Overwegingen
1. De rechtbank betrekt bij de beoordeling de volgende feiten. Eiser is van Poolse nationaliteit en is burger van de Unie. Eiser is op 12 februari 2012 uitgezet naar Polen.
Uit het Uittreksel Justitiële Documentatie van 3 januari 2012 blijkt het volgende:
- op 22 augustus 2011 is eiser door de politierechter onherroepelijk veroordeeld tot vier weken gevangenisstraf ter zake van winkeldiefstal, gepleegd op [datum];
- op 12 juli 2011 is eiser door de politierechter onherroepelijk veroordeeld tot vier weken gevangenisstraf ter zake van winkeldiefstal, gepleegd op [datum];
- op 23 mei 2011 is eiser door de politierechter onherroepelijk veroordeeld tot twee weken gevangenisstraf ter zake van winkeldiefstal, gepleegd op 1[datum];
- op 22 december 2010 is eiser door de politierechter onherroepelijk veroordeeld tot één week gevangenisstraf ter zake van vernieling, gepleegd op 21 december 2010;
- op 2 november 2010 is eiser door de politierechter onherroepelijk veroordeeld tot twee weken gevangenisstraf ter zake van winkeldiefstal, gepleegd op [datum];
- op 16 juli 2010 is eiser door de politierechter onherroepelijk veroordeeld tot twee weken gevangenisstraf ter zake van openlijke geweldpleging, gepleegd op [datum];
- op 16 juli 2010 is eiser door de politierechter onherroepelijk veroordeeld tot twee weken gevangenisstraf ter zake van openlijke geweldpleging, gepleegd op [datum];
- op 27 mei 2010 is eiser door de politierechter onherroepelijk veroordeeld tot vier weken gevangenisstraf ter zake van opzetheling, gepleegd op [datum], en winkeldiefstal, gepleegd op [datum].
Daarnaast is eiser op 16 november 2011 door de politierechter veroordeeld tot vier weken gevangenisstraf ter zake van winkeldiefstal, gepleegd op [datum], welk vonnis nog niet onherroepelijk is, en is hij op 21 oktober 2011 door de kantonrechter onherroepelijk veroordeeld tot een geldboete van € 90,= ter zake van openlijke geweldpleging, gepleegd op [datum]. Voorts is aan eiser op 22 september 2011 een strafbeschikking aangeboden ter zake van openbare dronkenschap en zijn aan hem op [datum] twee boetes van respectievelijk € 180,= en € 70,= opgelegd ter zake van openbare dronkenschap. Tot slot is aan eiser op 22 september 2011 een strafbeschikking aangeboden ter zake van straatschenderij.
2. Verweerder heeft de aanvraag van eiser afgewezen op de volgende gronden. Nu eiser, gelet op zijn persoonlijke gedrag, een actuele, werkelijke en voldoende ernstige bedreiging voor een fundamenteel belang van de samenleving vormt, wordt zijn verblijf op grond van artikel 27, eerste lid van de richtlijn beëindigd. Nu eiser bij onherroepelijk geworden rechterlijk vonnis meerdere keren is veroordeeld wegens een misdrijf waartegen een gevangenisstraf van drie jaren of meer is bedreigd wordt hij, mede gelet op het beleid in paragraaf A5/6 van de Vreemdelingencirculaire 2000 (Vc), op grond van artikel 67, eerste lid, aanhef en onder b, Vw, voorts ongewenst verklaard.
3. Eiser heeft in beroep hier tegenin gebracht dat de veroordelingen van eiser voor enkele diefstallen en openbare dronkenschap geen ernstige bedreiging vormt als bedoeld in de richtlijn. Buiten kijf staat weliswaar dat het gedrag van eiser actueel en werkelijk is, maar verweerder heeft in bezwaar ook nog immer niet aannemelijk gemaakt dat de strafbare feiten een fundamenteel belang van de Nederlandse samenleving aantasten. Dit belang is niet nader geconcretiseerd.
3.1 Ingevolge artikel 27, eerste lid, van de richtlijn kunnen de lidstaten de vrijheid van verkeer en verblijf van burgers van de Unie en hun familieleden, ongeacht hun nationaliteit, beperken om redenen van openbare orde, openbare veiligheid of volksgezondheid. Deze redenen mogen niet voor economische doeleinden worden aangevoerd.