ECLI:NL:RBBRE:2010:BN5499

Rechtbank Breda

Datum uitspraak
30 augustus 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
223022 KG ZA 10-464
Instantie
Rechtbank Breda
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • V. Vincent
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot schorsing van stemrecht in kort geding door vennootschap tegen aandeelhouders

In deze zaak vorderde Advantec Electronics B.V., een besloten vennootschap, in kort geding schorsing van het stemrecht van haar aandeelhouders, waaronder Fortec Elektronik AG en drie andere gedaagden. De vordering was gericht op het voorkomen dat de aandeelhouders in de aanstaande vergadering besluiten zouden nemen die de zeggenschap van de huidige bestuurder, J.M. Voorvelt, zouden ondermijnen. De voorzieningenrechter oordeelde dat de vennootschap bevoegd was om een dergelijke vordering in te stellen en dat de voorzieningenrechter de vrijheid heeft om de gevorderde voorzieningen te treffen indien dit noodzakelijk is voor de toestand van de vennootschap. De rechter benadrukte dat de beslissing tot het treffen van de gevorderde voorziening gebaseerd is op een afweging van de belangen van partijen.

De voorzieningenrechter weegt de belangen van de vennootschap en de gedaagden en concludeert dat de gevorderde schorsing van het stemrecht een ingrijpende maatregel is. Advantec Electronics heeft onvoldoende onderbouwd dat deze maatregel gerechtvaardigd is, ook al zou deze slechts voor drie maanden gelden. De rechter wijst erop dat de gedaagden bereid zijn om de aandelen van Voorvelt over te nemen, wat een alternatieve oplossing biedt. Uiteindelijk wordt de vordering afgewezen en wordt Advantec Electronics veroordeeld in de proceskosten van de gedaagden.

De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige belangenafweging in vennootschapsrechtelijke geschillen en de noodzaak voor vennootschappen om hun vorderingen goed te onderbouwen, vooral wanneer ingrijpende maatregelen zoals schorsing van stemrechten worden gevorderd.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK BREDA
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 223022 / KG ZA 10-464
Vonnis in kort geding van 30 augustus 2010
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
ADVANTEC ELECTRONICS B.V.,
gevestigd te Oudenbosch, gemeente Halderberge,
eiseres,
advocaat mr. G. Reisenstadt te Amsterdam,
tegen
1. de vennootschap naar Duits recht
FORTEC ELECTRONIK AG,
gevestigd te Landsberg (Duitsland),
2. [gedaagde 2],
wonende te Etten-Leur,
3. [gedaagde 3],
wonende te Oosterhout,
4. [gedaagde 4],
wonende te Prinsenbeek, gemeente Breda,
gedaagden,
advocaat mr. F.P.J.R. Jansen te Breda.
Eiseres zal hierna ‘Advantec Electronics’ genoemd worden. Gedaagden zullen afzonderlijk worden aangeduid als ‘Fortec’, ‘[gedaagde 2]’, ‘[gedaagde 3]’ en ‘[gedaagde 4]’.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de op 12 augustus 2010 betekende dagvaarding met 10 producties;
- de op 20 augustus 2010 ingezonden producties 11 tot en met 22 van Advantec Electronics;
- de op 23 augustus 2010 ingezonden producties 1 tot en met 7 van gedaagden;
- de mondelinge behandeling ter zitting van 24 augustus 2010;
- de pleitnota van mr. Reisenstadt;
- de pleitnota van mr. Jansen.
1.2. In de dagvaarding is gedaagde sub 4 aangeduid met de achternaam [Gedaagde 4]. Tussen partijen staat vast dat dit dient te worden gelezen als [gedaagde 4].
1.3. De voorzieningenrechter heeft vonnis bepaald op heden.
2. Het geschil
2.1. Advantec Electronics vordert – kort gezegd – om bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
primair: het stemrecht van gedaagden als aandeelhouders van Advantec Electronics te schorsen voor de duur van drie maanden vanaf betekening van dit vonnis;
subsidiair: gedaagden te verbieden over te gaan tot stemming in de algemene vergadering van aandeelhouders van Advantec Electronics op 7 september 2010 of ieder ander tijdstip binnen drie maanden na betekening van dit vonnis teneinde:
-gedaagden sub 2 tot en met 4 te benoemen tot bestuurder van Advantec Electronics,
-aan de huidige en enige bestuurder J.M. Voorvelt zijn titel van algemeen directeur te ontnemen,
-de beloningen van de bestuurder te wijzigen,
-de verdeling van de werkzaamheden binnen het bestuur te wijzigen;
primair en subsidiair: één en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom voor iedere dag dat gedaagden of één van hen hiermee in gebreke blijven, en met hoofdelijke veroordeling van gedaagden in de kosten van deze procedure.
2.2. Aan haar vorderingen legt Advantec Electronics de stelling ten grondslag dat [gedaagde 2], [gedaagde 3] en [gedaagde 4] met Fortec samenspannen om huidig bestuurder Voorvelt te ontdoen van zeggenschap en heeft ieder van hen daar een eigen belang bij dat strijdig is met het belang van de vennootschap. Vanwege de aandelenverhouding kan Voorvelt niet met de vereiste gekwalificeerde meerderheid als bestuurder worden ontslagen, maar door de benoeming van drie nieuwe bestuurders zal Voorvelt alsnog zijn zeggenschap verliezen. Volgens Advantec Electronics handelen gedaagden in strijd met de redelijkheid en billijkheid als bedoeld in artikel 2:8 BW door na samenspanning zichzelf te benoemen tot bestuurders met het kennelijke oogmerk in een bestuur van vier bestuurders de huidige bestuurder Voorvelt weg te kunnen stemmen ter zake onderwerpen die hen onwelgevallig zouden zijn. Een bestuurder dient zich bij de vervulling van zijn taak uitsluitend te richten op het belang van de vennootschap en gelet op de voorgeschiedenis is niet aannemelijk dat [gedaagde 2], [gedaagde 3] en [gedaagde 4] dit belang voldoende voor ogen zullen houden. De aanvaarding van het voorgenomen besluit tot benoeming van [gedaagde 2], [gedaagde 3] en [gedaagde 4] tot bestuurder leidt tot strijd met artikel 2:8 BW en tot vernietigbaarheid op grond van artikel 2:15 lid 1 sub b BW.
Volgens Advantec Electronics blijkt verder uit niets dat [gedaagde 2], [gedaagde 3] en [gedaagde 4] op hun bestuurstaak zijn berekend. Veeleer is het tegendeel het geval. Ze zijn niet opgeleid voor bestuurstaken noch hebben zij de nodige ervaring. Zij hebben zich nooit genoodzaakt gevoeld om buiten kantooruren inspanningen voor de zaak te leveren, noch hebben zij ooit de bereidheid gehad om het risico van bestuurdersaansprakelijkheid op zich te nemen. Het gaat niet aan om Voorvelt als bestuurder te lozen onder het mom van ‘dat kunnen wij ook’ nadat de kastanjes door Voorvelt uit het vuur zijn gehaald.
Tot slot stelt Advantec Electronics dat zowel de aard en omvang van de bedrijfsactiviteit als de wijze waarop de taakverdeling van de werknemers is ingericht geen vier kapiteins op een schip met drie bemanningsleden toelaten. Indien de werknemers hun tijd niet meer volledig kunnen en willen besteden aan hun werkzaamheden zal dit bovendien tot een omzetverlies leiden, hetgeen Advantec Electronics zich niet kan veroorloven.
2.3. De gedaagden voeren gemotiveerd verweer. Zij stellen zich op het standpunt dat [gedaagde 2], [gedaagde 3] en [gedaagde 4] het bedrijf tot nu toe feitelijk met z’n drieën hebben gerund en de bestuurstaken hebben uitgevoerd. Zij hebben alledrie jarenlange ervaring in de bedrijfstak waarin zij nu werkzaam zijn en hebben jarenlang bewezen dat zij goed kunnen samenwerken. Voor hen spreekt het voor zich dat zij gedrieën het statutair bestuurderschap op zich nemen. Voorzover de vennootschap haar vordering baseert op titel 8 afdeling 2 van Boek 2 BW dient zij niet-ontvankelijk te worden verklaard omdat deze titel het recht van enquête niet toekent aan de vennootschap. Van de bevoegdheid tot het treffen van onmiddellijke voorzieningen voordat een enquête wordt gelast, kan slechts gebruik worden gemaakt indien daartoe in verband met de toestand van de vennootschap of in het belang van het onderzoek voldoende zwaarwegende redenen bestaan, hetgeen niet het geval is. Advantec Electronics maakt niet aannemelijk dat het doorvoeren van de voorstellen de vennootschap zal bedreigen in haar voortbestaan. De acties van Voorvelt als bestuurder van Advantec Electronics zijn slechts ingegeven door diens persoonlijke belangen en hij misbruikt zijn positie als bestuurder, hetgeen schadelijk is voor de onderneming.
3. De beoordeling
3.1. Op grond van de niet of onvoldoende weersproken stellingen en de producties wordt in dit kort geding uitgegaan van de navolgende feiten:
- Advantec Electronics is opgericht in 2004 en exploiteert een onderneming die handelt in elektronica-onderdelen.
- De aandelen van Advantec Electronics zijn in handen van Fortec, [gedaagde 2], [gedaagde 3], [gedaagde 4] en van algemeen directeur Voorvelt. Voorvelt houdt 40% van de aandelen, Fortec houdt 25%, [gedaagde 2] houdt 15% en [gedaagde 3] en [gedaagde 4] houden elk 10% van de aandelen.
- Voorvelt is de enige statutair bestuurder van de vennootschap en is als algemeen directeur zelfstandig bevoegd om de vennootschap te vertegenwoordigen. Fortec is de belangrijkste leverancier van onderdelen aan de onderneming. [gedaagde 2], [gedaagde 3] en [gedaagde 4] zijn de enige werknemers van de onderneming en degenen die de onderneming feitelijk drijven.
- Voor de algemene vergadering van aandeelhouders van Advantec Electronics op 28 juni 2010 heeft Fortec als agendapunten 7 tot en met 10 de volgende voorstellen ingebracht:
7. Benoeming van de heren P. van Leeuwen, P. van Hout en F. [gedaagde 4] tot bestuurder (directeur)
8. Ontneming van de titel algemeen directeur aan de huidige en enige bestuurder J.M. Voorvelt
9. Vaststelling van de beloningen van alle bestuurders (directeuren)
10. Vaststelling van de verdeling van werkzaamheden binnen het bestuur van de vennootschap
- Op de aandeelhoudersvergadering van 28 juni 2010 is besloten geen stemming over deze agendapunten te laten plaatsvinden. Deze punten staan thans geagendeerd voor de volgende aandeelhoudersvergadering, die staat gepland voor 7 september 2010. Als bestuurder heeft Voorvelt zijn zienswijze over deze voorgenomen besluiten neergelegd in een schriftelijk advies van 22 juli 2010 aan de aandeelhouders. Zijn advies is negatief.
3.2. Inzet van dit geding is een vordering van een besloten vennootschap tegen vier van haar in totaal vijf aandeelhouders. De vordering strekt ertoe dat een voorlopige voorziening ten behoeve van de vennootschap wordt getroffen met betrekking tot het stemrecht van de vier aandeelhouders in de aanstaande aandeelhoudersvergadering. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter is een besloten vennootschap bevoegd om een dergelijke vordering tegen haar aandeelhouders in te stellen, en bij gebreke van een specifieke rechtsgang kan die vordering worden ingesteld bij de civiele rechter in kort geding. Dat betekent dat Advantec Electronics in haar vordering wordt ontvangen.
3.3. Uitgangspunt moet zijn dat de voorzieningenrechter de vrijheid heeft de door de vennootschap gevorderde voorzieningen te treffen als zij dat in verband met de toestand van de vennootschap noodzakelijk acht, ook indien daarbij tijdelijk inbreuk wordt gemaakt op de geldende rechtsverhoudingen binnen de vennootschap. De beslissing tot het al dan niet treffen van de gevorderde voorziening is mede gebaseerd op een afweging van de betrokken belangen van partijen.
3.4. Met dit geding beoogt Advantec Electronics te voorkomen dat in de aanstaande aandeelhoudersvergadering drie nieuwe bestuursleden naast de huidige algemeen directeur worden benoemd, de algemeen directeur zijn zelfstandige vertegenwoordigingsbevoegdheid wordt ontnomen, de bestuurdersvergoeding op een lager bedrag wordt vastgesteld en de bestuurderstaken worden verdeeld. Uit de statuten van Advantec Electronics blijkt dat de aandeelhouders bevoegd zijn om (deze) onderwerpen te laten plaatsen op de agenda van de aandeelhoudersvergadering en dat de bestuurder het recht heeft om een advies te formuleren op het agendapunt inzake de bestuurdersbenoeming (van welk recht gebruik is gemaakt bij het schriftelijke advies van Voorvelt van 22 juli 2010). Verder is de algemene vergadering van aandeelhouders bevoegd het aantal bestuurders te bepalen, drie nieuwe bestuurders te benoemen, de titel van algemeen directeur aan een bestuurder te ontnemen en de beloning van de bestuurders vast te stellen. Deze besluiten kunnen bij gewone meerderheid van stemmen worden genomen. Aan de voorgenomen besluiten kleeft derhalve geen formeel gebrek, met dien verstande dat niet de aandeelhoudersvergadering maar de bestuurders zelf beslissen over de onderlinge verdeling van bestuurstaken.
3.5. Volgens Advantec Electronics strekken de voorgenomen besluiten tot omzeiling van de statutaire bepaling dat een besluit tot ontslag van bestuurder Voorvelt genomen moet worden met een gekwalificeerde meerderheid, en spannen de andere aandeelhouders samen om algemeen directeur Voorvelt te ontdoen van zijn huidige zeggenschap. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter strekken de voorstellen slechts tot een andere verdeling van bevoegdheden; ontslag van de huidige bestuurder is niet aan de orde. Samenspanning tegen Voorvelt en ontneming van diens huidige zeggenschap in de vennootschap zijn kwesties waartegen Voorvelt moet ageren, niet de vennootschap. Ten onrechte maakt Advantec Electronics in dit geding geen zuiver onderscheid tussen het vennootschapsbelang en het persoonlijke belang van Voorvelt als bestuurder, die Advantec Electronics in dit geding weliswaar vertegenwoordigt maar geen procespartij is.
3.6. De stelling van Advantec Electronics dat de beoogde benoeming van [gedaagde 2], [gedaagde 3] en [gedaagde 4] als bestuurders niet in het belang is van de vennootschap, acht de voorzieningenrechter prematuur en gebaseerd op onvoldoende onderbouwde verwachtingen. Een mogelijke verstrengeling van belangen als bestuurder van een vennootschap met andere persoonlijke belangen, betekent op zichzelf niet dat deze bestuurder niet geschikt is om als bestuurder te functioneren. Overigens constateert de voorzieningenrechter dat alle personen in dit dossier in meerdere hoedanigheden bij Advantec Electronics betrokken zijn, met inbegrip van algemeen directeur Voorvelt, die eigenaar is van een vennootschap waarvan Advantec Electronics bedrijfsruimte huurt. In dit licht lijkt de benoeming van meerdere bestuurders juist wenselijk. De door Advantec Electronics aangehaalde voorvallen in het verleden met [gedaagde 2], [gedaagde 3] en [gedaagde 4] als werknemers van de vennootschap zijn onvoldoende om op voorhand het oordeel te kunnen rechtvaardigen dat deze werknemers naar objectieve maatstaven gemeten geen goede bestuurders van de vennootschap kunnen zijn. Hetzelfde geldt voor het gestelde gebrek aan bestuurlijke ervaring, welk gebrek bovendien gemotiveerd wordt weersproken. Dat de besloten vennootschap vier bestuurders krijgt, acht de voorzieningenrechter op voorhand geen probleem nu partijen ter zitting hebben gesteld dat Voorvelt, [gedaagde 2], [gedaagde 3] en [gedaagde 4] feitelijk reeds zelfstandige taken hebben en de samenwerking tussen hen als bestuurders op dezelfde wijze zou kunnen worden voortgezet. Dat betekent tevens dat een vierkoppig bestuur op zichzelf geen gevolgen heeft voor de omzet van de onderneming.
3.7. Afweging van de belangen van partijen geeft de voorzieningenrechter evenmin aanleiding de gevorderde voorlopige voorziening te treffen. Schorsing van het stemrecht van aandeelhouders is een ingrijpende maatregel en Advantec Electronics heeft onvoldoende gesteld om deze maatregel te rechtvaardigen, ook indien deze voorziening slechts voor een periode van drie maanden wordt getroffen. In die periode van drie maanden wil Advantec Electronics gedaagden bewegen tot mediation met Voorvelt. Ter zitting is gebleken dat gedaagden daartoe niet bereid zijn. Gedaagden zijn wel bereid om de aandelen van Voorvelt tegen een redelijke prijs over te nemen, maar dat staat los van de voorstellen die de inzet zijn van dit geding. Bij de belangenafweging weegt de voorzieningenrechter ook mee dat Advantec Electronics rechtsmiddelen heeft indien en nadat de voorgenomen besluiten zijn genomen.
3.8. Gelet op voorgaande overwegingen zal de vordering worden afgewezen. Als de in het ongelijk te stellen partij zal Advantec Electronics worden veroordeeld in de kosten van gedaagden. Deze proceskosten worden begroot op € 263,- aan griffierecht en een bedrag van € 816,- aan salaris van de advocaat.
4. De beslissing
De voorzieningenrechter:
wijst de vordering af;
veroordeelt eiseres in de proceskosten van gedaagden, tot op heden begroot op een bedrag van EUR 1.079,-;
verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. Vincent en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier mr. De Baar op 30 augustus 2010.