ECLI:NL:RBDHA:2013:BZ5801

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
25 februari 2013
Publicatiedatum
8 april 2013
Zaaknummer
C/09/437224 JE RK 13-417
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging ondertoezichtstelling en intrekking verzoek machtiging tot uithuisplaatsing

Op 25 februari 2013 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de ondertoezichtstelling van een minderjarige, geboren in 2008. Het verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling voor een periode van één jaar werd ingediend door de Stichting Bureau Jeugdzorg Haaglanden. De minderjarige verblijft feitelijk bij de moeder, die niet aanwezig was op de zitting. De moeder had via een SMS laten weten niet te komen, uit angst voor een uithuisplaatsing.

De kinderrechter heeft vastgesteld dat de wettelijke vereisten voor de ondertoezichtstelling nog aanwezig zijn. De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling verlengd van 22 maart 2013 tot 22 februari 2014, met behoud van de betrokkenheid van de Stichting Bureau Jeugdzorg Haaglanden. Tevens is de beslissing uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Het verzoek tot machtiging tot uithuisplaatsing werd door Bureau Jeugdzorg ingetrokken, omdat de moeder en de minderjarige in een Haagse noodopvang konden verblijven.

De kinderrechter heeft de relevante documenten en eerdere beschikkingen in de zaak in overweging genomen, waaronder een indicatiebesluit van Bureau Jeugdzorg en eerdere verlengingen van de ondertoezichtstelling. De kinderrechter heeft geconcludeerd dat de gronden voor ondertoezichtstelling, zoals genoemd in het Burgerlijk Wetboek, nog steeds aanwezig zijn. De beschikking is gegeven door mr. P. de Haan en is uitgesproken ter openbare terechtzitting.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Kinderrechter
Rekestnummer: JE RK 13-417
Zaaknummer: C/09/437224
Datum beschikking: 25 februari 2013
Verlenging ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing
Beschikking op het op14 februari 2013 ingekomen verzoekschrift van:
de Stichting Bureau Jeugdzorg Haaglanden, vestiging Den Haag Zuid/Rijswijk
(verder: Bureau Jeugdzorg),
met betrekking tot de minderjarige:
[minderjarige], geboren op [datum] 2008 te Tiel,
kind van:
[belanghebbende 1],
de moeder,
wonende te [adres 1],
doch feitelijk verblijvende op een bij Bureau Jeugdzorg bekend adres,
die het ouderlijk gezag alleen uitoefent,
en
[belanghebbende 2]
de vader,
wonende te [adres 2].
De minderjarige verblijft feitelijk bij de moeder.
Procedure
De kinderrechter heeft kennisgenomen van:
- het verzoekschrift met bijlagen;
- het indicatiebesluit van Bureau Jeugdzorg d.d. 12 februari 2013 met de daarbij behorende
aanvraag;
- de beschikking van de kinderrechter in deze rechtbank d.d. 15 februari 2013, waarbij de
ondertoezichtstelling van de minderjarige is verlengd van 22 februari 2013 tot 22 maart
2013;
- de beschikking van de kinderrechter in deze rechtbank d.d. 19 februari 2013, waarbij
voormelde beschikking van 15 februari 2013 is verbeterd en de behandeling van het
verzoek is aangehouden tot de terechtzitting van 25 februari 2013.
Op 25 februari 2013 is de zaak ter terechtzitting van deze rechtbank met gesloten deuren behandeld.
Hierbij is verschenen:
- mevrouw I. Dispa namens Bureau Jeugdzorg.
Feiten
De kinderrechter in deze rechtbank heeft bij beschikking d.d. 15 februari 2013, waarvan de
inhoud als hier overgenomen dient te worden beschouwd, de ondertoezichtstelling van de minderjarige verlengd van 22 februari 2013 tot 22 maart 2013.
De kinderrechter in deze rechtbank heeft bij beschikking d.d. 19 februari 2013, waarvan
de inhoud als hier overgenomen dient te worden beschouwd, voormelde beschikking van
15 februari 2013 verbeterd en de behandeling van het verzoek aangehouden tot de terecht-zitting van 25 februari 2013.
Verzoek
Het verzoek strekt tot verlenging van de ondertoezichtstelling voor de periode van één jaar, alsmede tot machtiging de minderjarige gedurende dag en nacht uit huis te plaatsen voor de duur van de ondertoezichtstelling.
Beoordeling
De moeder en de vader zijn conform de wettelijke vereisten opgeroepen, doch zij zijn niet verschenen.
Mevrouw Dispa heeft meegedeeld, dat de moeder haar een SMS-je heeft gestuurd met de mededeling dat zij niet naar de zitting zal komen. Mevrouw Dispa heeft naar voren gebracht dat de reden voor het niet verschijnen van de moeder ter terechtzitting is, dat de moeder bang is voor een uithuisplaatsing.
Mevrouw Dispa heeft ter terechtzitting mondeling gepersisteerd bij het verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling en heeft hiertoe verwezen naar de inhoud van het verzoekschrift en de daarbij overgelegde stukken.
Voorts heeft mevrouw Dispa meegedeeld, dat Bureau Jeugdzorg het verzoek voor een machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige intrekt, omdat de moeder samen met de minderjarige met ingang van 28 februari a.s. kan gaan wonen in de Haagse noodopvang waar zij gedurende langere periode kunnen blijven.
De kinderrechter is, gelet op hetgeen uit het dossier en ter terechtzitting naar voren is gekomen, van oordeel dat de in artikel 1:254, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek genoemde gronden voor ondertoezichtstelling nog aanwezig zijn en dat het noodzakelijk
is de ondertoezichtstelling te verlengen als verzocht.
Nu mevrouw Dispa het verzoek tot machtiging tot uithuisplaatsing namens Bureau Jeugdzorg ter terechtzitting mondeling heeft ingetrokken, is de kinderrechter van oordeel
dat hier geen beslissing meer over genomen hoeft te worden.
Gelet op het vorenstaande zal als volgt worden beslist.
Beslissing
De kinderrechter:
verlengt de ondertoezichtstelling van de minderjarige van 22 maart 2013 tot 22 februari 2014 met behoud van de Stichting Bureau Jeugdzorg Haaglanden, zijnde een stichting zoals bedoeld in artikel 1, onder f, van de Wet op de jeugdzorg;
verklaart deze beslissing uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. P. de Haan, kinderrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 25 februari 2013, in tegenwoordigheid van A.J. Fioole als griffier.
Van deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld binnen drie maanden na de
dag van de uitspraak door indiening van een beroepschrift ter griffie van het Gerechtshof
te Den Haag.