ECLI:NL:RBBRE:2011:BV0233
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Sanctie opgelegd voor verlopen keuringsbewijs van motorrijtuig
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Breda op 24 november 2011, is betrokkene geconfronteerd met een sanctie van € 100,00 wegens het niet tijdig laten keuren van haar motorrijtuig. De sanctie werd opgelegd na een controle op 17 januari 2011, waarbij bleek dat het keuringsbewijs van het voertuig zijn geldigheid had verloren. Betrokkene had eerder al een sanctie ontvangen voor een vergelijkbare overtreding en was niet op de hoogte van de mogelijkheid om het kenteken te schorsen.
De procedure begon met een beschikking van 24 januari 2011, waarna betrokkene in beroep ging bij de officier van justitie. Dit beroep werd ongegrond verklaard, wat leidde tot een verdere procedure bij de rechtbank. Tijdens de zitting voerde betrokkene aan dat haar voertuig ter reparatie in de garage stond en dat zij niet op de hoogte was van haar verplichtingen. De officier van justitie benadrukte echter dat betrokkene als kentekenhouder een zorgplicht heeft en zich bewust moet zijn van haar rechten en plichten.
De rechtbank oordeelde dat het beroep ontvankelijk was, maar dat de sanctie terecht was opgelegd. De rechtbank stelde vast dat betrokkene voldoende tijd had gehad om het voertuig te laten keuren of te schorsen, maar dit had nagelaten. De rechtbank verwees naar eerdere jurisprudentie die bevestigde dat de verplichting tot keuring niet vervalt door het opleggen van een eerdere sanctie. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en bevestigde de opgelegde sanctie.