ECLI:NL:RBBRE:2012:BY1837
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.M. de Werd
- M.J.M. Mies
- Rechtspraak.nl
Bron van inkomen bij exploitatie van een schip voor sportvisserij
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Breda op 6 september 2012, stond de vraag centraal of de exploitatie van een schip voor sportvisserij door de belanghebbende als een bron van inkomen kon worden aangemerkt. De belanghebbende had in de jaren 2006 en 2007 geprobeerd een schip te verhuren aan sportvissers, maar de inspecteur van de Belastingdienst concludeerde na een bedrijfsbezoek in 2010 dat er geen sprake was van een bron van inkomen. De belanghebbende had in die jaren aangiften gedaan met een negatief resultaat uit onderneming, wat leidde tot navorderingsaanslagen door de inspecteur. De rechtbank oordeelde dat de belanghebbende niet aannemelijk had gemaakt dat er een objectieve winstverwachting was voor de jaren 2006 en 2007. De rechtbank nam daarbij in overweging dat de omzet van de belanghebbende in die jaren niet in verhouding stond tot de kosten en dat de activiteiten van de belanghebbende in 2010, waarin hij een hengelsportzaak begon, niet als voortzetting van de eerdere activiteiten konden worden beschouwd. De rechtbank verklaarde het beroep van de belanghebbende ongegrond en bevestigde de navorderingsaanslagen van de inspecteur. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.