hem om 17:11 uur als bestuurder in deze auto zitten. [67]
Resultaat ARS
ARS Traffic & Transport technology (ARS) betreft een commercieel bedrijf dat onder andere, middels kentekenregistratiecamera's, de doorstroming van het verkeer in een groot deel van Nederland registreert
.
Uit geregistreerde ARS-gegevens van de Volkswagen Golf blijkt het volgende.
  • Op 27 februari 2013 om 00:10 uur reed de auto van Eindhoven naar Veldhoven en toen over de A58 via Tilburg richting Gilze en vanaf daar richting Alphen, dat op de route ligt tussen Gilze en Baarle-Nassau.
  • Om 01.06.49 uur passeerde de auto de Heerbaan in Veldhoven
  • Om 02.03 uur reed hij bij De Run in Veldhoven. Deze locatie is gelegen op de toegangsweg naar het Maxima Medisch Centrum.
  • Daarna passeerde de auto om 02.28 uur de Langenbergseweg te Gilze.
  • Om 02.33 uur werd de ARS-locatie op de N260, Boshoven te Alphen gepasseerd. Zowel Gilze als Alphen liggen op de route tussen Veldhoven en Baarle-Nassau.
Telefoonnummer verdachte op 27 februari 2013
Door de raadsvrouw is betoogd, dat het telefoonnummer[telefoonnummers] pas op 12 maart 2013 aan verdachte is te koppelen en verdachte niet de enige gebruiker was. Volgens haar kan dus niet worden bewezen, dat verdachte dit nummer op 27 februari 2013 in gebruik had.
De rechtbank stelt vast, dat genoemd telefoonnummer is getapt tot 28 juli 2013 [69] .
Op 21 mei 2013 kwam op dit nummer een sms-bericht binnen met als aanhef: ‘Hoi[verdachte] [70] ’.
Op 25 mei 2013 werd dit nummer gebeld en werd na opnemen gezegd: ‘Hey[verdachte] [71] ’.
Op 14 juni 2013 kwam op dit nummer een sms-bericht binnen met als aanhef: ‘Hoi[verdachte] [72] ’.
Gedurende het onderzoek bleek zoals al vermeld uit een tapgesprek van verdachte [medeverdachte 2] dat verdachte een ander telefoonnummer in gebruik had genomen, nummer[telefoonnummers]. Dit nummer is getapt vanaf 29 mei 2013 [73] .
De rechtbank merkt op, dat 27 februari minder dan twee weken voor 12 maart ligt. Uit tapgegevens blijkt, dat verdachte het nummer tot in mei 2013 in gebruik heeft gehad. De pas ter zitting betrokken, niet nader gemotiveerde stelling dat anderen dit nummer ook gebruikten, wordt niet ondersteund door de latere tapgegevens of enig ander bewijs en acht de rechtbank onvoldoende om te twijfelen over het gebruik van dit nummer door verdachte voorafgaand aan 12 maart 2013.
Peiling zendmastgegevens [74]
Van de telefoon van verdachte met nummer[telefoonnummers] zijn zendmastgegevens opgevraagd. Hieruit bleek het volgende.
  • De telefoon straalde op 26 februari 2013 onder meer vanaf 19.02 tot 20.25 uur diverse masten aan op de Run in Veldhoven.
  • Tussen 20.44 en 23.49 uur werden bij in totaal 37 telefonische gespreks- en/of SMS contacten uitsluitend zendmasten in Veldhoven aangestraald.
  • Op 27 februari omstreeks 01.36 uur straalde de telefoon eveneens masten aan De Run in Veldhoven aan.
Met betrekking tot de telefoon van verdachte [medeverdachte 2] bleek het volgende
  • Op 26 februari 2013 in de namiddag straalde deze telefoon tijdens gesprekken met de telefoon van verdachte masten in [woonplaats verdachte] aan.
  • Daarna straalde de telefoon rond 18.00 uur masten aan in Dordrecht en rond 19.00 uur in Eindhoven.
  • Op 27 februari straalde de telefoon om 00.22 uur onder meer een mast aan bij verzorgingsplaats 't Haasje te Maarheeze.
  • Om 01.39 en 01.40 uur straalde de telefoon een mast aan op De Run in Veldhoven en om 02.08 uur een andere mast aan De Run in Veldhoven.
Verklaringen van verdachte
Verdachte heeft zich op zijn zwijgrecht beroepen.
Het oordeel van de rechtbank
Uit de onderhavige en andere zaken blijkt dat sleutelkluisjes werden opengebroken uitsluitend met de bedoeling de zich daarin bevindende sleutel te gebruiken om het betreffende huis binnen te gaan en de bewoner te bestelen. Daarom kan naar het oordeel van de rechtbank zelfs het enkel beschadigen van een sleutelkastje niet anders worden gezien dan als een begin van uitvoering van een diefstal, dus een voltooide poging en is niet relevant of zich in het kastje een sleutel bevond of niet.
Op grond van de gegevens van de zendmasten, het ARS systeem en de TomTom in onderling verband en samenhang beschouwd staat naar het oordeel van de rechtbank vast dat de verdachten [verdachte] en [medeverdachte 2] zich met de Volkswagen Golf[kenteken 3] op tijdstippen in de nacht van 27 februari 2013 hebben bevonden in Veldhoven, in Baarle-Nassau en in Chaam, in de onmiddellijke omgeving van de adressen waar die nacht werd ingebroken of gepoogd werd in te breken. Daarbij gaat de rechtbank ervan uit dat verdachte eerder op de avond de omgeving van Veldhoven heeft verkend terwijl hij telefonisch contact hield met verdachte [medeverdachte 2] die later naar hem toe is gereden in de Volkswagen Golf van verdachte. In deze auto heeft de politie een schroevendraaier gevonden waarmee het sleutelkastje in Baarle-Nassau was opengebroken.
Nu verdachte geen redelijke, de redengevendheid ontzenuwende verklaring heeft willen geven voor deze schroevendraaier, noch voor zijn nachtelijke aanwezigheid met verdachte [medeverdachte 2] in de onmiddellijke nabijheid van de woningen waar in die tijdsspanne werd ingebroken, in dorpen op grote afstand van zijn woonplaats, gaat de rechtbank ervan uit dat er geen alternatieve verklaring voor deze bewijsmiddelen bestaat. De rechtbank acht ook deze feiten wettig en overtuigend bewezen.
Dagvaarding II, feiten 4 en 5, Zaaksdossier Tiel 28-06-2013
Deze zaken betreffen een tasjesroof bij een 83-jarige vrouw en verzet tegen een ambtenaar in functie door deze in de arm te bijten.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat beide feiten wettig en overtuigend bewezen kunnen worden.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft vrijspraak van feit 4 bepleit, omdat naar haar mening verdachte te ver van de plaats delict is aangehouden om daarmee in verband te kunnen worden gebracht. Verdachte was bij aanhouding ook niet in het bezit van de gestolen tas.
Wat betreft feit 5 was de aangever volgens haar niet doende in de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, nu verdachte buitengewoon hardhandig door hem is aangepakt en aan de rechter-commissaris de blauwe plekken heeft laten zien die hij daarbij heeft opgelopen.
De beoordeling van de tenlastelegging
Feit 4.
Aangifte [75]
[benadeelde 33] heeft verklaard dat zij op 28 juni 2013 omstreeks 18:50 uur vanuit haar woning aan de [adres benadeelde 36] over de stoep van de Kijkuit te Tiel liep, in de richting van de Amstelhoek. Zij liep met haar rollator, want ze is slecht ter been. Haar handtas, met daarin haar portemonnee met ongeveer € 12, een pakje sigaretten en haar adressenboekje, zat in het mandje van haar rollator. Een fietser kwam haar tegemoet en fietste schuin over de weg naar haar toe. Deze fietser, een jongeman van ongeveer 22 jaar, griste haar handtas uit het mandje en fietste weg in de richting van de Veemarkt. Aangeefster verklaarde dat zij door het weggrissen van de tas op haar knieën viel, maar niet echt gewond was. Wel was zij heel erg geschrokken.
Getuige [getuige 2] [76]
Getuige heeft verklaard dat hij en zijn vrouw (getuige [getuige 3]) op 28 juni 2013 omstreeks 18.55 uur de Stationsstraat in fietsten. Op het moment dat ze rechtsaf sloegen, zagen ze aan de overzijde bij de groenstrook een jongen met een fiets staan. Hij keek schichtig om zich heen en was iets met zijn jas aan het doen. Het leek alsof hij iets onder zijn jas stopte. Het hele gedrag van deze jongen duidde erop dat er iets niet in de haak was. Hij fietste aan de linkerzijde van de Stationsstraat weg in de richting van het station. Hij fietste vrij hard en om zich heen kijkend. Getuige legde de link met een oude mevrouw die hij kort ervoor met de rollator had zien opstaan. Hij zei tegen zijn vrouw, dat hij achter de jongen aanging. Tijdens de achtervolging zag hij onder de jas van deze jongen een hengsel van een tas uitsteken. Getuige heeft de jongen geruime tijd achtervolgd en heeft hem ook gezegd de tas terug te geven. Ter hoogte van woning aan de Boerhavelaan 2 kon hij hem afsnijden. De jongen schoot de oprit van deze woning op en kwam ten val. Hierna rende hij schuin de tuin in van deze woning en kwam op de Burgemeester Meslaan uit.
Getuige zag de jongen nog net een grindpad van een woning ingaan. Hij zag dat de jongen twee keer om de hoek keek van een garage gelegen aan de Burgemeester Bonhofflaan. Inmiddels zag hij de motoragent aankomen rijden. Hierna hebben hij en zijn vrouw en de motoragent de hoeken afgezet, zodat de jongen niet weg kon. Hierna kwamen er meerdere agenten ter plaatse en kon de jongen gepakt worden.
Getuige herkende de jongen die werd aangehouden als de jongen die hij achterna was gefietst.
Getuige [getuige 3] [77]
Getuige fietste met haar man, getuige [getuige 2], en zag dat op de Voor de Kijkuit een oude dame met een rollator werd geholpen met opstaan. In de Stationsstraat zagen ze een jongen die schichtig om zich heen keek en iets met zijn jas aan het doen was. Het leek of hij daar iets onder stopte. Ze zag haar man een heel eind achter de jongen aanrijden en heeft de politie gebeld. Vervolgens zag ze een motoragent aankomen, die ze aansprak.
De jongen die door de politie werd gepakt, was de jongen die haar man en zij achterna waren gefietst.
Ter hoogte van de oprijlaan van het adres Boerhavelaan 2 is een donkere tas aangetroffen [78] . Deze lag ongeveer een meter naast de oprijlaan.
Aangeefster verklaarde dat zij de tas die verbalisant haar toonde, herkende als de hare [79] .
Feit 5.
[benadeelde 35] is bijzonder opsporingsambtenaar (hierna: BOA) bij het domein generieke opsporing politie Gelderland –Zuid [80] . Hij heeft verklaard [81] , dat hij op 28 juni 2013 werkzaam was als arrestantenverzorger in het cellencomplex van het politiebureau te Tiel. Omstreeks 19:35 uur wilde hij via de zogeheten Progis-procedure de werkelijke identiteit van een aangehouden verdachte, die beschikte over een rijbewijs ten name van [kennis medeverdachte 3] vaststellen. Hij begeleidde de verdachte, die boos was, onder lichte dwang naar de ruimte waar dat moest plaatsvinden. De verdachte weigerde mee te werken tijdens de procedure en maakte een slaande beweging naar aangever, die hem echter niet raakte.
Aangever verklaarde dat de hulpofficier van justitie vervolgens toestemming gaf geweld te gebruiken om het doel te bereiken. Aangezien het verzet van de verdachte steeds heviger werd en hij probeerde in de vingers van de aangever te bijten toen deze zijn arm om diens nek had, is de procedure gestopt en werd besloten de verdachte naar zijn cel te brengen om hem tot rust te laten komen. Halverwege zei verdachte dat hij toch mee zou werken. Men is toen teruggekeerd naar de Progris-ruimte. Vervolgens weigerde verdachte opnieuw om mee te werken. Aangever had de verdachte nog steeds om zijn nek vast en toen hij moest overpakken, beet verdachte hem in zijn rechteronderarm, waarna aangever pijn voelde op de plaats waar de verdachte hem beet.
Nadat de verdachte weer teruggebracht was naar zijn cel, bleek dat de arm en elleboog van aangever bloedden. Hij heeft zich volgens protocol zo snel mogelijk onder behandeling gesteld van een arts en kreeg uit voorzorg een hepatitis- en tetanusinjectie toegediend.
Verbalisant Groenen [82] bevestigde het relaas van aangever Homersom. Tijdens de worsteling met verdachte hoorde hij aangever zeggen dat verdachte hem probeerde te bijten en aangever bleek na afloop een paar bloedende wondjes op zijn arm te hebben.
In het dossier bevindt zich een medische verklaring [83] , waaruit blijkt dat aangever bij onderzoek op 28 juni 2013 een bijtverwonding op zijn rechter onderarm had. De behandeling bestond uit vaccinatie tegen tetanus en hepatitis B.
Het oordeel van de rechtbank.
De rechtbank stelt vast dat de aangifte van mevrouw [benadeelde 33] van de diefstal naadloos aansluit bij de waarnemingen van de getuigen [getuige 2] en [getuige 3], die nadat ze iemand een oude dame met een rollator overeind hadden zien helpen, een jongen met een fiets waarnamen, die zich verdacht gedroeg en onder wiens kleren een hengsel uitkwam. Met name getuige [getuige 2] heeft verdachte vrijwel niet uit het oog verloren. Beiden verklaarden, dat deze jongen degene was die uiteindelijk door de politie is aangehouden. De tas van aangeefster is bovendien aangetroffen op de vluchtroute van verdachte. De rechtbank acht dit feit dan ook wettig en overtuigend bewezen.
Met betrekking tot feit 5 is de rechtbank van oordeel, dat de aangifte van BOA [benadeelde 35] wordt ondersteund door de verklaring van Groenen en de medische verklaring. In het door de verdediging overgelegde proces-verbaal van 2 juli 2013, opgemaakt door de rechter-commissaris en de griffier van de rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, schreef verdachte ‘afdrukken van handen op zijn armen’ toe aan de volgens hem hardhandige aanhouding. Hij vermeldde verder dat hij op het politiebureau ook hardhandig zou zijn aangepakt, maar had het in dat verband alleen over zijn keel die dichtgeknepen werd. De rechtbank acht dan ook niet aannemelijk geworden dat aangever buiten zijn boekje is gegaan wat betreft het door hem toegepaste geweld. Zij is voorts van oordeel dat verdachte het toegepaste geweld over zichzelf heeft afgeroepen en dat hij het eenvoudig had kunnen vermijden door mee te werken. Ook dit feit acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen.

5.De bewezenverklaring

De rechtbank verklaart ten aanzien van verdachte bewezen dat:
Dagvaarding I
1.
ZAAKSDOSSIER ABCOUDE
hij op 20 juni 2013 te Abcoude, gemeente De Ronde Venen, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in een woning (gelegen aan het [adres benadeelde 25]) heeft weggenomen een portemonnee inhoudende een bankpas en een rijbewijs en 681 euro en diverse sieraden en een theedoek, toebehorende aan [benadeelde 25], zulks na zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te hebben verschaft door inklimming, te weten door via een openstaande balkondeur de woning te betreden;
2.
hij op tijdstippen op 20 juni 2013 te Abcoude, gemeente De Ronde Venen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit geldautomaten en een chip(opwaardeer)automaat heeft weggenomen geldbedragen (totaal 1500 euro), toebehorende aan [benadeelde 25], zulks na de weg te nemen goederen onder zijn bereik te hebben gebracht door middel van een valse sleutel, te weten door een gestolen bankpas (op naam van voornoemde[benadeelde 25]) in bovengenoemde automaten in te voeren en vervolgens een aan de rechtmatige houder van die bankpas opgegeven (geheime) pincode, althans enige pincode, in te voeren en geldbedragen op te nemen;
4.
ZAAKSDOSSIER HEINENOORD
hij op 16 mei 2013 te Heinenoord, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, tezameen in vereniging met een ander of anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in een bejaardenwoning (gelegen aan de [adres benadeelde 26]) heeft weggenomen een telefoon (merk Nokia) en twee bankpassen (o.n.v. [schoonzoon bendeelde 26]) en ongeveer 20 euro en een medicijnbox/beautycase, toebehorende aan [schoonzoon bendeelde 26] of [benadeelde 26], zulks na zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te hebben verschaft door een valse sleutel, te weten door een aan de woning bevestigde sleutelkluis open te breken en uit deze sleutelkluis een huissleutel te pakken en met deze sleutel de woning te betreden;
5.
ZAAKSDOSSIER VELDEN-PANNINGEN
hij op 12 maart 2013 te Velden, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in een woning (gelegen aan de [adres benadeelde 1]) weg te nemen goederen en/of geld toebehorende aan [benadeelde 1], en zich daarbij de toegang tot die woning te verschaffen door middel van braak en een valse sleutel, met zijn mededaders een raam van die woning heeft geforceerd en een aan de woning bevestigde sleutelkluis heeft opengebroken en uit deze sleutelkluis een huissleutel heeft gepakt, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid
;
7.
ZAAKSDOSSIER HANK
hij op 10 december 2012 te Hank, gemeente Werkendam, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in een bejaardenwoning in verzorgingstehuis [benadeelde 28] (gelegen aan de In[adres benadeelde 27]) heeft weggenomen een mobiele telefoon en ongeveer 100 euro en een portemonnee inhoudende ongeveer 100 euro en een ID kaart en diverse pasjes en een bankpas, toebehorende aan [benadeelde 27], zulks na zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te hebben verschaft door inklimming, te weten door via een raam de woning te betreden;
8.
hij op tijdstip(pen) op 10 december 2012 te Utrecht, in elk geval in Nederland, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een geldautomaat en een chip(opwaardeer)automaat heeft weggenomen totaal 470 euro, toebehorende aan [benadeelde 27], zulks na de het weg te nemen goederen onder zijn bereik te hebben gebracht door een valse sleutel, te weten door een gestolen bankpas (op naam van voornoemde[benadeelde 27]) in bovengenoemde automaten in te voeren en vervolgens een aan de rechtmatige houder van die bankpas opgegeven (geheime)pincode, althans een pincode, in te voeren en geldbedragen op te nemen;
Dagvaarding II 09/837006-12
2.
ZAAKSDOSSIER BRABANT 27-02-2013
hij op 27 februari 2013 te Veldhoven, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening in een aanleunwoning (gelegen aan [adres benadeelde 29]) heeft
weggenomen twee portemonnees inhoudende totaal ongeveer 150 euro en een bankpas en een mobiele telefoon (Samsung) en een gouden ring, toebehorende
aan[benadeelde 29], zulks na zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te hebben verschaft door een valse sleutel, te weten door een aan de woning bevestigde
sleutelkluis open te breken en uit deze sleutelkluis een huissleutel te pakken en met deze sleutel de woning te betreden;
3.
hij op tijdstippen in de periode van 26 februari 2013 tot en met 27 februari 2013 te Baarle-Nassau en te Chaam, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in woningen gelegen aan
a. a) [adres benadeelde 30] te Baarle-Nassau en
b) [adres benadeelde 32] te Chaam en
c) [adres benadeelde 31] te Chaam
weg te nemen goederen en/of geld, toebehorende aan
a. a) [benadelde 30] en
b) [benadeelde 32] en
c) [benadeelde 31]
en zich daarbij de toegang tot die woningen te verschaffen door middel van een valse sleutel, met zijn mededader aan de woningen bevestigde sleutelkluisjes heeft afgebroken/opengebroken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
4.
ZAAKSDOSSIER TIEL 28-06-2013
hij op 28 juni 2013 te Tiel met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een handtas (inhoudende een mobiele telefoon en een portemonnee inhoudende ongeveer 12 euro en een pakje sigaretten en een adressenboekje),
toebehorende aan [benadeelde 33].
5.
hij zich op 28 juni 2013 te Tiel met geweld heeft verzet tegen de toen aldaar dienstdoende [benadeelde 35], bijzondere opsporingsambtenaar domein generieke opsporing van Politie Gelderland-Zuid, werkzaam in de rechtmatige uitoefening zijner bediening, door opzettelijk gewelddadig in de arm van die [benadeelde 35] te bijten, (toen deze verdachtes identiteit wilde vaststellen door middel van de zogeheten Progris-procedure) ten gevolge waarvan deze opsporingsambtenaar lichamelijk letsel (bijtwonden op de arm en/of de elleboog) bekwam.

6.De strafbaarheid van de feiten

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
Dit levert de in de beslissing genoemde strafbare feiten op.

7.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is eveneens strafbaar, omdat er geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

8.De strafoplegging

8.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft een gevangenisstraf voor de duur van 48 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk, onder de bijzondere voorwaarde dat verdachte zich zal houden aan de voorwaarden zoals omschreven in het nader te noemen reclasseringsrapport, met een proeftijd voor de duur van 3 jaar gevorderd.
8.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw van verdachte heeft bepleit dat als de rechtbank tot een veroordeling komt, het Adolescentenstrafrecht wordt toegepast.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
Met betrekking tot het verzoek om toepassing van het Adolescentenstrafrecht overweegt de rechtbank dat de mogelijkheid dat het jeugdsanctiestrafrecht kan worden toegepast, met ingang van 1 april 2014 is verruimd, waardoor het adolescentenstrafrecht is gaan gelden voor jongvolwassenen die ten tijde van het begaan van het strafbare feit de leeftijd van 23 jaar nog niet hebben bereikt. De wetgever heeft weliswaar als overgangsrecht deze uitbreiding laten ingaan voor strafbare feiten gepleegd na 1 april 2014, maar de rechtbank dient op grond van vaste jurisprudentie te toetsen of het adolescentenstrafrecht ook van toepassing kan zijn op feiten gepleegd door jongvolwassenen vóór 1 april 2014, indien de toepassing van het jeugdstrafrecht voor de verdachte als gunstiger strafregime is aan te merken.
Gelet op de ernst en omvang van de bewezenverklaarde feiten en het strafblad van verdachte waaruit blijkt dat een diversiteit aan straffen in het kader van het jeugdstrafrecht niet tot enig positief resultaat heeft geleid, is de rechtbank van oordeel dat het verzoek om toepassing van het adolescentenstrafrecht afgewezen moet worden.
Na te melden straf is in overeenstemming met de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gegrond op de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan tijdens het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Verdachte heeft zich gedurende een aantal maanden bezig gehouden met het plegen van inbraken. De inbraken, zonder uitzondering bij (hoog-) bejaarde personen, vonden twee maal plaats door inklimming en verder door een sleutelkastje te vernielen, de daarin aanwezige sleutel weg te nemen en vervolgens de woning in te gaan, waarbij men zelfs tot in de slaapkamer van de slachtoffers kwam. De inbraken vonden veelal plaats in kleinere dorpen en in de nachtelijke uren, als de bewoners thuis waren. De buit bestond vaak uit contant geld, bankpassen en sieraden.
De rechtbank neemt bij de strafoplegging in het bijzonder in aanmerking dat verdachte in de nachtelijke uren de woning van aangevers is binnengegaan. Door de aanwezigheid van een sleutelkastje bij de betreffende woningen wist verdachte dat sprake was van een kwetsbaar slachtoffer dat op de hulp van anderen was aangewezen. Verdachte heeft de woningen doorzocht en is zelfs in de slaapkamer van betrokkenen geweest. Door deze handelswijze heeft verdachte ernstig inbreuk gemaakt op de persoonlijke levenssfeer en het gevoel van veiligheid van betrokkenen.
De rechtbank neemt verder in overweging dat de huidige maatschappelijke ontwikkeling is dat hulpbehoevenden in toenemende mate met beleid worden geconfronteerd inhoudende dat zij zo lang mogelijk zelfstandig moeten blijven wonen en daarbij dan zijn aangewezen op mantelzorgers en zorginstanties. Om (snel) hulp te kunnen bieden moeten dan voorzieningen zoals een sleutelkastje worden aangebracht.
Woninginbraken zijn ernstige feiten. Zij veroorzaken niet alleen de nodige materiële en emotionele schade, maar maken ook een forse inbreuk op de privacy van de slachtoffers. Het is voor hen bijzonder onaangenaam om te leven met de wetenschap dat, terwijl men zelf in de woning aanwezig was, vreemden in die woning zijn geweest en hun persoonlijke bezittingen hebben doorzocht en weggenomen. Het handelen van verdachte draagt dan ook bij aan de gevoelens van onveiligheid in de samenleving. Met de diefstal van persoonlijke spullen zijn de slachtoffers ook eigendommen kwijtgeraakt die emotionele waarde voor hen hadden en die onvervangbaar zijn.
Verdachte heeft zich ook schuldig gemaakte aan een straatroof op klaarlichte dag met als slachtoffer een (toen) 83-jarige vrouw die zich vanwege lichamelijke beperkingen met een rollator over straat bewoog en door verdachte ten val is gebracht. Door dergelijk handelen, waarvan omstanders getuige waren, worden gevoelens van onveiligheid aangewakkerd. Een ander voor de hand liggend gevolg is dat bejaarden zich zo kwetsbaar gaan voelen dat ze nauwelijks meer op straat durven komen en daardoor in een sociaal isolement kunnen komen te verkeren.
Tenslotte heeft verdachte een bijzonder opsporingsambtenaar in de rechtmatige uitoefening van zijn werkzaamheden in de arm heeft gebeten, waardoor deze (bloedende) verwondingen heeft opgelopen en geruime tijd in grote onzekerheid heeft moeten verkeren of hij daardoor met ernstige ziektes besmet zou zijn geraakt.
De rechtbank heeft kennisgenomen van een op verdachtes naam staand uittreksel uit de Justitiële Documentatie d.d. 5 oktober 2012, waaruit blijkt dat hij eerder, onder meer voor soortgelijke strafbare feiten is veroordeeld tot (on)voorwaardelijke gevangenisstraffen. Deze straffen hebben hem er kennelijk niet van weerhouden opnieuw een strafbaar feit te plegen.
De rechtbank heeft ook kennisgenomen van de rapportage van Reclassering Nederland d.d. 25 juli 2014 betreffende verdachte, waaruit blijkt dat bij verdachte sprake is van grote zorgen op diverse leefgebieden. Men constateert dat verdachte zich geenszins laat weerhouden door voorwaardelijke straffen, werkstraffen of onvoorwaardelijke straffen. Ook hulpverlening lijkt geen baat te hebben. Geconcludeerd wordt dat op grond van het recidiverisico, de criminogene factoren en de mislukte interventies in het verleden, een toezicht op bijzondere voorwaarden is geïndiceerd. Verdachte is door de reclassering aangemeld bij De Waag. Daar dient hij zijn vaardigheden te vergroten om te leren hoe hij problemen op niet-criminele wijze kan oplossen.
De reclassering adviseert een onvoorwaardelijke taakstraf op te leggen en daarnaast een voorwaardelijke straf met als bijzondere voorwaarden een meldplicht, een behandelverplichting en een locatiegebod.
De rechtbank zal dit advies niet volgen, aangezien in het verleden aan verdachte opgelegde taakstraffen vrijwel zonder uitzondering niet goed zijn uitgevoerd. Bovendien is de rechtbank van oordeel dat een taakstraf geen enkel recht doet aan de ernst van de bewezen verklaarde feiten. Te zijner tijd zal bij een voorwaardelijke invrijheidstelling over het door de reclassering geadviseerde toezicht kunnen worden besloten.
De rechtbank betrekt in haar oordeel over de strafmaat tevens dat verdachte geen enkel teken heeft gegeven enig berouw van zijn daden te hebben, of verantwoordelijkheid daarvoor te willen nemen. Nu verdachte met zijn handelen en houding te kennen heeft gegeven dat hij zich kennelijk louter laat leiden door zijn eigen belangen en behoeftes, zonder acht te slaan op de belangen en behoeftes van anderen, in het bijzonder die van zijn (kwetsbare) slachtoffers, is de rechtbank van oordeel dat de maatschappij langdurig tegen verdachte dient te worden beschermd.
Alles overwegende acht de rechtbank oplegging van een gevangenisstraf van nader te noemen duur passend en geboden.

9.De vordering van de benadeelde partij / de schadevergoedingsmaatregel

9.1
De vordering in Zaaksdossier Hank
[benadeelde 27] heeft zich als benadeelde partij gevoegd ter zake van een vordering tot schadevergoeding, groot € 498,-. Dit bedrag bestaat uit de niet door de verzekering gedekte schade.
9.1.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd de benadeelde partij niet-ontvankelijk te verklaren in zijn vordering, nu zij vrijspraak van het onderliggende feit heeft gevraagd.
9.1.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bepleit dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in zijn vordering, nu zij vrijspraak van het onderliggende feit heeft bepleit.
9.1.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal het door [benadeelde 27] gevorderde bedrag in zijn geheel toewijzen. De door hem geleden schade is het rechtstreekse gevolg van de bewezen verklaarde strafbare feiten en de vordering is genoegzaam onderbouwd.
Dit brengt mee, dat de verdachte dient te worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met zijn vordering heeft gemaakt, welke kosten de rechtbank tot op heden begroot op nihil, en de kosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.
Nu verdachte jegens [benadeelde 27] naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schade die door het bewezen verklaarde strafbare feit is toegebracht en verdachte voor dit feit zal worden veroordeeld, zal de rechtbank aan verdachte de verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van een bedrag groot € 498,-, ten behoeve van het slachtoffer genaamd [benadeelde 27].
9.2
De vordering in Zaaksdossier Etten-Leur
[benadeelde 34] heeft zich als benadeelde partij gevoegd ter zake van een vordering tot schadevergoeding, groot € 2585,37. Dit bedrag bestaat uit de niet door de verzekering gedekte schade, alsmede € 285,- immateriële schade. Tevens wordt de wettelijke rente gevorderd alsook de oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
9.2.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd de vordering van de benadeelde partij in zijn geheel toe te wijzen, met toepassing van de schadevergoedingsmaatregel.
9.2.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bepleit dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in zijn vordering, nu zij vrijspraak van het onderliggende feit heeft bepleit.
9.2.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaren in zijn vordering tot schadevergoeding, aangezien verdachte ten aanzien van het ten laste gelegde feit waarop de vordering betrekking heeft, is vrijgesproken.
Dit brengt mee, dat de benadeelde partij dient te worden veroordeeld in de kosten die de verdachte tot aan deze uitspraak in verband met zijn verdediging tegen die vordering heeft moeten maken, welke kosten de rechtbank begroot op nihil.
9.3
De vordering in Zaaksdossier Tiel 28-06-2013
[benadeelde 35] heeft zich als benadeelde partij gevoegd ter zake van een vordering tot schadevergoeding, groot € 400,-. Dit bedrag bestaat uit immateriële schade. Tevens wordt de wettelijke rente gevorderd alsook de oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
9.3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd de vordering van de benadeelde partij in zijn geheel toe te wijzen, met toepassing van de schadevergoedingsmaatregel.
9.3.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bepleit dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in zijn vordering, nu zij vrijspraak van het onderliggende feit heeft bepleit.
9.3.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal het door [benadeelde 35] gevorderde bedrag in zijn geheel toewijzen. De door hem geleden schade is het rechtstreekse gevolg van het bewezen verklaarde strafbare feit en de vordering is genoegzaam onderbouwd. De rechtbank zal ook de gevorderde wettelijke rente toewijzen, nu vast is komen te staan dat de schade met ingang van 28 juni 2013 is ontstaan.
Dit brengt mee, dat de verdachte dient te worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met zijn vordering heeft gemaakt, welke kosten de rechtbank tot op heden begroot op nihil, en de kosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.
Nu verdachte jegens [benadeelde 35] naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schade die door het bewezenverklaarde strafbare feit is toegebracht en verdachte voor dit feit zal worden veroordeeld, zal de rechtbank aan verdachte de verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van een bedrag groot € 400,-, vermeerderd met de gevorderde wettelijke rente daarover vanaf 28 juni 2013 tot aan de dag waarop deze vordering is voldaan, ten behoeve van het slachtoffer genaamd [benadeelde 35].

10.De in beslag genomen goederen

10.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd de Volkswagen Bora verbeurd te verklaren. Voor de overige goederen genoemd op de beslaglijst heeft de officier van justitie teruggave aan verdachte gevorderd.
10.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat de Volkswagen Bora aan de vader van verdachte toebehoort en aan hem dient te worden teruggegeven.
10.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal het op de beslaglijst onder 1 genummerde voorwerp, de Volkswagen Bora, verbeurd verklaren. Dit voorwerp is voor verbeurdverklaring vatbaar, aangezien dit voorwerp aan verdachte toebehoort en met behulp van dit voorwerp de onder 1, 2 en 5 van dagvaarding 1 bewezen verklaarde feiten zijn begaan. Bij de vaststelling van deze bijkomende straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de draagkracht van verdachte. Het feit dat de auto op naam van de vader van verdachte staat, doet niet af aan de vaststelling van de rechtbank dat verdachte de feitelijke eigenaar en gebruiker van de auto was.
Nu het belang van strafvordering zich daartegen niet meer verzet, zal de rechtbank de teruggave aan verdachte gelasten van de op de beslaglijst onder 2 tot en met 21 genummerde voorwerpen.

11.De toepasselijke wetsartikelen

De op te leggen straffen en maatregelen zijn gegrond op de artikelen:
- 24c, 33, 33a, 36f, 45, 57, 181, 310 en 311 van het Wetboek van Strafrecht;
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezen verklaarde.

12.De beslissing

De rechtbank,
verklaart niet wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de bij dagvaarding I onder 3, 6, 9 en 10 tenlastegelegde feiten en het bij dagvaarding II onder 1 ten laste gelegde feit heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
verklaart wettig en overtuigend bewezen, dat de verdachte de bij dagvaarding I onder 1, 2, 4, 5, 7 en 8 en de bij dagvaarding II onder 2, 3, 4 en 5 tenlastegelegde feiten heeft begaan en dat het bewezenverklaarde uitmaakt:
ten aanzien van dagvaarding I, feit 1 en 7:
diefstal gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning, door iemand die zich aldaar buiten weten van de rechthebbende bevindt, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van inklimming, meermalen gepleegd;
ten aanzien van dagvaarding I, feit 2 en 8:
diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van vaste sleutels, meermalen gepleegd;
ten aanzien van dagvaarding I, feit 4 en dagvaarding II feit 2:
diefstal, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning, door iemand die zich aldaar buiten weten van de rechthebbende bevindt, door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van valse sleutels, meermalen gepleegd;
ten aanzien van dagvaarding I, feit 5 en dagvaarding II feit 3:
poging tot diefstal, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning, door iemand die zich aldaar buiten weten van de rechthebbende bevindt door twee of meer personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van valse sleutels, meermalen gepleegd;
ten aanzien van dagvaarding II, feit 4:
diefstal;
ten aanzien van dagvaarding II feit 5:
wederspannigheid, terwijl het misdrijf of de daarmede gepaard gaande feitelijkheden enig lichamelijk letsel ten gevolge hebben;
verklaart het bewezen verklaarde en de verdachte deswege strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
veroordeelt de verdachte tot:
een gevangenisstraf voor de duur van
3 (DRIE) JAAR;
bepaalt dat de tijd, door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de hem opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht;
wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [benadeelde 27] toe en veroordeelt verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan [benadeelde 27], een bedrag van € 498,-;
veroordeelt de verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
legt aan verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat van een bedrag groot € 498,- ten behoeve van het slachtoffer genaamd [benadeelde 27];
bepaalt dat in geval volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt - onder handhaving van voormelde verplichting - vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 9 dagen;
bepaalt dat voldoening van de gehele of gedeeltelijke betalingsverplichting aan de benadeelde partij de betalingsverplichting aan de Staat in zoverre doet vervallen, alsmede dat voldoening van de gehele of gedeeltelijke betalingsverplichting aan de Staat de betalingsverplichting aan de benadeelde partij in zoverre doet vervallen;
bepaalt dat de benadeelde partij [benadeelde 34] niet ontvankelijk is in de vordering tot schadevergoeding;
veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door de verdachte ter verdediging tegen die vordering gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [benadeelde 35] toe en veroordeelt verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan [benadeelde 35], een bedrag van € 400,-, vermeerderd met de gevorderde wettelijke rente daarover vanaf 28 juni 2013 tot aan de dag waarop deze vordering is voldaan ;
veroordeelt de verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
legt aan verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat van een bedrag groot € 400,- ten behoeve van het slachtoffer genaamd [benadeelde 35];
bepaalt dat in geval volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt - onder handhaving van voormelde verplichting - vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 8 dagen;
bepaalt dat voldoening van de gehele of gedeeltelijke betalingsverplichting aan de benadeelde partij de betalingsverplichting aan de Staat in zoverre doet vervallen, alsmede dat voldoening van de gehele of gedeeltelijke betalingsverplichting aan de Staat de betalingsverplichting aan de benadeelde partij in zoverre doet vervallen;
verklaart verbeurd het op de beslaglijst onder 1 genummerde voorwerp, te weten: een Volkswagen Bora;
gelast de teruggave aan verdachte van de op de beslaglijst onder 2 tot en met 21 genummerde voorwerpen.
Dit vonnis is gewezen door
mr. J. Eisses, voorzitter,
mrs. E.C.M. Bouman en W.N.L. Donker, rechters
in tegenwoordigheid van mr. M. Durieux, griffier,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 13 augustus 2014.
Mr. Bouman is buiten staat dit vonnis te ondertekenen.
Dagvaarding I 09/842200-13
1.
ZAAKSDOSSIER ABCOUDE
hij op of omstreeks 20 juni 2013 te Abcoude, gemeente De Ronde Venen, in elk
geval in Nederland, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, tezamen en
in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toeëigening in/uit een woning (gelegen aan het [benadeelde 25]
) heeft weggenomen een portemonnee inhoudende een bankpas en/of een
rijbewijs en/of 681 euro en/of diverse sieraden en/of een theedoek, in elk
geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 25],
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s), zulks na zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te
hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik te
hebben gebracht door braak, verbreking, inklimming en/of een valse sleutel, te
weten door via een (openstaande) balkondeur de woning te betreden;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
2.
hij op een of meer tijdstip(pen) op of omstreeks 20 juni 2013 te Abcoude,
gemeente De Ronde Venen, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging
met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toeëigening in/uit (een) geldautoma(a)t(en) en/of een chip(opwaardeer)automaat
heeft weggenomen enig(e) geldbedrag(en) (totaal 1500 euro), althans enige(e)
geldbedrag(en), geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 25], in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
zulks na zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te hebben verschaft
en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik te hebben gebracht
door middel van een valse sleutel, te weten door een gestolen bankpas (op naam
van voornoemde[benadeelde 25]) in bovengenoemde automa(a)t(en) in te voeren en
vervolgens een aan de rechtmatige houder van die bankpas opgegeven (geheime)
pincode, althans enige pincode, in te voeren en/of enig(e) geldbedrag(en) op
te nemen;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
3.
ZAAKSDOSSIER KERKDRIEL
hij op of omstreeks 18 mei 2013 te Kerkdriel, gemeente Maasdriel, in elk geval
in Nederland, gedurende voor de nachtrust bestemde tijd, tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toeëigening in/uit woonzorgcentrum [benadeelde 7] (gelegen aan de
[benadeelde 7]) heeft weggenomen vier, althans een of meerdere geldkistje(s)
inhoudende cadeaubonnen (ter waarde van 100 euro) en/of enig(e) geldbedrag(en)
(totaal 810 euro) en/of een kasboek en/of een bankpas, in elk geval enig(e)
goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan woonzorgcentrum [benadeelde 7], in
elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
zulks na zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te hebben verschaft
en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik te hebben gebracht
door braak, verbreking, inklimming en/of een valse sleutel, te weten door de
binnenste toegangsdeuren van genoemd woonzorgcentrum te ontzetten/forceren
en/of een sluiting van de toegangsdeur te forceren en/of de sluiting van een
beweegbare ruit te forceren met een schroevendraaier, althans een
breekvoorwerp, en/of een ruit bij de receptie te verwijderen en/of een deur te
forceren;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
4.
ZAAKSDOSSIER HEINENOORD
hij op of omstreeks 16 mei 2013 te Heinenoord, gemeente Binnenmaas, in elk
geval in Nederland, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, tezamen en
in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toeëigening in/uit een (bejaarden)woning (gelegen aan de
[adres benadeelde 26]) heeft weggenomen een telefoon (merk Nokia) en/of
twee, althans een, bankpas(sen) (o.n.v. [schoonzoon bendeelde 26]) en/of ongeveer 20 euro
en/of een medicijnbox/beautycase, in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of
ten dele toebehorende aan [schoonzoon bendeelde 26] en/of [benadeelde 26], in elk geval aan
een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), zulks na zich
de toegang tot de plaats van het misdrijf te hebben verschaft en/of de/het weg
te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik te hebben gebracht door braak,
verbreking, inklimming en/of een valse sleutel, te weten door een aan de
woning bevestigde sleutelkluis open te breken en/of uit deze sleutelkluis een
(huis)sleutel te pakken en/of met deze sleutel de woning te betreden;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
5.
ZAAKSDOSSIER VELDEN-PANNINGEN
hij op of omstreeks 12 maart 2013 te Velden, gemeente
Venlo, in elk geval in Nederland, gedurende de voor de nachtrust bestemde
tijd, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en
in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toeëigening in/uit een woning (gelegen aan de [adres benadeelde 1]
) weg te nemen goederen en/of geld, geheel of ten dele toebehorende aan
[benadeelde 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of
zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot die woning te verschaffen
en/of die/dat weg te nemen goederen en/of geld onder zijn/hun bereik te
brengen door middel van braak, verbreking, inklimming en/of een valse sleutel
met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen een raam van die woning
heeft/hebben geforceerd en/of een aan de woning bevestigde sleutelkluis
heeft/hebben opengebroken en/of uit deze sleutelkluis een (huis)sleutel
heeft/hebben gepakt en/of met deze sleutel de woning heeft/hebben betreden,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
6.
hij op of omstreeks 04 maart 2013 te Panningen, gemeente Peel en Maas, in elk
geval in Nederland, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, tezamen en
in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toeëigening in/uit een woning (gelegen aan [adres benadeelde 2])
heeft weggenomen ongeveer 40 euro en/of diverse dasspelden en/of manchetknopen
en/of een portemonnee inhoudende een bankpas en/of ongeveer 40 euro, in elk
geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 2],
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s), zulks na zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te
hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik te
hebben gebracht door braak, verbreking, inklimming en/of een valse sleutel, te
weten door een aan de woning bevestigde sleutelkluis open te breken en/of uit
deze sleutelkluis een (huis)sleutel te pakken en/of met deze sleutel de woning
te betreden;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
7.
ZAAKSDOSSIER HANK
hij op of omstreeks 10 december 2012 te Hank, gemeente Werkendam, in elk geval
in Nederland, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toeëigening in/uit een (bejaarden)woning in verzorgingstehuis
Dotter (gelegen aan de In[adres benadeelde 27]) heeft weggenomen een mobiele
telefoon en/of ongeveer 100 euro en/of een portemonnee inhoudende ongeveer 100
euro en/of een ID kaart en/of diverse pasjes en/of een bankpas, in elk geval
enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 27], in elk geval aan
een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), zulks na zich
de toegang tot de plaats van het misdrijf te hebben verschaft en/of de/het weg
te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik te hebben gebracht door braak,
verbreking, inklimming en/of een valse sleutel, te weten door via een raam de
woning te betreden;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
8.
hij op een of meer tijdstip(pen) op of omstreeks 10 december 2012 te Utrecht, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een
geldautomaat en/of een chip(opwaardeer)automaat heeft weggenomen totaal 470
euro, althans enig(e) geldbedrag(en), geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 27]
, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s), zulks na zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te
hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik te
hebben gebracht door een valse sleutel, te weten door een gestolen bankpas (op
naam van voornoemde[benadeelde 27]) in bovengenoemde automa(a)t(en) in te voeren en
vervolgens een aan de rechtmatige houder van die bankpas opgegeven (geheime)
pincode, althans een pincode, in te voeren en/of enig(e) geldbedrag(en) op te
nemen;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
9.
ZAAKSDOSSIER ETTEN-LEUR 21-11-2012
hij in of omstreeks de periode van 20 november 2012 tot en met 21 november
2012 te Etten-Leur, in elk geval in Nederland, gedurende de voor de nachtrust
bestemde tijd, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans
alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een woning
(gelegen aan [adres benadeelde 34]) heeft weggenomen een bankpas, in elk geval enig
goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 34], in elk geval aan
een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), zulks na zich
de toegang tot de plaats van het misdrijf te hebben verschaft en/of de/het weg
te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik te hebben gebracht door braak,
verbreking, inklimming en/of een valse sleutel, te weten door een aan de
woning bevestigde sleutelkluis open te breken en/of uit deze sleutelkluis een
(huis)sleutel te pakken en/of met deze sleutel de woning te betreden;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
10.
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 21 november
2012 tot en met 22 november 2012 te Etten-Leur en/of [woonplaats verdachte] en/of Rotterdam
en/of Schiedam, in elk geval in Nederland en/of te Meer, in elk geval in
Belgie, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met
het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit (een) geldautoma(a)t(en)
en/of (een) NS kaartjesautoma(a)t(en) heeft weggenomen totaal 4.755,97 euro,
althans enig(e) geldbedrag(en), geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 34]
, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of
zijn mededader(s), zulks na zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te
hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik te
hebben gebracht door een valse sleutel, te weten door (een) gestolen
bankpas(sen) (op naam van voornoemde[benadeelde 34]) in bovengenoemde
automa(a)t(en) in te voeren en vervolgens een aan de rechtmatige houder van
die bankpas(sen) opgegeven (geheime) pincode(s), althans enige pincode(s), in
te voeren en/of enig(e) geldbedrag(en) op te nemen;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
Dagvaarding II 09/837006-12
1.
ZAAKSDOSSIER TIEL 15-11-2012
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 14 november
2012 tot en met 15 november 2012 te Tiel, in elk geval in Nederland, gedurende
de voor de nachtrust bestemde tijd, tezamen en in vereniging met een ander of
anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening
in/uit (een) woning(en) gelegen aan
a. a) [adres benadeelde 4] en/of
b) [adres benadeelde 5]
heeft weggenomen
a. a) drie, althans een of meer dasspeld(en) en/of
b) portemonnee inhoudende 15 euro en/of een portemonnee inhoudende een
onbekend gebleven geldbedrag en/of een mapje met een identiteitskaart o.n.v.
[benadeelde 4]
, in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan
a. a) [benadeelde 5] en/of
b) [benadeelde 4]
, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(
zulks na zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te hebben verschaft
en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik te hebben gebracht
door braak, verbreking en/of inklimming en/of een valse sleutel, te weten
door een aan de woning(en) bevestigde sleutelkluis(jes) open te breken en/of
uit deze sleutelkluis(jes) (een) (huis)sleutel(s) te pakken en/of met deze
sleutel(s) de woning(en) te betreden;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
2.
ZAAKSDOSSIER BRABANT 27-02-2013
hij op of omstreeks 27 februari 2013 te Veldhoven, in elk geval in Nederland,
gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toeëigening in/uit een (aanleun)woning (gelegen aan [adres benadeelde 29]) heeft
weggenomen twee, althans een of meer portemonnee(s) inhoudende totaal ongeveer
150 euro en/of een bankpas en/of een mobiele telefoon (Samsung) en/of een
gouden ring, in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende
aan[benadeelde 29], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte
en/of zijn mededader(s), zulks na zich de toegang tot de plaats van het
misdrijf te hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder
zijn/hun bereik te hebben gebracht door braak, verbreking en/of inklimming
en/of een valse sleutel, te weten door een aan de woning bevestigde
sleutelkluis open te breken en/of uit deze sleutelkluis een (huis)sleutel te
pakken en/of met deze sleutel de woning te betreden;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
3.
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 26 februari
2013 tot en met 27 februari 2013 te Baarle-Nassau en/of te Chaam, gemeente
Alphen-Chaam, in elk geval in Nederland, gedurende de voor de nachtrust
bestemde tijd, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het
oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit (een) woning(en) gelegen aan
a. a) [adres benadeelde 30] te Baarle-Nassau en/of
b) [adres benadeelde 32] te Chaam en/of
c) [adres benadeelde 31] te Chaam
weg te nemen goederen en/of geld, geheel of ten dele toebehorende aan
a. a) [benadelde 30] en/of
b) [benadeelde 32] en/of
c) [benadeelde 31]
, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s) en zich daarbij de toegang tot die woning(en) te verschaffen
en/of die/dat weg te nemen goederen en/of geld onder zijn/hun bereik te
brengen door middel van braak, verbreking, inklimming en/of een valse sleutel,
met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen een aan de woning(en)
bevestigde sleutelkluis(jes) heeft/hebben afgebroken/opengebroken en/of uit
deze sleutelkluis(jes) (een) (huis)sleutel(s) heeft/hebben gepakt en/of met
deze sleutel(s) de woning(en) heeft/hebben betreden, terwijl de uitvoering van
dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
4.
ter berechting gevoegd 09/852002-14;
ZAAKSDOSSIER TIEL 28-06-2013
hij op of omstreeks 28 juni 2013 te Tiel met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening heeft weggenomen een (hand)tas (inhoudende een mobiele telefoon
en/of een portemonnee inhoudende ongeveer 12 euro en een pakje sigaretten
en/of een adressenboekje), in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan [benadeelde 33], in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte;
art 310 Wetboek van Strafrecht
5.
hij zich op of omstreeks 28 juni 2013 te Tiel, met geweld of bedreiging met
geweld heeft verzet tegen de toen aldaar dienstdoende [benadeelde 35],
bijzondere opsporingsambtenaar domein generieke opsporing van Politie
Gelderland-Zuid, werkzaam in de rechtmatige uitoefening zijner bediening,
door opzettelijk gewelddadig in de arm van die [benadeelde 35] te bijten, (toen deze
verdachtes identiteit wilde vaststellen door middel van de zogeheten
Progris-procedure) tengevolge waarvan deze opsporingsambtenaar enig
lichamelijk letsel ((een) bijtwond(en) op de arm en/of de elleboog) bekwam;
art 181 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena(a)r(en). Waar wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreft dit de pagina’s van het proces-verbaal met het onderzoeksnummer 15TGO13103 “[onderzoeksnaam]” proces-verbaalnummer PL22001 2012181223, van de politie eenheid Den Haag Team grootschalig opsporen.
2.Proces-verbaal van bevindingen van 12 maart 2013, Zaaksdossier Velden-Panningen, blz. 55-56
3.Proces-verbaal van aangifte van 12 maart 2013, Zaaksdossier Velden-Panningen, blz. 18-20
4.Proces-verbaal van bevindingen van 12 maart 2013, Zaaksdossier Velden-Panningen, blz. 33-34
5.proces-verbaal sporenonderzoek Forensische opsporing van 25 maart 2013, Zaaksdossier Velden-Panningen, blz. 105-108
6.Proces-verbaal van bevindingen van 12 maart 2013, Zaaksdossier Velden-Panningen, blz. 172-173
7.Proces-verbaal van bevindingen van 12 maart 2013, Zaaksdossier Velden-Panningen, blz. 172-173
8.Proces-verbaal vergelijkend werktuigsporenonderzoek van 9 april 2013, Zaaksdossier Velden-Panningen, blz. 129-134
9.Proces-verbaal van bevindingen van 12 maart 2013, Zaaksdossier Velden-Panningen, blz. 82
10.Proces-verbaal van bevindingen van 12 maart 2013, Zaaksdossier Velden-Panningen, blz. 85
11.Proces-verbaal van bevindingen van 14 maart 2013, Zaaksdossier Velden-Panningen, blz. 161
12.Proces-verbaal van bevindingen van 10 april 2013, Zaaksdossier Velden-Panningen, blz. 196
13.Proces-verbaal van bevindingen van 10 april 2013, Zaaksdossier Velden-Panningen, blz. 197
14.Proces-verbaal van bevindingen van 28 augustus 2013, Zaaksdossier Velden-Panningen, blz. 206.
15.Proces-verbaal van bevindingen van 28 augustus 2013, Zaaksdossier Velden-Panningen, blz. 207 en 208
16.Proces-verbaal van bevindingen van 11 september 2013, Zaaksdossier Velden-Panningen, blz. 12.
17.Proces-verbaal van aangifte van 20 juni 2013, zaaksdossier Abcoude, blz. 12-13
18.Geschrift, bijlage bij voormelde aangifte, Zaaksdossier Abcoude, blz.16-20
19.Proces-verbaal van bevindingen van 11 juli 2013, Zaaksdossier Abcoude, blz. 36
20.proces-verbaal van bevindingen van 5 augustus 2013, Zaaksdossier Abcoude blz. 56 e.v.
21.Proces-verbaal van bevindingen van 2 juli 2013, Zaaksdossier Abcoude, blz. 40-41
22.Proces-verbaal van bevindingen van 11 september 2013, Zaaksdossier Abcoude, blz. 7
23.Proces-verbaal van 1 juli 2013, proces-verbaal verdachtendossier Verdachte [verdachte], blz. 66-67
24.Geschrift, uitgewerkt tapgesprek van 2 juni 2013, proces-verbaal verdachtendossier Verdachte [verdachte], blz. 70
25.Geschrift, uitgewerkt tapgesprek van 2 juni 2013, proces-verbaal verdachtendossier Verdachte [verdachte], blz. 71
26.Geschrift, uitgewerkt tapgesprek van 2 juni 2013, proces-verbaal verdachtendossier Verdachte [verdachte], blz. 72
27.Geschrift, uitgewerkt tapgesprek van 2 juni 2013, proces-verbaal verdachtendossier Verdachte [verdachte], blz. 74
28.Proces-verbaal van 1 juli 2013, proces-verbaal verdachtendossier Verdachte [verdachte], blz. 69
29.Proces-verbaal van bevindingen van 2 juli 2013, Zaaksdossier Abcoude, blz. 42
30.Proces-verbaal van bevindingen van 2 juli 2013, Zaaksdossier Abcoude, blz. 42
31.Proces-verbaal van bevindingen van 11 september 2013, Zaaksdossier Abcoude, blz. 7
32.Proces-verbaal van bevindingen van 11 juli 2013, Zaaksdossier Abcoude, blz. 50
33.Proces-verbaal van aangifte van 16 mei 2013, Zaaksdossier Heinenoord, blz. 14-15
34.Proces-verbaal van bevindingen van 11 september 2013, Zaaksdossier Heinenoord, blz. 5
35.Proces-verbaal van verhoor aangever van 16 mei 2013, Zaaksdossier Heinenoord, blz. 18
36.Proces-verbaal van bevindingen van 19 juni 2013, Zaaksdossier Heinenoord, blz. 36-38
37.Proces-verbaal van bevindingen van 11 september 2013, Zaaksdossier Heinenoord, blz. 6-7
38.Proces-verbaal van bevindingen van 19 juni 2013, Zaaksdossier Heinenoord, blz. 38
39.Proces-verbaal van bevindingen van 11 september 2013, Zaaksdossier Heinenoord, blz. 8
40.Proces-verbaal van bevindingen van 9 augustus 2013, Zaaksdossier Heinenoord, blz. 44-45
41.Proces-verbaal van bevindingen van 26 mei 2013, Proces-verbaal Algemeen Dossier [onderzoeksnaam] 0/OPV, blz. 199
42.Geschrift, mutatie 07-10-2012, Proces-verbaal Algemeen Dossier [onderzoeksnaam] 1/OPV, blz. 473
43.Eigen waarneming van de rechtbank van foto’s, proces-verbaal van bevindingen van 9 augustus 2013, Zaaksdossier Heinenoord, blz. 45
44.Proces-verbaal bevindingen van 22 mei 2013, Zaaksdossier Heinenoord, blz 32-34
45.Proces-verbaal van aangifte van [benadeelde 27], 13 december 2012, zaaksdossier Hank 10-12-2012, blz. 13
46.Geschrift, goederenbijlage van 13 december 2012, zaaksdossier Hank 10-12-2012, blz. 20
47.Geschrift, uitdraai mailcorrespondentie gedateerd 10 december 2012, blz. 95
48.Geschrift, overzicht transacties 691096600 met datum 10-12-2012, zaaksdossier Hank 10-12-2012, blz. 75
49.Proces-verbaal van verhoor getuige van 12 december 2012, Zaaksdossier Hank, blz. 86
50.Proces-verbaal van bevindingen van 1 februari 2013, Zaaksdossier Hank, blz.45
51.Proces-verbaal huurauto’s van 11 mei 2013, Zaaksdossier Hank, blz. 41
52.Proces-verbaal van bevindingen van 17 september 2013, Proces-verbaal Algemeen Dossier [onderzoeksnaam] 1/OPV blz. 252
53.Proces-verbaal van bevindingen van 22 april 2014, Proces-verbaal Algemeen Dossier [onderzoeksnaam] 1/OPV, blz. 340, met bijlagen, geschriften, BlueViewregistraties, blz. 476-578
54.Geschrift, rapport van 28 januari 2014 van het Nederlands Forensisch Instituut, Data-analyse van een gegevenskopie van een navigatiesysteem naar aanleiding van diverse inbraken in Nederland
55.Proces-verbaal van bevindingen van 17 september 2013, Proces-Verbaal Algemeen Dossier [onderzoeksnaam] 1/OPV, blz. 252
56.Proces-verbaal van bevindingen van 17 september 2013, Proces-Verbaal Algemeen Dossier [onderzoeksnaam] 1/OPV, blz. 258
57.Proces-verbaal van aangifte 20-3-13, zaaksdossier Brabant 27-2-13, blz. 17 e.v.
58.Proces-verbaal van bevindingen 20-3-13, zaaksdossier Brabant 27-2-13, blz. 44.
59.Proces-verbaal van bevindingen 20-3-13, zaaksdossier Brabant 27-2-13, blz. 47 e.v.
60.Proces-verbaal van aangifte 20-3-13, zaaksdossier Brabant 27-2-13, blz. 22 e.v.
61.Proces-verbaal sporenonderzoek 1-3-13, zaaksdossier Brabant 27-2-13, blz. 55 e.v.
62.Proces-verbaal van bevindingen 20-3-13, zaaksdossier Brabant 27-2-13, blz. 118.
63.Proces-verbaal van bevindingen 18-4-13, zaaksdossier Brabant 27-2-13, blz. 63.
64.Proces-verbaal van aangifte 3-11-13, zaaksdossier Brabant 27-2-13, blz. 33 e.v.
65.Proces-verbaal van aangifte 27-2-13, zaaksdossier Brabant 27-2-13, blz. 28 e.v.
66.Proces-verbaal van bevindingen 18-4-13, zaaksdossier Brabant 27-2-13, blz. 87.
67.Proces-verbaal van bevindingen 18-4-13, zaaksdossier Brabant 27-2-13, blz. 9
68.Proces-verbaal van bevindingen 14-11-13, zaaksdossier Brabant 27-2-13, blz. 94 e.v.
69.Proces-verbaal van 2 juni 2013, proces-verbaal verdachtendossier Verdachte [verdachte], blz. 60
70.Geschrift, sms-bericht van 21 mei 2013, proces-verbaal verdachtendossier Verdachte [verdachte], blz. 63
71.Geschrift, uitgewerkt tapgesprek van 25 mei 2013, proces-verbaal verdachtendossier Verdachte [verdachte], blz. 64
72.Geschrift, sms-bericht van 14 juni 2013, proces-verbaal verdachtendossier Verdachte [verdachte], blz. 65
73.Proces-verbaal van 1 juli 2013, proces-verbaal verdachtendossier Verdachte [verdachte], blz. 66-67
74.Proces-verbaal van bevindingen 14-11-13, zaaksdossier Brabant 27-2-13, blz. 92 e.v.
75.Proces-verbaal van aangifte van 28 juni 2013, Zaaksdossier Tiel 28-06-2013, blz. 15
76.Proces-verbaal van verhoor getuige van 28 juni 2013, Zaaksdossier Tiel 28-06-2013, blz. 64-65
77.Proces-verbaal van verhoor getuige van 28 juni 2013, Zaaksdossier Tiel 28-06-2013, blz. 67-68
78.Proces-verbaal van bevindingen van 28 juni 2013, Zaaksdossier Tiel 28-06-2013, blz. 26
79.Proces-verbaal van bevindingen van 30 juni 2013, Zaaksdossier Tiel 28-06-2013, blz. 18
80.Proces-verbaal van bevindingen van 1 juli 2013, Zaaksdossier Tiel 28-06-2013, blz. 57
81.Proces-verbaal van aangifte van 29 juni 2013, Zaaksdossier Tiel 28-06-2013, blz. 21-22
82.Proces-verbaal van bevindingen van 18 oktober 2013, Zaaksdossier Tiel 28-06-2013, blz. 61
83.Geschrift, ongedateerd, medische informatie in het kader van letsel, Zaaksdossier Tiel 28-06-2013 blz. 75