zaaknummer / rolnummer: 229239 / KG ZA 10-783
Vonnis in kort geding van 31 januari 2011
[eiseres],
wonende te Tilburg,
eiseres,
advocaat mr. J.M. Molkenboer te Tilburg,
1. de publiekrechtelijke rechtspersoon
GEMEENTE TILBURG,
zetelend te Tilburg,
advocaat mr. J.A. van Wijmen te Tilburg,
2. de stichting
STICHTING TIWOS, TILBURGSE WONINGSTICHTING,
kantoorhoudend te Tilburg,
advocaat mr. J.M.G.A. Sengers te Best,
gedaagden.
Eiseres zal hierna ‘[eiseres]’ worden genoemd. Gedaagden zullen worden aangeduid als ‘de gemeente’ en ‘Tiwos’.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de inleidende dagvaarding van 4 januari 2011 met 16 producties;
- de producties 17 tot en met 22 van [eiseres];
- de producties 1 en 2 van Tiwos;
- de mondelinge behandeling ter zitting van 25 januari 2011;
- de pleitnota van mr. Molkenboer met een wijziging van eis;
- de pleitnota van mr. Van Wijmen;
- de pleitnota van mr. Sengers.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2.1. Na wijziging van eis vordert [eiseres] om bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
- de gemeente en Tiwos hoofdelijk, althans één van hen, te veroordelen om binnen drie maanden na betekening van dit vonnis aan [eiseres] toe te wijzen en ter beschikking te stellen een passende woning in Tilburg Oud-Zuid met voldoende ruimte voor bewoning door [eiseres] en haar vier kinderen en welke tenminste gelijkwaardig is aan de woning die [eiseres] voorheen bewoonde aan de [adres 19] te Berkel-Enschot, subsidiair een passende woning in Tilburg en meer subsidiair een woning in Tilburg, dit op straffe van verbeurte van een dwangsom;
- Tiwos te veroordelen om binnen een maand na betekening van dit vonnis [eiseres] te verwijderen van de zwarte lijst van de woningbouwcorporaties in Tilburg, op straffe van verbeurte van een dwangsom;
- de gemeente en Tiwos hoofdelijk te veroordelen in de kosten van deze procedure.
2.2. Aan haar vorderingen legt [eiseres] ten grondslag dat het besluit ex artikel 174a van de Gemeentewet van de burgemeester van Tilburg tot sluiting van haar woning aan de [adres 19] te Berkel-Enschot door de bestuursrechter is vernietigd, dat daaruit volgt dat het sluitingsbevel onrechtmatig was en dat de gemeente verplicht is om haar daaruit voortvloeiende schade te vergoeden. Haar schade bestaat onder meer daaruit dat zij sedert 11 juni 2009 geen redelijk onderdak meer heeft. De buitengerechtelijke ontbinding door Tiwos op 15 juni 2009 is gebaseerd op dat onrechtmatige besluit van de burgemeester en kan daarom niet standhouden. Bovendien is door Tiwos op 1 december 2009 toegezegd dat [eiseres] passende woonruimte zou worden toegewezen indien na afloop van de procedures zou blijken dat de ontruiming op 11 juni 2009 niet rechtsgeldig heeft plaatsgevonden.
2.3. De gemeente en Tiwos voeren verweer. De gemeente stelt zich onder meer op het standpunt dat het sluitingsbesluit door de burgemeester is genomen omdat Tiwos niet tegen de overlast rond de woning van [eiseres] optrad en dat de onrechtmatigheid van dat besluit enkel meebrengt dat de gemeente verplicht is tot schadevergoeding. De gemeente beschikt niet over woonruimte. Volgens de gemeente is Tiwos aan zet. Volgens Tiwos heeft zij de huurovereenkomst met [eiseres] op 15 juni 2009 rechtsgeldig ontbonden op de grond dat haar woning door de burgemeester feitelijk was gesloten en doet de onrechtmatigheid van het sluitingsbevel niets af aan de civielrechtelijke ontbinding van de huurovereenkomst met [eiseres]. De toezegging van Tiwos van 1 december 2009 ziet op het geval dat niet alleen het sluitingsbevel van de burgemeester wordt vernietigd maar dat ook de civiele rechter heeft vastgesteld dat de buitengerechtelijke ontbinding van de huurovereenkomst met [eiseres] rechtens ongeldig is. Aan die laatste voorwaarde is niet voldaan. Omdat [eiseres] jarenlang overlast heeft veroorzaakt, wil Tiwos haar niet schrappen van de zwarte lijst van de woningbouwcorporaties. Tot slot stelt Tiwos dat [eiseres] geen spoedeisend belang heeft bij haar vorderingen omdat zij onderdak heeft en omdat zij te kort als woningzoekende staat ingeschreven om binnen de geldigheidsduur van twee jaar van de registratie op de zwarte lijst in aanmerking te komen voor woonruimte van een Tilburgse woningbouwcorporatie.
3.1. Op grond van de niet of onvoldoende weersproken stellingen en de overgelegde producties wordt in dit kort geding uitgegaan van de navolgende feiten:
- Tiwos is een woningbouwcorporatie in de gemeente Tilburg. Zij verhuurt woonruimte aan mindervermogenden al naar gelang hun inkomen en gezinssamenstelling.
- [eiseres] heeft van Tiwos de eengezinswoning aan de [adres 19] te Berkel-Enschot gehuurd. Daar heeft zij gewoond met tenminste vier kinderen.
- Bij primair besluit van 6 mei 2009 heeft de burgemeester van de gemeente Tilburg aan [eiseres] medegedeeld dat hij de woning aan de [adres 19] vanaf 20 mei 2009 voor drie maanden zal sluiten. De sluitingsbevoegdheid heeft de burgemeester ontleend aan artikel 174a van de Gemeentewet. Als reden om van deze bevoegdheid gebruik te maken heeft de burgemeester opgegeven: het veroorzaken van overlast zoals geluidsoverlast, vervuiling, overbewoning, onzedelijk gedrag, pesterijen en intimidatie en bedreiging.
- Tegen voornoemd besluit heeft [eiseres] tijdig bezwaar gemaakt. Tevens heeft zij bij de voorzieningenrechter van deze rechtbank een verzoek om voorlopige voorziening ingediend. Bij uitspraak van 5 juni 2009 heeft de voorzieningenrechter het sluitingsbevel van de burgemeester geschorst tot en met 11 juni 2009.
- Op 12 juni 2009 heeft [eiseres] de woning aan de [adres 19] verlaten. Op last van de burgemeester zijn de achtergebleven meubels van [eiseres] verwijderd en opgeslagen en is de woning dichtgetimmerd.
- Bij brief van 15 juni 2009 aan [eiseres] heeft Tiwos de huurovereenkomst voor de woning aan de [adres 19] met onmiddellijke ingang ontbonden omdat [eiseres] en de haren de openbare orde hebben verstoord en de woning om die reden door de burgemeester is gesloten. Verder heeft Tiwos medegedeeld dat [eiseres] de komende twee jaren niet in aanmerking komt voor toewijzing van een woning in de gemeente Tilburg en dat zij zich niet als woningzoekende hoeft te melden bij de Tilburgse woningbouwcorporaties.
- Bij beslissing op bezwaar van 4 augustus 2009 heeft de burgemeester het bezwaar van [eiseres] ongegrond verklaard en de sluitingsperiode nader bepaald op 12 juni 2009 tot en met 11 september 2009. Daartegen heeft [eiseres] beroep ingesteld.
- Op 1 december 2009 heeft de raadsman van Tiwos aan de raadsman van [eiseres] geschreven dat de woning aan de [adres 19] zal worden doorverhuurd aan derden. Verder heeft de raadsman geschreven: ‘Indien de uitkomst van alle procedures zal zijn, dat uw cliënte ten onrechte is ontruimd en de huur met haar niet ontbonden is, zal mijn cliënte aan uw cliënte een andere woning toewijzen.’
- In december 2009 heeft [eiseres] met vier kinderen haar intrek genomen in een kleine woning in Tilburg, die zij van een particulier huurt.
- Bij uitspraak van 19 april 2010 heeft de bestuursrechter van deze rechtbank het beroep van [eiseres] tegen de beslissing op bezwaar van 4 augustus 2009 gegrond verklaard en de beslissing op bezwaar vernietigd. Kort gezegd heeft de bestuursrechter daarbij overwogen dat de evident aanwezige overlast in de buurt niet gerelateerd kan worden aan concrete en verifieerbare gedragingen in en om de woning van [eiseres] en dat daarom op basis van de voorliggende gegevens de sluiting van de woning van [eiseres] niet gerechtvaardigd was. In hoger beroep heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 1 december 2010 de uitspraak van de rechtbank bekrachtigd.
3.2. Inzet van de vorderingen van [eiseres] is dat haar op korte termijn een bij haar gezinssituatie en haar inkomen passende huurwoning wordt aangeboden. Het hebben van passende woonruimte is een primaire levensbehoefte. Reeds hierom heeft [eiseres] naar het oordeel van de voorzieningenrechter een spoedeisend belang bij haar eerste vordering. De vermelding van haar naam op een zwarte lijst van de Tilburgse woningbouwcorporaties is voor [eiseres] diffamerend en is tevens een concrete belemmering voor de toewijzing van een sociale huurwoning, zodat ook die vordering spoedeisend is. Dat betekent dat [eiseres] ontvankelijk is in dit kort geding.
3.3. Kern van het geschil is de vraag wat de rechtsgevolgen zijn van de vernietiging door de bestuursrechter van de sluitingsbeslissing van de burgemeester. Een op rechtsgevolg gericht besluit van een bestuursorgaan heeft onmiddellijke werking. Het aanwenden van een rechtsmiddel tegen zo’n besluit heeft geen schorsende werking. Als gevolg van de schorsing van het primaire besluit door de voorzieningenrechter van 5 juni 2009 tot en met 11 juni 2009 is het bevel tot sluiting op 12 juni 2009 opnieuw van kracht geworden. [eiseres] was jegens de burgemeester verplicht om de woning aan de [adres 19] op 12 juni 2009 te verlaten voor een periode van drie maanden, eerst op basis van het primaire besluit en vanaf 4 augustus 2009 op basis van de beslissing op bezwaar. Als gevolg van de uitspraak van de bestuursrechter van 19 april 2010 (die op 1 december 2010 in hoger beroep is bekrachtigd) was de burgemeester gehouden een nieuw besluit in de plaats te stellen van de vernietigde beslissing op bezwaar van 4 augustus 2009. Op 16 oktober 2010 heeft de burgemeester het bezwaar van [eiseres] alsnog gegrond verklaard en zijn primaire besluit herroepen. De leer van de formele rechtskracht brengt mee dat de civiele rechter er thans van uit moet gaan dat het sluitingsbevel van 6 mei 2009 en de beslissing op bezwaar van 4 augustus 2009 van de burgemeester onrechtmatig zijn.
3.4. Voor de onrechtmatige besluiten van de burgemeester is de gemeente civielrechtelijk aansprakelijk en verplicht tot het vergoeden van de schade die [eiseres] als gevolg van deze twee onrechtmatige besluiten heeft geleden. Het staat vast dat [eiseres] op grond van deze besluiten de woning aan de [adres 19] heeft moeten verlaten. Verder stelt zij dat zij gedurende enige maanden bij gebreke van een vaste woonplaats geen recht op een uitkering had en dat zij gezondheidsklachten heeft als gevolg van het zwerven. Ter zitting is gebleken dat de gemeente middels haar verzekeraar inmiddels EURO 5.000,- aan [eiseres] heeft betaald als voorschot onder algemene titel op een schadevergoeding. In dit geding vordert [eiseres] dat de gemeente haar tevens een woning aanbiedt. Namens de gemeente wordt uitdrukkelijk gesteld dat zij sinds vele jaren niet meer beschikt over een woningvoorraad en dat haar contacten met de Tilburgse woningbouwcorporaties ontoereikend zijn om toewijzing van een woning aan [eiseres] af te dwingen. Deze stelling komt de voorzieningenrechter aannemelijk voor en wordt door [eiseres] niet gemotiveerd betwist. Op deze grond zal de voorzieningenrechter de vordering van [eiseres] tegen de gemeente afwijzen.
3.5. Tiwos beschikt wel over een voorraad sociale huurwoningen, maar zij stelt dat de vastgestelde onrechtmatigheid van het sluitingsbevel van de burgemeester rechtens geen afbreuk doet aan de buitengerechtelijke ontbinding van de huurovereenkomst met [eiseres] aangezien deze ontbinding is gebaseerd op de daadwerkelijke sluiting van de door [eiseres] van Tiwos gehuurde woning. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter is het juist dat effectuering van een sluitingsbevel Tiwos de bevoegdheid geeft om de huurovereenkomst voor de gesloten woning buitengerechtelijk te ontbinden. Maar de rechtsgevolgen van de onrechtmatigheid van het sluitingsbevel voor de rechtsverhouding tussen de huurder en de verhuurder worden geregeerd door het reguliere verbintenissenrecht. De onrechtmatigheid van het sluitingsbevel brengt daarom naar het oordeel van de voorzieningenrechter mee dat de grondslag van de daarop gebaseerde ontbinding achteraf onjuist blijkt te zijn, zodat de ontbinding in rechte geen stand kan houden. Tiwos heeft nimmer het initiatief genomen om de huurovereenkomst met [eiseres] op andere gronden te (laten) ontbinden.
3.6. Daarmee is bovendien voldaan aan de materiële voorwaarden die Tiwos naar het oordeel van de voorzieningenrechter in haar toezegging van 1 december 2009 heeft gesteld: het sluitingsbevel heeft in de gevolgde procedures geen stand gehouden, zodat de woning van [eiseres] ten onrechte is ontruimd en de grondslag is ontvallen aan de op de sluiting gebaseerde ontbinding. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter kan Tiwos in redelijkheid niet verlangen dat [eiseres] de ontbinding van de huurovereenkomst formeel in een civielrechtelijke bodemprocedure aanvecht.
3.7. Voorgaande overwegingen brengen naar het oordeel van de voorzieningenrechter mee dat van Tiwos gevergd kan worden dat zij de door [eiseres] geleden schade beperkt en haar schriftelijke toezegging van 1 december 2009 nakomt door [eiseres] op korte termijn en bij voorrang een sociale huurwoning toe te wijzen. [eiseres] vraagt om een woning in Tilburg Oud-Zuid die passend en (onder meer qua bouwjaar en volume) gelijkwaardig is aan de woning aan de [adres 19]. De termen ‘passend’ en ‘gelijkwaardig’ zijn vatbaar voor interpretatieverschillen. Verder is denkbaar dat de inwilliging van alle wensen van [eiseres] de toewijzing van een huurwoning op korte termijn zullen belemmeren. In het kader van dit kort geding acht de voorzieningenrechter daarom voldoende dat [eiseres] door Tiwos binnen een termijn van drie maanden na de betekening van dit vonnis in aanmerking wordt gebracht voor een huurwoning met drie slaapkamers in Tilburg, voorzien van centrale verwarming en met een huurprijs die volgens de normen past bij het inkomen van [eiseres]. Binnen een maand na betekening van dit vonnis dient Tiwos tevens de naam van [eiseres] te (laten) verwijderen van de zwarte lijst van de Tilburgse woningbouwcorporaties, omdat deze registratie diffamerend is en de in de brief van 15 juni 2009 van Tiwos genoemde grondslag voor deze registratie daaraan is ontvallen. De veroordelingen zullen worden versterkt met een gematigde en gemaximeerde dwangsom.
3.8. Als de in het ongelijk te stellen partij zal Tiwos worden veroordeeld in de proceskosten van [eiseres]. Deze kosten worden begroot op een bedrag van EURO 977,81, samengesteld uit een bedrag van EURO 71,- aan vastrecht, EURO 90,81 aan explootkosten en een bedrag van EURO 816,- aan advocaatkosten. Op haar beurt zal [eiseres] worden veroordeeld in de proceskosten van de gemeente, vastgesteld op EURO 568,- aan vastrecht en EURO 816,- aan advocaatkosten.
veroordeelt gedaagde sub 2 om binnen drie maanden na de betekening van dit vonnis aan eiseres toe te wijzen een huurwoning met drie slaapkamers in de gemeente Tilburg, voorzien van centrale verwarming en met een huurprijs die volgens de normen past bij het inkomen van eiseres, dit op straffe van verbeurte van een dwangsom van EURO 100,- per dag of gedeelte van een dag dat gedaagde sub 2 niet volledig aan deze veroordeling voldoet en tot een maximum van EURO 10.000,-;
veroordeelt gedaagde sub 2 om binnen een maand na de betekening van dit vonnis de vermelding van de naam van eiseres op de zwarte lijst van woningbouwcorporaties in Tilburg te (laten) schrappen, op straffe van verbeurte van een dwangsom van EURO 100,- per dag met een maximum van EURO 5.000,-;
veroordeelt gedaagde sub 2 in de kosten van het geding, voorzover gevallen aan de zijde van eiseres, tot op heden begroot op EURO 977,81;
veroordeelt eiseres in de kosten van het geding, gevallen aan de zijde van gedaagde sub 1, tot op heden begroot op EURO 1.384,-;
verklaart dit vonnis wat betreft de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. Vincent en in aanwezigheid van mr. De Baar in het openbaar uitgesproken op 31 januari 2011.