ECLI:NL:RBBRE:2012:BY0772

Rechtbank Breda

Datum uitspraak
16 oktober 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
738753 ov 12-4139
Instantie
Rechtbank Breda
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Weigering van toestemming door curator voor het aangaan van een huwelijk door curanda

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Breda op 16 oktober 2012, betreft het een verzoek van curanda om toestemming te verkrijgen voor het aangaan van een huwelijk met de heer [X]. Curanda staat onder curatele vanwege verkwisting en drankmisbruik, en volgens artikel 1:37 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW) is toestemming van de curator vereist om een huwelijk aan te gaan. De curator, F.O. Huybregts-de Swaef, heeft echter geen toestemming verleend, onderbouwd door de financiële situatie van curanda en de zorg voor haar drie minderjarige kinderen, die onder toezicht van Bureau Jeugdzorg staan. Tijdens de mondelinge behandeling op 9 oktober 2012 heeft de curator zijn bezorgdheid geuit over de relatie tussen curanda en de heer [X], die volgens hem alleen maar negatieve gevolgen heeft gehad voor curanda's financiële situatie.

De kantonrechter heeft in een tussenbeschikking medegedeeld dat hij voornemens is het verzoek van curanda af te wijzen, maar geeft haar nog een laatste kans om haar verzoek nader toe te lichten. De curator heeft aangegeven dat curanda momenteel geen inkomen heeft en dat er een dreiging van ontruiming uit haar huurwoning bestaat. Bovendien zijn er twijfels over de bekwaamheid van de heer [X] om een goede voogdij over de kinderen te kunnen uitoefenen, wat de situatie verder compliceert. De kantonrechter heeft curanda de gelegenheid gegeven om binnen 14 dagen haar verzoek nader toe te lichten, hetzij schriftelijk, hetzij tijdens een nieuwe mondelinge behandeling.

De zaak illustreert de complexe afwegingen die de rechter moet maken bij het verlenen van toestemming voor een huwelijk in situaties van curatele, vooral wanneer de financiële en emotionele belangen van betrokkenen in het geding zijn.

Uitspraak

RECHTBANK BREDA
team kanton Bergen op Zoom
zaak/rolnr.: 738753 OV VERZ 12-4139
tussenbeschikking d.d. 16 oktober 2012
in de curatele van
[curanda], geboren te [geboorteplaats en datum], wonende te [adres], hierna te noemen curanda;
curator in deze zaak is:
F.O. Huybregts-de Swaef, h.o.d.n P.’BHZ’, gevestigd te 4622 RE Bergen op Zoom, Ampérestraat 6C.
1. Het verloop van het geding
1.1 De procesgang blijkt uit de volgende stukken:
a. het op 14 september 2012 ter griffie ontvangen verzoekschrift;
b. de aantekeningen van de griffier van de mondelinge behandeling d.d. 9 oktober 2012.
1.2 De inhoud van deze stukken geldt als hier ingelast.
2. Het verzoek en de beoordeling
2.1. Uit het verzoek blijkt dat curanda voornemens is een huwelijk aan te gaan met de heer [X], hierna te noemen: de heer [X]. Volgens artikel 1:37 lid 1 BW mag degene die wegens verkwisting of drankmisbruik onder curatele staat geen huwelijk aangaan zonder de toestemming van de curator.
2.2 Tijdens de mondelinge behandeling heeft de curator meegedeeld, dat hij geen toestemming geeft voor het door curanda gewenste huwelijk. Hij heeft in dat verband onder meer aangevoerd, dat de drie minderjarige kinderen van curanda onder voorlopig toezicht van Bureau Jeugdzorg zijn geplaatst en dat er inmiddels een spoedverzoek tot uithuisplaatsing is ingediend bij de rechtbank. Curanda heeft voorts op dit moment een openstaande schuld van ca. 92.000 euro, welke niet door haar kan worden afbetaald.
Op de WWB-uitkering van curanda ligt al enige tijd een maximaal beslag. Curanda heeft thans kennelijk sinds een aantal maanden een relatie met voormelde heer [X]. Er is bij de gemeente Halderberge een melding binnengekomen, dat er sprake zou zijn van een gezamenlijke huishouding van curanda en de heer [X]. Op grond hiervan heeft de gemeente Halderberge de genoemde WWB-uitkering van curanda per 1 augustus 2012 stopgezet en is er een onderzoek gestart. Uit dit onderzoek is inmiddels kennelijk gebleken, dat curanda daadwerkelijk een gezamenlijke huishouding met de heer [X] voert. Op grond hiervan heeft de gemeente de WWB-uitkering van curanda definitief stopgezet per 1 augustus 2012. Hierdoor heeft curanda vanaf laatstgenoemde datum geen enkel inkomen meer. Bovenop de al bestaande schuld is hierdoor een nieuwe schuld ontstaan omdat facturen betreffende huur, energie en zorgverzekering niet meer kunnen worden betaald door de curator.
Een ontruiming uit de huurwoning dreigt voor curanda. Curanda heeft aan de curator aangegeven, dat zij met de heer [X] wil trouwen in algehele gemeenschap van goederen en dat de heer [X] alle schulden zou gaan aflossen. Dat de heer [X] hiertoe in staat zou zijn, wordt door de curator ten zeerste betwijfeld. Hiervoor is tot op heden geen enkel bewijs overgelegd. De curator kan op dit moment niets ten behoeve van curanda betalen, ook geen leefgeld. Er zijn immers geen inkomsten en verder alleen maar schulden. Kennelijk heeft de heer [X] richting Bureau Jeugdzorg aangegeven, dat hij de minderjarige kinderen van curanda zou willen adopteren. Er bestaan echter voorshands grote twijfels over de bekwaamheid van de heer [X] om aan een eventuele voogdij over genoemde drie kinderen een goede invulling te kunnen geven. Tijdens een onderzoek is onder meer gebleken dat hij niet de waarheid heeft gesproken over een door hem gesteld dienstverband bij justitie. Bij controle is verder gebleken dat de heer [X] zelf een WWB-uitkering via de gemeente Roosendaal ontvangt. Alleen al vanwege de financiële positie van curanda is volgens de curator een huwelijk op dit moment niet aan de orde. De curanda is, hoewel deugdelijk opgeroepen, niet verschenen op de zitting.
2.3 Op grond van artikel 1:37 lid 2 BW kan de kantonrechter vervangende toestemming verlenen. De kantonrechter is -gelet op de onder 2.2 genoemde feiten en omstandigheden- voornemens het verzoek af te wijzen. De relatie tussen curanda en de heer [X] heeft tot op heden -vanuit financieel oogpunt bezien- alleen maar negatieve gevolgen voor curanda gehad. De kantonrechter geeft curanda nog één maal de gelegenheid om haar verzoek tot het aangaan van een huwelijk nader toe te lichten.
3. De beslissing
De kantonrechter:
stelt curanda in de gelegenheid om binnen 14 dagen na heden haar verzoek tot het aangaan van een huwelijk nader toe te lichten;
indien curanda haar verzoek nader wenst toe te lichten kan zij dit schriftelijk doen, dan wel op verzoek tijdens een nader te bepalen mondelinge behandeling.
Deze beschikking is gegeven door mr. W.E.M. Verjans, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 16 oktober 2012, in tegenwoordigheid van de griffier.