ECLI:NL:RBBRE:2010:BO7416

Rechtbank Breda

Datum uitspraak
18 november 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
627074 mb 10-183
Instantie
Rechtbank Breda
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toepassing van ontheffing bij inrijden op gesloten verklaring in verkeershandhaving

Op 18 november 2010 vond de mondelinge behandeling plaats in de Rechtbank Breda, waar de kantonrechter W.E.M. Verjans de zaak behandelde. Betrokkene, H.D. Wigant, was als toezichthouder/handhaver Ruimtelijke Ordening van de gemeente Moerdijk aanwezig, en had beroep ingesteld tegen een beslissing van de officier van justitie. De zaak betrof het inrijden op een weg met een gesloten verklaring, waarvoor betrokkene stelde dat zij op basis van een ontheffing deze weg mocht inrijden. De kantonrechter toetste de zaak aan de relevante artikelen van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990), met name artikel 62 en artikel 87.

De kantonrechter concludeerde dat betrokkene niet aan de voorwaarden voor de ontheffing had voldaan. De ontheffing die betrokkene claimde, was slechts geldig onder specifieke voorwaarden, die niet waren nageleefd. Betrokkene had erkend dat zij de verweten gedraging had verricht, en de kantonrechter oordeelde dat zij ook een alternatieve route had kunnen kiezen. De sanctie die was opgelegd, werd als terecht beschouwd, en het beroep werd ongegrond verklaard.

De beslissing van de kantonrechter werd op dezelfde dag bekendgemaakt, en betrokkene werd geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof te Leeuwarden, onder bepaalde voorwaarden. De uitspraak benadrukt het belang van het naleven van verkeersregels en de voorwaarden die aan ontheffingen zijn verbonden.

Uitspraak

RECHTBANK BREDA
team kanton Bergen op Zoom
zaaknummer : 627074 \ MB VERZ 10-183
CJIB-nummer: [nummer]
uitspraak: 18 november 2010
Op de in het openbaar gehouden zitting van 18 november 2010 is mr. W.E.M. Verjans, kantonrechter, bijgestaan door L.P.A. Gijsen-van der Linden als griffier, overgegaan tot de mondelinge behandeling van het beroep dat is ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie met bovengenoemd CJIB-nummer. Het beroepschrift is ingediend door:
naam: : H.D. Wigant
adres : de Polderstraat 74
woonplaats : 4794 AN Heijningen, nader ook te noemen: betrokkene,
--------------------
Betrokkene is ter zitting verschenen in persoon.
Namens de officier van justitie is verschenen F. Slootweg, werkzaam bij het CVOM te Utrecht.
Van het verhandelde ter zitting is door de griffier aantekening gehouden, welke aantekeningen worden geacht deel uit te maken van dit proces-verbaal.
Betrokkene heeft beroep ingesteld en daartoe aangevoerd hetgeen in het beroepschrift - dat zich bij de stukken van het geding bevindt - is vermeld. Ter zitting heeft betrokkene medegedeeld de gronden van het beroep te handhaven.
De officier van justitie heeft meegedeeld de beslissing waarvan beroep is ingesteld, alsmede de verwerping van de bezwaren van betrokkene, te handhaven.
1. De beoordeling
De kantonrechter heeft op grond van de navolgende overwegingen een beslissing genomen, welke beslissing is uitgesproken ter openbare terechtzitting.
Het beroep is ontvankelijk omdat het tijdig is ingesteld en er zekerheid is gesteld voor de betaling van de sanctie.
Als door betrokkene erkend staat vast dat de verweten gedraging is verricht.
Betrokkene is staande gehouden op de Eerste Kruisweg te Fijnaart voor het in strijd rijden met een geslotenverklaring, bord C12/20. Betrokkene voert aan zij toezichthouder/handhaver Ruimtelijke Ordening van de afdeling Vergunningen en Handhaving van de gemeente Moerdijk is. Ten tijde van de verweten gedraging wilde ze - voordat zij naar huis reed - een controle uitvoeren. In het kader van de handhaving is betrokkene geleerd om telkens langs andere wegen te rijden. Betrokkene reed naar het controleadres via de Eerste Kruisweg, omdat ze die weg nog niet had gereden die dag. Volgens betrokkene was zij bevoegd om in strijd met een gesloten verklaring te rijden, middels de ontheffing die zij heeft vanwege haar werkzaamheden.
De kantonrechter overweegt als volgt. Betrokkene is ingevolge artikel 62 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) verplicht gevolg te geven aan verkeerstekens die een gebod of verbod inhouden. Dat betrokkene in het bezit is van een ontheffing om - onder andere - in strijd te rijden met een gesloten verklaring, bord C12/20 wil nog niet zeggen dat zij te allen tijde van deze ontheffing gebruik mag maken. Aan die ontheffing zijn een aantal voorwaarden verbonden. Uit het “Aanwijzingsbesluit toezichthouders vergunningen en handhaving alsmede ontheffing van het bepaalde in artikel 87 van het RVV” van de gemeente Moerdijk blijkt dat één van de voorwaarden is “van de ontheffing mag alleen gebruik worden gemaakt voor zover dit voor de onmiddellijke uitvoering van geodetische metingen en uitvoering van werken noodzakelijk is”.
Niet is gebleken dat door betrokkene aan de voorwaarden voor de ontheffing is voldaan. Zij heeft niet de noodzaak aangetoond die nodig was voor de onmiddellijke uitoefening van geodetische metingen en uitvoering van werken om gebruik te kunnen maken van de ontheffing om in strijd te rijden met een geslotenverklaring. Betrokkene had voor een andere route kunnen kiezen dan ze nu heeft gedaan. Nu ze dit niet heeft gedaan bestaat het risico dat een sanctie wordt opgelegd. Dit risico heeft zich verwezenlijkt en komt dan ook voor rekening van betrokkene. Derhalve is terecht een sanctie opgelegd.
Het voorgaande betekent dat het beroep ongegrond dient te worden verklaard.
2. De beslissing
De kantonrechter verklaart het beroep ongegrond.
Waarvan proces-verbaal,
de griffier, de kantonrechter,
Bent u het met de beslissing op uw beroep niet eens, dan kunt u binnen zes weken na de hieronder vermelde datum van toezending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof te Leeuwarden, doch alleen indien:
a. de bij deze beslissing opgelegde administratieve sanctie meer dan € 70,00 bedraagt, of
b. het beroep niet-ontvankelijk is verklaard omdat de zekerheid niet (tijdig) is gesteld.
Het beroepschrift moet worden ingediend bij de rechtbank Breda, sector kanton, locatie Bergen op Zoom, (118 4600 AC Bergen op Zoom) en dient door degene die bij de sector kanton beroep heeft ingesteld of door zijn gemachtigde te zijn ondertekend.
U dient daarbij het zaaknummer te vermelden.
De procedure bij het gerechtshof verloopt geheel schriftelijk, tenzij in het beroepschrift uitdrukkelijk om een zitting wordt gevraagd waarop u uw standpunt mondeling wilt toelichten.
Datum toezending beslissing: