ECLI:NL:RBBRE:2011:BQ3543
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Beslissing inzake kinderontvoering en rijpheid van de minderjarige
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Breda op 29 maart 2011, betreft het een verzoek tot teruggeleiding van een minderjarige naar Spanje in het kader van internationale kinderontvoering. De rechtbank heeft de raad voor de kinderbescherming verzocht om met spoed onderzoek te verrichten naar de rijpheid van de minderjarige, die zich verzet tegen terugkeer naar Spanje. Na ontvangst van de rapportage van de raad is de zaak opnieuw behandeld, waarbij de rechtbank en de betrokken partijen vragen konden stellen aan de raadsonderzoekers. De raad concludeerde dat de minderjarige, hoewel mogelijk lijdend aan het ouderverstotingssyndroom en in een loyaliteitsconflict, voldoende rijp is om met haar mening rekening te houden. De moeder had aangevoerd dat de minderjarige in een ondragelijke situatie zou komen bij terugkeer naar Spanje, en dat haar verzet tegen terugkeer moet worden gehonoreerd. De rechtbank oordeelde dat het beroep van de moeder op de weigeringsgrond van artikel 13 lid 2 van het Haagse Verdrag slaagde, en wees het verzoek tot teruggeleiding van de minderjarige af. De rechtbank benadrukte dat de minderjarige in staat is om een eigen mening te vormen, los van de invloed van de moeder, en dat haar mening serieus genomen moet worden. De Centrale Autoriteit had betoogd dat de rapportage van de raad onvoldoende was om de conclusie te dragen dat de minderjarige rijp genoeg is om met haar mening rekening te houden, maar de rechtbank volgde dit standpunt niet. De beslissing van de rechtbank is genomen in het belang van de minderjarige, waarbij de nadruk lag op haar emotionele en psychologische welzijn.