ECLI:NL:RBBRE:2012:BY4922

Rechtbank Breda

Datum uitspraak
25 oktober 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
741188 ov 12-4327
Instantie
Rechtbank Breda
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verplichting van de curator tot het jaarlijks indienen van rekening en verantwoording aan de kantonrechter

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Breda op 25 oktober 2012 uitspraak gedaan over de verplichting van de curator om jaarlijks rekening en verantwoording af te leggen aan de kantonrechter. De curator had verzocht om deze verplichting te laten vervallen, maar de kantonrechter heeft dit verzoek afgewezen. De curator had op 31 augustus 2012 schriftelijk verzocht om niet langer jaarlijks verantwoording te hoeven afleggen, en had op 3 september 2012 een mondelinge behandeling aangevraagd om zijn verzoek toe te lichten. Echter, de curator heeft op 5 oktober 2012 laten weten niet ter zitting aanwezig te zullen zijn vanwege hoge (reis)kosten. De kantonrechter heeft de curator echter opgeroepen om aanwezig te zijn, maar de curator is niet verschenen op de zitting van 23 oktober 2012.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de curator, ingevolge artikel 1:386 BW jo. 1:354 BW, verplicht is om alle gewenste inlichtingen te verstrekken en dat hij niet aan deze verplichting heeft voldaan door niet ter zitting te verschijnen. De curator heeft de wettelijke taak om zorg te dragen voor de belangen van de curandus en dient jaarlijks rekening en verantwoording af te leggen. De kantonrechter heeft geen bijzondere omstandigheden gevonden die rechtvaardigen dat de curator niet meer aan deze verplichting hoeft te voldoen. De beslissing van de kantonrechter houdt in dat het verzoek van de curator wordt afgewezen en dat de verplichting tot het jaarlijks indienen van de rekening en verantwoording in stand blijft. De beschikking is ondertekend door de kantonrechter en de griffier, en het beroepschrift kan worden ingediend bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.

Uitspraak

RECHTBANK BREDA
Sector kanton
Locatie Bergen op Zoom
zaak/rolnr.: 741188 OV VERZ 12-4327
beschikking d.d. 25 oktober 2012
1. Het verzoek en de beoordeling
1.1 De kantonrechter heeft kennis genomen van een op 29 augustus 2012 door de griffie ontvangen schriftelijk verzoek van [curator], hierna te noemen ‘curator’, om niet meer jaarlijks rekening en verantwoording aan de kantonrechter af te leggen inzake de vermogensrechtelijke goederen van [curandes], hierna te noemen ‘curandus’.
1.2 Op 31 augustus 2012 is aan curator schriftelijk medegedeeld dat de verplichting jaarlijks rekening en verantwoording af te leggen aan de kantonrechter in stand blijft. Vervolgens is ter griffie op 3 september 2012 een brief ontvangen waarin curator nogmaals heeft verzocht om niet jaarlijks rekening en verantwoording te hoeven in te dienen en waarbij hij tevens een mondelinge behandeling vraagt teneinde zijn verzoek toe lichten. Hierop is een mondelinge behandeling bepaald, waar zowel curator als curandus voor zijn uitgenodigd. Bij brief van
5 oktober 2012 heeft curator te kennen gegeven niet ter zitting aanwezig te zullen zijn, vanwege de hoge (reis)kosten die dit met zich brengt. Vervolgens is door de griffier een brief verzonden dat - gelet op het verzoek van curator - zijn aanwezigheid ter zitting noodzakelijk wordt geacht en de zitting derhalve doorgang zal vinden, waarna curator telefonisch te kennen heeft gegeven niet ter zitting aanwezig te zullen zijn.
1.3 De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 23 oktober 2012, tijdens welke zitting curator en curandus - hoewel behoorlijk opgeroepen - niet zijn verschenen. De kantonrechter kan ingevolge artikel 1:386 BW jo. 1:354 van het Burgerlijk Wetboek (BW) ten allen tijde de curator voor oproepen voor een zitting en de curator is verplicht alle gewenste inlichten te verstrekken. Door curator is hier niet aan voldaan door niet ter zitting te verschijnen en de kantonrechter niet te voorzien van de benodigde inlichten.
1.4 De curator heeft als wettelijke taak zorg te dragen voor een goede uitoefening van de vermogensrechtelijke en niet-vermogensrechtelijke belangen van curandus en dient daarbij jaarlijks aan de verplichting - zoals vermeld in artikel 1:386 jo. 1:359 BW - van het indienen van de rekening en verantwoording te voldoen. De kantonrechter acht geen bijzonderheden aanwezig om vast te stellen dat er niet meer jaarlijks aan de verplichting om rekening en verantwoording af te leggen behoeft te worden voldaan. Daarbij merkt de kantonrechter op dat indien niet aan de verplichting wordt voldaan dit een reden kan zijn om tot ontslag van de curator over te gaan.
1.5 Gelet op de het bovenstaande zal het verzoek worden afgewezen.
2. De beslissing
De kantonrechter:
wijst het verzoek af;
bepaalt dat het jaarlijks indienen van de rekening en verantwoording door de curator in stand blijft.
Deze beschikking is gegeven op mr. W.E.M. Verjans, kantonrechter, en door deze en de griffier ondertekend.
Tegen deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld:
door de verzoeker en degenen aan wie een afschrift van deze beschikking is verstrekt of verzonden: binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
door andere belanghebbenden: binnen drie maanden na de betekening van de beschikking of nadat deze hun op andere wijze bekend is geworden.
Het beroepschrift moet door tussenkomst van een procureur worden ingediend bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.