ECLI:NL:RBBRE:2009:BJ3353

Rechtbank Breda

Datum uitspraak
22 juli 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
545134 az 09-150
Instantie
Rechtbank Breda
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding arbeidsovereenkomst op basis van bedrijfseconomische omstandigheden en toepassing van het afspiegelingsbeginsel

In deze zaak verzoekt de werkgever, Supertape B.V., de ontbinding van de arbeidsovereenkomst met de werknemer, [verweerder], op basis van bedrijfseconomische omstandigheden. De werknemer verzet zich tegen dit verzoek en stelt dat de werkgever het afspiegelingsbeginsel onjuist heeft toegepast tijdens de reorganisatie. De kantonrechter oordeelt dat, hoewel er sprake is van twee besloten vennootschappen, deze in het kader van het Ontslagbesluit als één bedrijfsvestiging moeten worden beschouwd. Dit komt omdat de splitsing zich enkel beperkt tot de salesactiviteiten, terwijl de overige afdelingen gecentraliseerd zijn. Hierdoor is het afspiegelingsbeginsel op de juiste wijze toegepast door een andere werknemer op de nieuw te creëren functie te plaatsen.

De afdeling Sales Benelux was echter niet betrokken bij de reorganisatie, omdat deze afdeling eerder was gereorganiseerd. De kantonrechter oordeelt dat de werkgever bij deze eerdere reorganisatie had moeten voorzien dat er op korte termijn meerdere functies zouden komen te vervallen. Door meerdere reorganisaties kort achter elkaar door te voeren, heeft de werkgever geen rekening gehouden met de beleidsregels van het CWI omtrent de uitwisselbaarheid van functies. Dit heeft geleid tot een onjuist herplaatsingsbeleid en het negeren van het afspiegelingsbeginsel.

De kantonrechter concludeert dat er onvoldoende bewijs is dat er geen andere passende functie voor de werknemer beschikbaar zou zijn. Daarom is er geen reden om de arbeidsovereenkomst te ontbinden. Het verzoek van Supertape wordt afgewezen, en de werkgever wordt veroordeeld in de proceskosten van de werknemer, die zijn gemachtigde heeft moeten betalen. De uitspraak is gedaan door kantonrechter W.E.M. Verjans op 22 juli 2009.

Uitspraak

RECHTBANK BREDA
Sector kanton
Locatie Bergen op Zoom
zaak/rolnr.: 545134 AZ VERZ 09-150
beschikking d.d. 22 juli 2009
inzake
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid SUPERTAPE B.V.,
gevestigd te Etten-Leur,
verzoekende partij,
gemachtigde: mr. M.S.J. Top, advocaat te Amsterdam,
tegen:
[verweerder],
wonende te Waalwijk,
verwerende partij,
gemachtigde: mw.mr. M.B.M.C. van den Berg, advocaat te Tilburg.
Partijen zullen verder worden aangeduid als “Supertape” respectievelijk “[verweerder]”.
1. Het verloop van het geding
Dit blijkt uit de volgende stukken:
1.1 het op 18 mei 2009 ter griffie ontvangen verzoekschrift, met producties;
1.2 het daarop ontvangen verweerschrift;
1.3 het faxbericht van mr. Top van 7 juli 2009, met producties;
1.4 de aantekeningen van de griffier ter gelegenheid van de mondelinge behandeling, gehouden op 8 juli 2009, waarbij namens Supertape aanwezig waren dhr. [N.] en mw. [S.], respectievelijk directeur en hoofd P&O, bijgestaan door mr. Top, en [verweerder], vergezeld van zijn echtgenote en bijgestaan door mr. Van den Berg.
De inhoud van deze stukken, alsmede van de ter zitting door mr. Top overgelegde pleitaantekeningen, geldt als hier ingelast. Op die inhoud, en hetgeen overigens door partijen is aangevoerd, wordt, voor zover nodig, hierna teruggekomen.
2. Inleiding
Supertape heeft verzocht de arbeidsovereenkomst met [verweerder] te ontbinden, op grond van een gewichtige reden, bestaande uit bedrijfseconomische omstandigheden.
[verweerder] heeft zich primair verzet tegen ontbinding van de arbeidsovereenkomst en subsidiair verzocht, bij ontbinding een vergoeding aan hem toe te kennen van € 41.305,82 bruto.
3. De beoordeling
3.1 Tussen partijen staat als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende weerspro-ken, alsmede op grond van de niet bestreden inhoud van de producties, het volgende vast:
- de thans 41-jarige [verweerder] is sinds 1 februari 2003 in dienst van Supertape in de functie van Sales Manager Export Supertape bv tegen een salaris van laatstelijk € 5.884,02, exclusief vakantietoeslag;
- eind 2007 is de organisatie van Supertape verdeeld in twee organisaties: Supertape b.v. en Supertape Packaging b.v.; [verweerder] is werkzaam bij Supertape b.v.;
- Supertape heeft vanwege tegenvallende financiële resultaten besloten te reorganiseren, welke reorganisatie is goedgekeurd door haar ondernemingsraad en door vanuit de branche betrokken vakbonden, hetgeen geresulteerd heeft in een Sociaal Plan, dat is aangemeld bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, waar het is ontvangen en daarmee de status van CAO heeft gekregen;
- door de reorganisatie komen drie van de Sales Export functies te vervallen en ontstaat er één nieuwe Sales Export functie;
- naast deze drie vervallen functies bestaat er nog één Sales Export functie, deel uitmakend van het onderdeel Sales Benelux;
- artikel 4:2 lid 1 van het Ontslagbesluit luidt, voor zover hier van belang: “Voor zover het bij de te vervallen arbeidsplaatsen om uitwisselbare functies gaat, worden per leeftijdsgroep binnen een categorie uitwisselbare functies van de bedrijfsvestiging (…);
- volgens de toelichting op het Ontslagbesluit wordt onder bedrijfsvestiging in beginsel verstaan: “Elk in de maatschappij als zelfstandige eenheid optredend organisatorisch verband”.
3.2 Supertape legt aan haar verzoek de reorganisatie ten grondslag. Zij stelt dat de functie van [verweerder] door deze reorganisatie is komen te vervallen en dat op de nieuw ontstane functie de Sales Manager, genaamd Van Osta, is geplaatst, die de meeste allround sales ervaring en kennis van het totale productenpakket heeft en die bovendien het langst in dienst is, namelijk 30 jaar. Een andere functie voor [verweerder] is niet beschikbaar. Supertape stelt voorts dat het onderdeel Sales Benelux geen deel uitmaakt van de reorganisatie, omdat dit reeds aan het einde van het jaar 2008 is gereorganiseerd. Voor zover geoordeeld zou worden dat deze afdeling mee had moeten worden genomen in de thans aan de orde zijnde reorganisatie is de functie van Sales Export Benelux niet uitwisselbaar met die van [verweerder], aldus Supertape. Supertape biedt [verweerder] een ontbindingsvergoeding conform het Sociaal Plan van € 24.783,49.
3.3 [verweerder] verweert zich tegen het ontbindingsverzoek. Hij voert enerzijds aan dat de reorganisatie twee aparte bedrijfsvestigingen betreft en dat de nieuw ontstane functie zich binnen Supertape b.v. zal blijven bevinden, zodat hij degene is die op die functie benoemd had behoren te worden. Van Osta is immers afkomstig van Supertape Packaging b.v.
Anderzijds voert [verweerder] aan dat ook de afdeling Sales Benelux bij de reorganisatie had dienen te worden betrokken en dat zijn functie uitwisselbaar is met de functie van Sales Manager binnen die afdeling. De werknemer die deze functie bekleedt, Van Leuven, is korter in dienst dan hij en valt binnen dezelfde leeftijdscategorie tegen een vergelijkbare beloning. Voor zover er verschillen zouden zijn, en dat geldt volgens [verweerder] eveneens voor de nieuw ontstane functie, zouden die in een korte periode door hem eigengemaakt kunnen worden. Volgens [verweerder] is door Supertape het afspiegelingsbeginsel derhalve niet op de juiste wijze toegepast. [verweerder] heeft voorts nog aangevoerd dat bij de totstandkoming van het Sociaal Plan onvoldoende representatieve vakorganisaties zijn betrokken.
3.4 De kantonrechter overweegt als volgt.
Op grond van hetgeen door partijen over en weer is gesteld, is voor de kantonrechter voldoende vast komen te staan, dat het ontbindingsverzoek geen verband houdt met één der opzegverboden, genoemd in artikel 7: 685 van het Burgerlijk Wetboek.
3.5 Niet weersproken is dat Supertape genoodzaakt is de onderhavige reorganisatie door te voeren zodat de noodzaak als zodanig slechts een marginale toetsing behoeft. De overgelegde stukken ondersteunen de gestelde noodzaak, zodat die voldoende aannemelijk is gemaakt.
3.6 Hoewel er sprake is van twee b.v.’s, moeten deze naar het oordeel van de kantonrechter in het kader van het Ontslagbesluit worden beschouwd als één bedrijfsvestiging, nu de splitsing zich beperkt tot de salesactiviteiten en voor het overige zijn gecentraliseerd. Van twee, in organisatorisch verband apart opererende, zelfstandige eenheden is dan ook geen sprake. Gelet op het afspiegelingsbeginsel dienen daarom de Sales functies van beide b.v.’s te worden betrokken. Als gevolg hiervan kon Supertape op de door haar genoemde -terechte- gronden, de eerdergenoemde Van Osta herplaatsen op de nieuw ontstane functie. Voor zover [verweerder] betoogd heeft dat hij op deze nieuwe functie had dienen te worden geplaatst, wordt dat betoog dan ook verworpen.
3.7 Uit het door Supertape overgelegde organogram blijkt dat zowel de Sales Export waar [verweerder] werkzaam was, als de Sales Benelux, rechtstreeks onder de Supertape Holding vallen. Gesteld noch gebleken is dat deze afdeling niet tot de onderhavige bedrijfsvestiging behoort. Sales Benelux is volgens Supertape echter niet bij de reorganisatie betrokken, omdat hier in 2008 reeds is gereorganiseerd, waardoor op deze afdeling geen functies behoefden te worden afgebouwd. Gelet op het afspiegelingsbeginsel kan deze redenering niet worden gevolgd. Voor zover het juist is dat genoemde afdeling in 2008 is gereorganiseerd, had Supertape toen al moeten voorzien dat op korte termijn meerdere functies zouden komen te vervallen. Door kort na elkaar meerdere reorganisaties door te voeren, op verschillende afdelingen, heeft Supertape geen rekening gehouden met de beleidsregels van het CWI omtrent de uitwisselbaarheid van functies, waardoor het afspiegelingsbeginsel wordt genegeerd en een onjuist herplaatsingsbeleid wordt gevoerd. Als gevolg hiervan moet worden geoordeeld dat Supertape het afspiegelingsbeginsel op onjuiste wijze heeft gehanteerd.
Volgens Supertape zou dit echter geen verschil maken omdat de functies van de Sales Manager Benelux en die van [verweerder] niet wederzijds uitwisselbaar zouden zijn, onder andere vanwege de specifiek benodigde kennis op beide functies. Bij het bepalen van de uitwisselbaarheid moet echter een zekere overdrachtsperiode worden ingecalculeerd die benodigd is om in de andere functie ingewerkt te raken. Gelet op het verweer van [verweerder] dienaangaande kan thans niet worden geoordeeld dat de hier bedoelde functies niet onderling uitwisselbaar zouden zijn. Er moet derhalve worden geoordeeld dat onvoldoende gebleken is dat er geen andere passende functie voor [verweerder] binnen Supertape voor handen is.
Onder deze omstandigheden is er geen reden de arbeidsovereenkomst met [verweerder] te ontbinden, zodat het verzoek dient te worden afgewezen.
3.8 Gelet op het bovenstaande behoeft het verweer van [verweerder], voor zover dit zich richt tegen de totstandkoming van Sociaal Plan, geen verdere bespreking, temeer nu dit is gevoerd met betrekking tot een eventuele ontbindingsvergoeding, die thans dus niet aan de orde komt.
4. De proceskosten
Als de in het ongelijk te stellen partij zal Supertape in de aan de zijde van [verweerder] gevallen proceskosten worden veroordeeld.
5. De beslissing
De kantonrechter:
wijst het verzoek van Supertape af;
veroordeelt Supertape in de kosten van de procedure aan de zijde van [verweerder] gevallen en tot op heden begroot op
€ 400,00, zijnde het salaris voor de gemachtigde van [verweerder].
Aldus gegeven door mr. W.E.M. Verjans, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 22 juli 2009 in tegenwoordigheid van de griffier.