ECLI:NL:RBBRE:2009:BL0563
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting tijdens schorsing kenteken
In deze zaak heeft de Rechtbank Breda op 30 december 2009 uitspraak gedaan in een geschil over een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting. De belanghebbende had zijn auto op de openbare weg geparkeerd terwijl het kenteken was geschorst. De inspecteur van de Belastingdienst legde een naheffingsaanslag op voor de periode van 27 mei 2008 tot en met 15 januari 2009, inclusief een boete. De rechtbank oordeelde dat de naheffingsaanslag niet over de volledige periode kon worden opgelegd, omdat vaststond dat de belanghebbende in de periode van 27 mei 2008 tot en met 23 oktober 2008 geen gebruik had gemaakt van de openbare weg. De rechtbank baseerde haar oordeel op een arrest van de Hoge Raad van 5 oktober 2001, waarin werd gesteld dat de naheffingsaanslag beperkt moest worden tot de periode waarin daadwerkelijk gebruik was gemaakt van de weg. De rechtbank verklaarde het beroep van de belanghebbende gegrond, vernietigde de uitspraken op bezwaar, en verminderde zowel de naheffingsaanslag als de boete tot € 123. Tevens werd de inspecteur gelast het griffierecht van € 41 aan de belanghebbende te vergoeden. De rechtbank concludeerde dat de boete van 100% passend was, maar dat de naheffingsaanslag enkel voor de periode vanaf 24 oktober 2008 kon worden opgelegd. De uitspraak is onherroepelijk indien binnen zes weken na verzending geen rechtsmiddel is aangewend.