ECLI:NL:RBDHA:2014:15777
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verlenging van de maatregel plaatsing in een inrichting voor jeugdigen
Op 11 december 2014 heeft de Rechtbank Den Haag, meervoudige kamer jeugdstrafzaken, uitspraak gedaan in de zaak betreffende de vordering van de officier van justitie tot verlenging van de maatregel van plaatsing in een inrichting voor jeugdigen. De vordering was ingediend op 1 augustus 2014 en betrof een veroordeelde die in de R.I.J. De Hartelborgt te Spijkenisse verbleef. De rechtbank heeft kennisgenomen van het dossier en het advies van deskundigen, waarin werd geadviseerd om de maatregel te verlengen met maximaal zes maanden. Tijdens de behandeling in raadkamer op 11 december 2014 heeft de veroordeelde, bijgestaan door zijn raadsvrouw, aangegeven dat hij niet wenste dat de maatregel werd verlengd. De officier van justitie heeft de vordering mondeling gewijzigd en gepleit voor afwijzing, omdat niet meer aan de wettelijke vereisten voor verlenging werd voldaan. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de maatregel niet meer in het belang van de ontwikkeling van de veroordeelde was en heeft de vordering van de officier van justitie tot verlenging van de maatregel afgewezen. De rechtbank oordeelde dat de veiligheid van anderen en de ontwikkeling van de veroordeelde niet langer in het geding waren, en dat de veroordeelde in staat was om thuis te wachten op een geschikte vervolgplek. De beslissing is genomen door de kinderrechters H.M.D. de Jong, A.J.J.M. Weijnen en J.A.H.M. Janssen, en is uitgesproken in openbare terechtzitting.