ECLI:NL:RBDHA:2013:CA1659
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige in gesloten jeugdzorg
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 2 mei 2013 uitspraak gedaan over de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg. De Stichting Bureau Jeugdzorg Haaglanden had verzocht om deze machtiging, omdat de minderjarige, die feitelijk verblijft in een strafrechtelijke inrichting, ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen vertoont. De minderjarige heeft een geschiedenis van problematisch gedrag, waaronder het onttrekken aan behandeling en problemen met gezag. De rechtbank heeft vastgesteld dat de situatie van de minderjarige zorgwekkend is en dat hij een gedegen behandeling nodig heeft om zijn ontwikkeling te waarborgen.
De kinderrechter heeft in zijn beoordeling de ernst van de situatie van de minderjarige benadrukt. Hij heeft een beperkt zelfinzicht en inzicht in oorzaak en gevolg, wat zijn ontwikkeling ernstig belemmert. De rechtbank heeft geconcludeerd dat een plaatsing in de gesloten jeugdzorg noodzakelijk is om te voorkomen dat de minderjarige zich aan de zorg onttrekt. De rechtbank heeft de machtiging verleend met ingang van 6 mei 2013, en deze loopt tot 27 maart 2014. De ouders van de minderjarige hebben ingestemd met het verzoek, en de rechtbank heeft de argumenten van de advocaat van de minderjarige, mr. P. Drenth, meegewogen, die stelde dat er binnen het civiele kader betere hulp beschikbaar is.
De rechtbank heeft de beschikking uitgesproken in aanwezigheid van de betrokken partijen, waaronder de ouders en de minderjarige zelf. De beslissing is genomen na zorgvuldige overweging van de ingediende stukken en de verklaringen ter zitting. De rechtbank heeft de machtiging tot uithuisplaatsing toegewezen en het meer of anders verzochte afgewezen. De beschikking kan binnen drie maanden na de uitspraak in hoger beroep worden aangevochten.