Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.[A] ,
1.De procedure
- de dagvaarding van 13 augustus 2012;
- de akte overlegging producties met producties 1 t/m 13 van 26 september 2012 van Topro;
2.De feiten
in conventie en voorwaardelijke reconventie
- het Gemeenschapswoordmerk TOPRO, onder het registratienummer 8309643 ingeschreven op 13 januari 2010 voor waren in de klassen 6,7,10,12 en 20, en
- het Gemeenschapswoordmerk TROJA, onder registratienummer 8309684 ingeschreven op 9 september 2010 voor waren in de klassen 6, 7, 10, 12 en 20.
De innovatieve nieuwe Topro-Troja 3G staat ver voor op de concurrentie met een verhoogde veiligheid, flexibiliteit en de best mogelijke comfort. Zijn voorganger, de Topro-Troja Classic, werd geselecteerd als winnaar van de zeer gerespecteerde Duitse consument test 'Stiftung Warentest (editie 9/2005)'. Sindsdien hebben TOPRO-TROJA ingenieurs gewerkt om de rollator op basis van onderzoek en feedback van gebruikers en therapeuten te ontwikkelen. Het resultaat is de tweede generatie Topro-Troja met nog gebruiksvriendelijker functies, een hoge focus op veiligheid, flexibiliteit en comfort”
Aan de hand van de boeken en bescheiden die ons ter beschikking staan hebben wij het volgende vastgesteld:
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
Aan de hand van de boeken en bescheiden die ons ter beschikking staan”hetgeen zowel kan betekenen dat de accountant toegang had tot de boeken maar evenzeer dat hem boeken en bescheiden ter beschikking zijn gesteld in welk geval het mogelijk is dat hij geen volledig beeld had van de boekhouding. Ook als juist is dat, zoals [X] c.s. heeft aangevoerd, de kwitantie van mevrouw [B] per abuis niet is opgenomen in het contante kasboek en zodoende niet in het accountantsrapport, betekent dit dat het rapport niet volledig is. [X] c.s. heeft ter zitting weliswaar betwist dat de Walk On rollator die Topro heeft getoond (met daarop lijmresten en krassen) van haar afkomstig is, maar zij heeft zulks onvoldoende gemotiveerd, hetgeen wel op haar weg had gelegen. Tot slot weegt de rechtbank mee dat [X] c.s. geen verklaring heeft gegeven voor het feit dat zij in de periode waarin zij adverteerde voor de 3G rollator niet adverteerde voor de Walk On rollator waarvan zij naar eigen zeggen op dat moment bijna vijf maal zoveel stuks in voorraad had.