ECLI:NL:RBDHA:2013:BZ7300

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
11 maart 2013
Publicatiedatum
22 juni 2013
Zaaknummer
JE RK 13-385 C/09/437000
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige in een gesloten jeugdzorg accommodatie

In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag op 11 maart 2013 een beschikking gegeven met betrekking tot de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg. De minderjarige, geboren in 1997 in Eritrea, verblijft feitelijk in een gesloten setting vanwege aanhoudende gedragsproblemen. De kinderrechter heeft eerder op 12 februari 2013 en 13 februari 2013 voorlopige machtigingen verleend voor opname in gesloten jeugdzorg, waarbij de behandeling van het verzoek telkens werd aangehouden. Tijdens de zitting op 11 maart 2013 werd het verzoek van de Stichting Bureau Jeugdzorg Zuid-Holland om de machtiging voor een periode van zes maanden te verlengen, besproken. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen vertoont, die zijn ontwikkeling belemmeren. De kinderrechter oordeelde dat plaatsing in een meer open setting momenteel niet mogelijk is, omdat daar niet de noodzakelijke hulp kan worden geboden. De minderjarige heeft ook problemen met het accepteren van gezag en vertoont grensoverschrijdend gedrag. De kinderrechter heeft de machtiging verleend voor de duur van zes maanden, tot 12 september 2013, en heeft Bureau Jeugdzorg opgedragen om een persoonlijkheidsonderzoek te laten uitvoeren. De kinderrechter heeft ook aangegeven dat er mogelijkheden onderzocht moeten worden voor een plaatsing dichter bij de moeder van de minderjarige. De beschikking kan binnen drie maanden na de uitspraak worden aangevochten bij het Gerechtshof te Den Haag.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Kinderrechter
Rekestnummer: JE RK 13-385
Zaaknummer: C/09/437000
Datum beschikking: 11 maart 2013
Machtiging tot uithuisplaatsing in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg
Beschikking op het op 12 februari 2013 ingekomen verzoekschrift van:
de Stichting Bureau Jeugdzorg Zuid-Holland, vestiging Zuid-Holland Midden (verder: Bureau Jeugdzorg),
met betrekking tot de minderjarige:
[minderjarige 1], geboren op [datum] 1997 te [plaats A], Eritrea,
kind van:
[mevrouw B],
de moeder,
wonende te [plaats C],
die het ouderlijk gezag alleen uitoefent.
De minderjarige verblijft feitelijk in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg te [plaats G]
Procedure
De kinderrechter heeft kennisgenomen van:
- de beschikking van de kinderrechter in deze rechtbank d.d. 13 februari 2013, waarvan de
inhoud als hier overgenomen dient te worden beschouwd;
- de beschikking van de kinderrechter in deze rechtbank d.d. 6 maart 2013, waarvan de
inhoud als hier overgenomen dient te worden beschouwd;
- de brief met bijlagen van de zijde van Bureau Jeugdzorg d.d. 6 maart 2013, ingekomen per
fax op 6 maart 2013;
- de door Bureau Jeugdzorg op de terechtzitting van 11 maart 2013 overgelegde stukken.
Op 11 maart 2013 is de zaak ter terechtzitting van deze rechtbank opnieuw met gesloten deuren behandeld.
Hierbij zijn verschenen:
- de heer [de heer D] en mevrouw [mevrouw E], beiden namens Bureau Jeugdzorg;
- de moeder;
- de minderjarige, bijgestaan door zijn advocaat mr. C.J.M. van den Brûle;
- de heer [de heer F], tolk.
Feiten
De kinderrechter in deze rechtbank heeft bij beschikking d.d. 12 februari 2013 de Raad voor Rechtsbijstand te ’s-Gravenhage bevolen een advocaat aan de minderjarige toe te voegen.
De kinderrechter in deze rechtbank heeft bij beschikking d.d. 7 januari 2013 de minderjarige onder toezicht gesteld van 7 januari 2013 tot 7 januari 2014, welke beschikking is verbeterd bij de als bijlage bij deze beschikking gevoegde beschikking van de kinderrechter in deze rechtbank d.d. 20 februari 2013.
Bij beschikking d.d. 12 februari 2013 heeft de kinderrechter een voorlopige machtiging verleend om de minderjarige in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg te doen opnemen en te doen verblijven van 12 februari 2013 tot 14 februari 2013 en de behandeling van het verzoek voor het overige aangehouden tot de zitting van 13 februari 2013.
Bij beschikking d.d. 13 februari 2013 heeft de kinderrechter een machtiging verleend om de minderjarige in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg te doen opnemen en te doen verblijven van 14 februari 2013 tot 11 maart 2013 en de behandeling van het verzoek voor het overige aangehouden tot de zitting van 11 maart 2013.
Bij beschikking d.d. 6 maart 2013 heeft de kinderrechter voormelde beschikking van
13 februari 2013 verbeterd en wel in die zin, dat de machtiging niet is verleend tot
11 maart 2013 maar tot 12 maart 2013.
Verzoek en verweer
Het verzoek strekt tot machtiging de minderjarige te doen opnemen en te doen verblijven in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg voorde duur van de ondertoezichtstelling.
Ter terechtzitting van 11 maart 2013 heeft de heer [de heer D] het verzoek voor wat betreft de duur waarvoor de machtiging wordt verzocht mondeling gewijzigd, zodat wordt verzocht de machtiging thans nog voor de duur van zes maanden -gerekend vanaf het moment waarop de in de beschikking van 13 februari 2013 verleende machtiging expireert- te verlenen.
De moeder en de minderjarige hebben verweer gevoerd, welk verweer hierna -voor zover nodig- zal worden besproken.
Beoordeling
De heer [de heer D] heeft ter terechtzitting meegedeeld, dat voortzetting van het verblijf van de minderjarige in een gesloten setting noodzakelijk wordt geacht. Hij heeft hiertoe verwezen naar de door Bureau Jeugdzorg recent overgelegde stukken, waaruit blijkt dat in
de gedragsproblemen van de minderjarige geen verandering is gekomen. De minderjarige laat onder meer grensoverschrijdend gedrag zien door ongepaste aanrakingen in de omgang met meisjes en hij heeft problemen met het accepteren van gezag. Ook in Harreveld, waar de minderjarige is geplaatst, laat hij moeilijk gedrag zien, waardoor ook zijn schoolgang in het geding komt.
Voorts heeft de heer [de heer D] verwezen naar de door Bureau Jeugdzorg overgelegde stukken waaruit blijkt, dat plaatsing in een meer open setting thans niet tot de mogelijk-heden behoort, omdat deze instellingen niet de hulp kunnen bieden die nu noodzakelijk wordt geacht. Tevens heeft de heer [de heer D] meegedeeld, dat plaatsing bij de moeder ook niet mogelijk is, omdat de minderjarige niet naar haar luistert.
De heer [de heer D] heeft het verzoek voor wat betreft de verzochte duur gewijzigd en wel in die zin dat thans wordt verzocht om een machtiging voor de duur van zes maanden, gerekend vanaf de datum waarop de reeds verleende machtiging verloopt.
De heer [de heer D] heeft vervolgens meegedeeld, dat het de bedoeling is om een persoonlijk-heidsonderzoek aan te vragen.
Mr. Van den Brûle heeft naar voren gebracht, dat de minderjarige haar heeft meegedeeld niet blij te zijn met plaatsing in een gesloten setting voor de duur van zes maanden.
De minderjarige heeft het niet naar zijn zin in Harreveld, omdat hij denkt dat hij wordt afgerekend op dingen die mensen over hem denken, maar niet op dingen die hij doet.
Voorts heeft mr. Van den Brûle naar voren gebracht, dat de minderjarige bereid is om
mee te werken aan een onderzoek, dat het belangrijk is dat er goed bekeken zal worden
welke hulp er nodig is en dat de minderjarige graag dichter bij waar de moeder woont geplaatst wil worden.
De kinderrechter is, gelet op hetgeen uit het dossier en ter terechtzitting naar voren is gekomen, van oordeel dat de minderjarige ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen heeft die zijn ontwikkeling naar volwassenheid ernstig belemmeren en die maken dat de opneming en het verblijf in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg noodzakelijk zijn om te voorkomen dat de minderjarige zich aan de zorg die hij nodig heeft zal onttrekken of daaraan door anderen zal worden onttrokken. Daarbij overweegt de kinderrechter in het bijzonder dat, nu is gebleken dat plaatsing in een meer open setting niet tot de mogelijk-heden behoort omdat daar aan de minderjarige niet de hulp kan worden geboden die noodzakelijk wordt geacht, de minderjarige niet bij de moeder teruggeplaatst kan worden
en er onverkort sprake is van de gedragsproblemen zoals in voormelde beschikking van
13 februari 2013 zijn omschreven, voortzetting van het verblijf in een gesloten setting geïndiceerd is.
De machtiging zal derhalve voor de verzochte periode worden verleend, teneinde Bureau Jeugdzorg in de gelegenheid te stellen in de komende periode een persoonlijkheids-onderzoek te laten verrichten om duidelijk te krijgen welke hulp noodzakelijk is.
Voor wat betreft de wens van de minderjarige en de moeder om hem dichter bij huis te plaatsen, waarbij als een mogelijke optie De Vaart te Sassenheim wordt genoemd, gaat de kinderrechter ervan uit, dat door Bureau Jeugdzorg zal worden onderzocht of dit mogelijk is.
Gelet op het vorenstaande zal als volgt worden beslist.
Beslissing
De kinderrechter:
machtigt de Stichting Bureau Jeugdzorg Zuid-Holland de minderjarige te doen opnemen en te doen verblijven in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg zoals bedoeld in artikel 29b, eerste lid, van de Wet op de Jeugdzorg van 12 maart 2013 tot 12 september 2013, zulks ter effectuering van het aangehechte indicatiebesluit d.d. 12 februari 2013.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.M. Ghrib, kinderrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 11 maart 2013, in tegenwoordigheid van A.J. Fioole als griffier.
Van deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld binnen drie maanden na de
dag van de uitspraak door indiening van een beroepschrift ter griffie van het Gerechtshof
te Den Haag.
Datum Uitspraak: 11-3-2013 Instantie: Rechtbank Den Haag Zaaknummer: C-09-437000
Datum Opslag: 26-3-2013 Sector: Familie & Jeugd Concipiënt: Fioole
Opmerking(en): Machtiging uithuisplaatsing in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg
Rekestnummer: JE RK 13-385
Zaaknummer: C/09/437000
Datum beschikking: 11 maart 2013
Rekestnummer: JE RK
Zaaknummer:
Datum beschikking: 3
Datum Uitspraak: 11-3-2013 Instantie: Rechtbank Den Haag Zaaknummer: C-09-437000
Datum Opslag: 26-3-2013 Sector: Familie & Jeugd Concipiënt: Fioole
Opmerking(en): Machtiging uithuisplaatsing in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg
beschikking