ECLI:NL:RBBRE:2012:BW4999
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot ontslag als bewindvoerder en benoeming opvolgend bewindvoerder afgewezen vanwege communicatieproblemen en taalbarrière
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Breda op 3 mei 2012 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontslag van de huidige bewindvoerder en benoeming van een opvolgend bewindvoerder. Het verzoek is ingediend door de rechthebbende, die al 15 jaar in Nederland verblijft, maar onvoldoende beheersing van de Nederlandse taal heeft. Dit heeft geleid tot aanzienlijke communicatieproblemen met de huidige bewindvoerder, Helder Bewindvoeringen B.V., en andere hulpverleners. De kantonrechter heeft tijdens de zitting op 24 april 2012 benadrukt dat de rechthebbende werk moet maken van het verbeteren van haar Nederlandse taalvaardigheid, aangezien deze taalbarrière de hulpverlening bemoeilijkt.
De rechthebbende, een alleenstaande moeder met vier minderjarige kinderen, heeft financiële problemen die mede het gevolg zijn van haar beperkte taalvaardigheid. De kantonrechter heeft geadviseerd dat de bewindvoerder aansluiting moet zoeken bij de mogelijkheden van de rechthebbende om haar zelfredzaamheid te vergroten. De kantonrechter heeft ook aangegeven dat er geen professionele bewindvoerders beschikbaar zijn die de taal van de rechthebbende beheersen en uit haar cultuur komen.
Uiteindelijk heeft de kantonrechter het verzoek tot ontslag van de bewindvoerder afgewezen, omdat de communicatieproblemen voornamelijk te wijten zijn aan de taalbarrière. De rechthebbende moet zich realiseren dat de bewindvoerder niet meer leefgeld kan verstrekken dan haar financiële situatie toelaat. De beslissing is genomen met het oog op de belangen van de rechthebbende, waarbij de kantonrechter heeft benadrukt dat er een belangenafweging moet plaatsvinden bij het inzetten van financiële middelen. Tegen deze beschikking kan binnen drie maanden hoger beroep worden ingesteld.