Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiseres],
de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
(BLT) van 9 september 2013 (rapport taalanalyse), bezien in samenhang met de reactie van het BLT op de aanvullende zienswijze van eiseres van 29 november 2013 (reactie van BLT), blijkt dat eiseres op basis van haar Tibetaans en afwezigheid van enige actieve kennis van het Mandarijn eenduidig niet te herleiden is tot de spraakgemeenschap binnen China. Eiseres is op grond van haar Tibetaans eenduidig herleidbaar tot een Tibetaanse spraakgemeenschap in India of Nepal. Gelet daarop, is het niet geloofwaardig dat eiseres de door haar gestelde Chinese nationaliteit heeft. Aan de problemen die eiseres stelt te hebben ondervonden in China kan daarom geen geloof worden gehecht. Nu geen geloof wordt gehecht aan de gestelde nationaliteit, identiteit, herkomst en het asielrelaas van eiseres, bestaat evenmin aanleiding te beoordelen of eiseres in aanmerking komt voor de gevraagde vergunning op grond van artikel 29 Vw.
16 januari 2013, nog steeds niet vergewist heeft van de deskundigheid van de taalanalist, als volgt overwogen.
16 januari 2013 hoefde te geven, omdat deze niet in lijn zou zijn met vaste jurisprudentie van de Afdeling, volgt de rechtbank niet. Voor een dergelijk oordeel bestaat geen grond, reeds omdat er tegen de uitspraak van 16 januari 2013 hoger beroep had kunnen worden ingesteld, hetgeen verweerder heeft nagelaten.”
2.2.1 Voormelde toelichting luidt - voor zover thans van belang en zakelijk weergegeven -als volgt. Uit het (bijgevoegde) “Werkkader taalanalisten IND” volgt dat de taalanalist onder constante begeleiding en controle van de linguïst van BLT staat en dat steekproefsgewijs controles door andere taalanalisten worden uitgevoerd. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling) heeft geoordeeld dat deze werkwijze, en dus ook de deskundigheid van de diverse taalanalisten, met voldoende waarborgen is omkleed. Verwezen wordt onder meer naar de uitspraak van 18 december 2009 (200901087/1, www.raadvanstate.nl).
Bij de taalanalyse was een moedertaalspreker van de te analyseren taal (Tibetaans) betrokken als taalanalist, en een begeleidend linguïst. In het rapport van 9 september 2013 heeft BLT aangegeven dat de betreffende taalanalist de selectieprocedure met succes heeft doorlopen en dat hij voldoende deskundig is gebleken om onder andere de Kham-dialecten die gangbaar zijn in China te analyseren. Het Tibetaans dat gangbaar is in het gestelde herkomstgebied van eiseres is een Kham-dialect. De informatie die de taalanalist heeft verstrekt over de verschillende varianten waar hij deskundig voor is gebleken, is steeds in overeenstemming geweest met taalwetenschappelijke beschrijvingen. Daarnaast is aangegeven dat de taalanalist Mandarijn beheerst en uitgebreide persoonlijke en beroepsmatige ervaring heeft met sprekers van Tibetaans uit zowel China als India. Bij navraag bij BLT blijkt dat de taalanalist onder andere beroepsmatig langere tijd in China en in Tibet heeft verbleven, en aldus ervaring heeft met sprekers van onder andere de Kham-dialacten die gangbaar zijn in Tibet. De taalanalist heeft tijdens de selectieprocedure en daarna blijk gegeven van voldoende kennis over de verschillen tussen de verscheidene Tibetaanse dialecten, waaronder de Kham-dialecten.
Uit de vakbijlage Taalanalyse en het genoemde Werkkader blijkt dat de standaardpraktijk is dat kwaliteitscontroles (crosschecks) plaatsvinden. Uit navraag bij BLT blijkt dat in het geval van de Tibetaanse taal slechts één taalanalist beschikbaar is bij BLT, en dat daarom crosschecks plaatsvinden via een buitenlands taalanalysebureau.
BLT verstrekt geen nadere gegevens over de opleiding en werkervaring van deze taalanaliste, omdat het van cruciaal belang is dat de taalanalist zijn werk anoniem kan verrichten. Daarbij speelt ook mee dat de aard van de opleiding en werkervaring van de taalanalist geen doorslaggevende rol speelt bij de selectie van een taalanalist.
“Het eerste gedeelte van de opname spreekt de vreemdelinge Standaard-Tibetaans (
spyi skad), wat zij omschrijft als
dbus skad(Centraal-Tibetaans). Het Centraal-Tibetaans (
dbus skad) wordt niet gesproken in haar gestelde herkomstgebied. Vervolgens is de vreemdelinge expliciet in de gelegenheid gesteld om haar eigen Kham-dialect te spreken.”
Onder het kopje “Beschrijving van de spraak van de vreemdelinge” is het volgende opgenomen.
“4.1 Algemeen
Op grond van de gestelde herkomst en levensloop van de vreemdelinge mag in redelijkheid worden verwacht dat de vreemdelinge een beheersing op moedertaalniveau heeft van een Kham-dialect van het Tibetaans zoals dat gangbaar is in haar gestelde herkomstgebied.
Daarnaast kan de vreemdelinge haar gestelde herkomst uit Tibet (China) aannemelijk maken door het spreken van Mandarijn, de nationale taal van China.
De vreemdelingen heeft een beheersing op moedertaalniveau van een vorm van Standaard-Tibetaans
(spyi skad), zoals dat gesproken wordt in Tibetaanse migrantengemeenschappen buiten China, zoals India en Nepal.
De vreemdelinge spreekt daarnaast een vorm van een Kham-dialect, maar zij spreekt het Kham-dialect niet op een wijze zoals verwacht wordt van iemand die haar hele leven in [plaats] gewoond heeft.
De vreemdelinge heeft geen actieve kennis van het Mandarijn.”
Onder de kopjes “4.2 Uitspraak Tibetaans (
Khams skad)” en “4.3 Woordkeuze Tibetaans (
Khams skad)” en “4.4 Grammatica Tibetaans (
Khams skad)” wordt aan de hand van een aantal voorbeelden, aangehaald uit de bandopname van het gehoor van eiseres, afgezet tegenover het Standaard-Tibetaans en het Kham-Tibetaans het volgende geconcludeerd:
“Slechts enkele fonologische kenmerken in het
Skams skadvan de vreemdelinge komen overeen met een Kham-dialect. De meeste fonologische kenmerken in het
Khams skadvan de vreemdelinge komen niet overeen met een Kham-dialect, maar komen overeen met fonologische kenmerken uit het Standaard-Tibetaans (
spyi skad).
De woordkeuze van de vreemdelinge vertoont slechts enkele specifieke kenmerken van een Kham-dialect van het Tibetaans. Het gebruik van leenwoorden uit het Nepal/Hindi wijst op een herkomst uit India, terwijl het gebruik van Chinese leenwoorden zou wijzen op een herkomst uit China. Er zijn geen Chinese leenwoorden in haar
Khams skad, maar wel leenwoorden uit het Nepali/Hindi.
De meeste lexicale kenmerken in het
Khams skadvan de vreemdelinge komen niet overeen met een Kham-dialect, maar komen overeen met lexicale kenmerken uit het Standaard-Tibetaans (
spyi skad).
De vreemdelinge gebruikt frequent en spontaan het partikel ‘ani’ ‘dan’ dat niet gangbaar is in Kham-dialecten, maar wel in het Standaard-Tibetaans.
De grammatica van de vreemdelinge vertoont soms specifieke kenmerken van een Kham-dialect van het Tibetaans. De grammatica van de vreemdelinge vertoont soms echter ook specifieke kenmerken van het Standaard-Tibetaans (
spyi skad).”
In het rapport is onder het kopje “Resultaat” het volgende opgenomen.
“Op grond van een analyse van haar Tibetaans en afwezigheid van enige actieve kennis van het Mandarijn is de vreemdelinge eenduidig
niette herleiden tot de spraakgemeenschap binnen China. Immers: in het gestelde herkomstgebied zijn een Kham-dialect van het Tibetaans en het Mandarijn (de nationale taal in China) gangbaar. De vreemdelinge zou de gestelde herkomst dus aannemelijk kunnen maken door het spreken van een Kham-dialect zoals dat gangbaar is in haar gestelde herkomstgebied en/of Mandarijn, maar zij spreekt geen van beide.
De vreemdelinge is op grond van haar Tibetaans eenduidig herleidbaar tot een Tibetaanse spraakgemeenschap in India of Nepal.”
Onder het kopje “Geraadpleegde bronnen” is opgenomen:
“ - Tournadre, Nicholas and Sangda Dorje (2003).
A Manual of Standard Tibetan. Snow Lion Publications.
- Wylie, Turrel (1959), “A standard system of Tibetan transcription”,
Harvard Journal of Asiatic Studies22: 261-267.”
spyi skad)spreekt, wat niet gesproken wordt in haar gestelde herkomstgebied. De vraag is dus waar eiseres het Standaard-Tibetaans heeft leren spreken, nu deze vorm van Tibetaans niet gangbaar is in [plaats], maar wel gangbaar is onder Tibetanen die leven in Tibetaanse migrantengemeenschappen buiten China, zoals India en Nepal. Verder wordt door BLT toegelicht dat eiseres het Kham-dialect niet spreekt op een wijze zoals verwacht wordt van iemand die haar gehele leven in [plaats] gewoond heeft. In het rapport taalanalyse heeft het BLT voorbeelden gegeven van het Kham-Tibetaans van eiseres ten aanzien van de uitspraak, woordkeuze en grammatica en deze gecontrasteerd met Kham-Tibetaans, zoals gangbaar in het door eiseres gestelde herkomstgebied, en aan de hand hiervan beargumenteerd dat eiseres niet het Kham-dialect van het Tibetaans spreekt, zoals verwacht wordt van iemand die haar hele leven in [plaats] gewoond heeft.
Daarnaast heeft BLT in zijn nadere toelichting verwezen naar het in het rapport aangehaalde ‘Manual of Standard Tibetan (2003)’ van Nicolas Tournadre, p. 29, waarin uiteengezet is waar de Kham-dialecten worden gesproken en overwogen dat deze dialecten weliswaar een geringe wederzijdse verstaanbaarheid hebben, maar toch genoeg op elkaar lijken om onder één dialectgroep geschaard te kunnen worden. Van eiseres mag dus in redelijkheid worden verwacht dat zij een authentieke vorm van één van deze Kham-dialecten spreekt zonder enige invloed van het Standaard-Tibetaans. Eiseres stelt namelijk niet naar school geweest te zijn, zodat er geen enkele invloed van het literaire (Standaard)-Tibetaans in haar spraak aanwezig kan zijn.
“De conclusie van het rapport taalanalyse is dus niet gebaseerd op het gebrek aan actieve kennis van het Mandarijn, maar primair op de variant van het Tibetaans die betrokkene spreekt en die volgens de taalanalist Standaard-Tibetaans (d.w.z. de taalvariant die ook de moedertaal van de taalanalist is) is en geen authentieke variant van het Kham-Tibetaans die gangbaar is in [plaats].
Secundair wordt daarbij in overweging genomen dat het ontbreken van een zekere actieve beheersing van een vorm van Mandarijn als een contra-indicatie voor een herkomst uit China wordt gezien.”
Beslissing
- vernietigt het bestreden besluit;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten en draagt verweerder op € 1.217,50 te betalen aan eiseres.
19 november 2014.