Uitspraak
WRAKINGSKAMER VAN DE RECHTBANK DEN HAAG
STICHTING HAGA ZIEKENHUIS,
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft verzoekster, die in persoon procedeert, een wrakingsverzoek ingediend tegen de kantonrechter Mr. F.J. Verbeek van de rechtbank Den Haag. Dit verzoek volgde op een comparitie van partijen in een arbeidsgeschil tussen verzoekster en de Stichting Haga Ziekenhuis, waarbij verzoekster de stopzetting van haar arbeidsovereenkomst aanvecht. Het wrakingsverzoek is ingediend op 9 juli 2014, na een zitting op 7 juli 2014. Verzoekster stelt dat de kantonrechter niet de juiste vragen heeft gesteld en onvoldoende doorgevraagd heeft, wat volgens haar duidt op partijdigheid. De kantonrechter heeft echter aangegeven dat zij geen blijk heeft gegeven van partijdigheid en dat er geen feiten of omstandigheden zijn die dit zouden kunnen onderbouwen. De wrakingskamer heeft op 11 augustus 2014 de beslissing genomen dat verzoekster niet-ontvankelijk wordt verklaard in haar verzoek tot wraking van de griffier, aangezien de wet niet voorziet in de mogelijkheid om een griffier te wraken. Het verzoek tot wraking van de kantonrechter is afgewezen, en het proces in de hoofdzaak wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek. De beslissing is openbaar uitgesproken en de betrokken partijen zijn op de hoogte gesteld van deze beslissing.