ECLI:NL:RBDHA:2013:3642
Rechtbank Den Haag
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen 2007
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 29 maart 2013 uitspraak gedaan in een belastingzaak tussen eiser, een ondernemer die een sportschool exploiteert, en de inspecteur van de Belastingdienst. Eiser had bezwaar gemaakt tegen de aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 2007, waarbij een belastbaar inkomen van € 64.597 was vastgesteld. Eiser had in zijn aangifte een lager inkomen van € 25.629 opgegeven, maar de inspecteur baseerde de aanslag op gegevens uit voorgaande jaren, omdat eiser geen relevante nadere gegevens had verstrekt om zijn standpunt te onderbouwen.
Tijdens de zitting op 15 maart 2013 was eiser niet verschenen, ondanks dat hij tijdig was uitgenodigd. De rechtbank oordeelde dat de uitnodiging correct was verzonden en dat eiser niet had aangetoond waarom de aanslag te hoog zou zijn. De rechtbank concludeerde dat de door de inspecteur vastgestelde aanslag aannemelijk was, omdat eiser geen bewijs had geleverd voor zijn stellingen over het privégebruik van de auto en het urencriterium voor de zelfstandigenaftrek.
De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en zag geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Den Haag. De rechtbank benadrukte dat bij het indienen van hoger beroep een afschrift van de uitspraak moet worden overgelegd en dat het beroepschrift aan bepaalde vereisten moet voldoen.