3.4De beoordeling van de tenlastelegging
De rechtbank is van oordeel dat ten aanzien van de feiten 1, 2 en 3 met een opgave van bewijsmiddelen, als genoemd in artikel 359, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering kan worden volstaan, nu de verdachte het bewezenverklaarde heeft bekend. Voorts heeft de verdachte nadien niet anders verklaard en heeft de raadsman van de verdachte geen vrijspraak bepleit.
De rechtbank heeft bij de beoordeling acht geslagen op de volgende bewijsmiddelen:
- de bekennende verklaring door de verdachte afgelegd ter terechtzitting van
4 september 2014;
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 29 december 2012,
inhoudende de verklaring van [aangever 1] (p. 116 en 117);
- een proces-verbaal van bevindingen d.d. 29 december 2012, opgemaakt door [naam 1],
hoofdagent van politie Haaglanden (p. 102 tot en met 111);
- een proces-verbaal van bevindingen d.d. 29 december 2012, met bijlagen, opgemaakt door
[naam 1] en [naam 2], beiden hoofdagent van politie Haaglanden (p. 112 tot en
met 114);
- de bekennende verklaring door de verdachte afgelegd ter terechtzitting van
4 september 2014;
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 29 december 2012,
inhoudende de verklaring van [aangever 2] (p. 90 en 91);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 29 december
2012, inhoudende de verklaring van [aangever 3] (p. 92);
- een proces-verbaal van bevindingen d.d. 29 december 2012, met bijlagen, opgemaakt door
[naam 2], hoofdagent van politie Haaglanden (p. 96 tot en met 101);
- een proces-verbaal van bevindingen d.d. 29 december 2012, opgemaakt door [naam 1],
hoofdagent van politie Haaglanden (p. 102 tot en met 111);
- de bekennende verklaring van de verdachte bij de politie d.d. 26 maart 2013 (p. 219 tot en
met 221);
- de bevestiging van deze bekennende verklaring, afgelegd ter terechtzitting van
4 september 2014;
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 5 januari 2013, met
bijlagen, inhoudende de verklaring van [aangever 3] en een lijst van weggenomen
goederen (p. 450 tot en met 456);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal ter inbeslagneming d.d. 25 maart
2013, met bijlagen (p. 422 tot en met 425);
- een proces-verbaal van bevindingen d.d. 9 maart 2013, opgemaakt door [naam 3],
hoofdagent van politie Haaglanden (p. 427 tot en met 429), met als bijlage de uitdraai van
Chat 21, zijnde whatsapp-gesprekken van 23 december 2012 te 19:30:09 uur tot en met
24 december 2012 te 11:29:39 uur (p. 430 tot en met 437) en in het bijzonder p. 432;
- een proces-verbaal van bevindingen d.d. 25 maart 2013, opgemaakt door [naam 4],
hoofdagent van politie Haaglanden (p. 456).
Op grond van het bovenstaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten heeft begaan.