ECLI:NL:RBDHA:2013:14709
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.W. Ente
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag van Turkse PKK-strijder wegens ongeloofwaardige verklaringen en disproportionele straf
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 30 mei 2013 uitspraak gedaan in een asielprocedure van een Turkse eiser, die lidmaatschap van de PKK en het bezit van een valse identiteitskaart aanvoert als redenen voor zijn asielaanvraag. De eiser, geboren in 1985, heeft verklaard dat hij als minderjarige in 2002 vanuit Duitsland naar Nederland is gebracht en onvrijwillig heeft deelgenomen aan een PKK-training in Noord-Irak. Na zijn terugkeer naar Turkije werd hij veroordeeld tot een gevangenisstraf van 15 jaar, die later werd omgezet naar 6 jaar en 3 maanden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verklaringen van de eiser over zijn gedwongen rekrutering door de PKK en zijn vlucht naar Nederland ongeloofwaardig zijn. De rechtbank oordeelt dat de eiser niet voldoende bewijs heeft geleverd voor zijn claims en dat de opgelegde straffen in Turkije niet als excessief of discriminatoir kunnen worden aangemerkt. De rechtbank heeft de afwijzing van de asielaanvraag door de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie bevestigd, omdat de eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij gegronde redenen heeft om te vrezen voor vervolging in Turkije. De rechtbank concludeert dat de eiser niet voldoet aan de voorwaarden voor een verblijfsvergunning asiel en verklaart het beroep ongegrond.