ECLI:NL:RBBRE:2011:BU5137
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot onderbewindstelling van meerderjarige ter bescherming van vermogensrechtelijke belangen
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Breda op 16 november 2011 een verzoek tot onderbewindstelling van een meerderjarige, ingediend door zijn dochter, afgewezen. Het verzoek was gebaseerd op de stelling dat de vader, rechthebbende, als gevolg van zijn lichamelijke en geestelijke toestand niet in staat zou zijn zijn vermogensrechtelijke belangen zelf te behartigen. De dochter stelde dat haar vader vergeetachtig was en mogelijk beginnende dementie vertoonde. De vader, die bijna 80 jaar oud was, verzet zich echter tegen het verzoek en gaf aan dat hij in staat was zijn zaken zelf te regelen, met enige hulp van zijn zoon. Tijdens de zitting werd duidelijk dat de vader geen medische klachten had en niet onder doktersbehandeling stond. Hij had ook geen behoefte aan een medisch onderzoek naar zijn geestelijke toestand.
De kantonrechter oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor een lichamelijk of geestelijk gebrek bij de rechthebbende. De rechter benadrukte dat de vader, ondanks zijn leeftijd, nog steeds in staat was om zijn vermogensrechtelijke belangen te behartigen. De kantonrechter merkte op dat de verstoorde relatie tussen de dochter en haar vader, evenals de zoon, niet in het belang van de rechthebbende was. De rechter wees het verzoek tot onderbewindstelling af, met de mogelijkheid voor de verzoekster en andere belanghebbenden om binnen drie maanden in hoger beroep te gaan tegen deze beschikking.