Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 4 december 2013 in de zaak tussen
[eiser], te [plaats], eiser
de Staatssecretaris van Defensie, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
3.4 Ten aanzien van subrubriek 5 (basale communicatie) overweegt de rechtbank als volgt. Verweerder heeft toegelicht dat er sinds de invoering van het PTSS Protocol per 1 juli 2008 na multidisciplinair professioneel overleg aanvullende uitvoeringsrichtlijnen zijn opgesteld, de Beleids Incident Richtlijnen en Adviezen (BIR-adviezen). Uit het BIR-advies ten aanzien van basale communicatie blijkt dat in principe alleen beperkingen worden gescoord indien sprake is van dissociatieve stoornissen zoals deze plegen voor te komen bij psychotische toestandsbeelden of zeer ernstige andere psychische ziektebeelden (zoals schizofrenie), waarbij sprake is van psychische black-outs waardoor de communicatie moeizaam verloopt. Nu hiervan bij eiser geen sprake is, heeft verweerder in redelijkheid van een score 0 kunnen uitgaan. Ten aanzien van het argument van eiser dat de BIR-adviezen niet zijn gepubliceerd en dat verweerder deze daarom niet aan zijn besluitvorming ten grondslag mag leggen overweegt de rechtbank als volgt. Verweerder heeft ter zitting gesteld dat de BIR adviezen niet zijn gepubliceerd, maar dat dat ook niet hoeft, omdat het gaat om intern uitvoeringsbeleid. De rechtbank overweegt dat de BIR-adviezen blijkens de overgelegde pagina’s behoren tot de Beleidsrichtlijnen Medisch-SMO. Deze beleidsrichtlijnen worden door artsen gehanteerd in het kader van hun medische beoordelingen en richten zich daarmee tot die doelgroep. Het gaat dus niet om tot verweerder gerichte richtlijnen. Onder deze omstandigheden brengt het feit dat deze richtlijnen niet zijn gepubliceerd niet mee dat het bestreden besluit om die reden niet in stand kan blijven.
uitbetaling, en niet voor de
vaststellingvan het invaliditeitspercentage. In casu gaat het om de vaststelling van het invaliditeitspercentage, zodat afronding niet aan de orde is.