ECLI:NL:RBBRE:2010:BM6984
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot ontheffing van executeurs in nalatenschapszaak
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Breda op 7 juni 2010, hebben verzoekers, erfgenamen van de overleden erflaatster, een verzoek ingediend om de executeurs van hun taak te ontheffen en een onafhankelijk persoon aan te stellen voor de afhandeling van de nalatenschap. De verzoekers stelden dat de executeurs niet voldeden aan hun verzoek om inzage in de financiële administratie van de erflaatster over een periode van jaren vóór haar overlijden. De executeurs hadden echter geweigerd om mee te werken aan mediation en gaven aan dat de nalatenschap een positief saldo kende. De kantonrechter oordeelde dat het enkele feit dat de executeurs niet aan de wensen van de verzoekers voldeden, niet voldoende was om hen te ontslaan van hun taak. De rechter concludeerde dat er geen gewichtige redenen waren om de executeurs te ontheffen, aangezien zij hun taak naar behoren uitoefenden en de nalatenschap correct beheerden.
Daarnaast werd het verzoek om de termijn van beraad opnieuw te verlengen afgewezen. De kantonrechter stelde vast dat de verzoekers voldoende informatie hadden ontvangen om te beslissen of zij de nalatenschap wilden aanvaarden of verwerpen. Het geschil tussen de verzoekers en de executeurs betrof voornamelijk de financiële administratie van de erflaatster en niet de nalatenschap zelf. De rechter benadrukte dat de verzoekers de mogelijkheid hadden om de nalatenschap beneficiair te aanvaarden, wat hen zou beschermen tegen eventuele schulden. De beslissing van de kantonrechter was dat de verzoeken van de verzoekers werden afgewezen, en dat iedere partij de eigen kosten van de procedure diende te dragen.