ECLI:NL:RBBRE:2008:BC8335
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. van Kralingen
- A. Tempelaar
- J. Woudstra
- Rechtspraak.nl
Poging tot zware mishandeling met ijzeren pijp in Kaatsheuvel
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Breda op 27 maart 2008, stond de verdachte terecht voor poging tot zware mishandeling. De feiten vonden plaats op 5 december 2007 in Kaatsheuvel, waar de verdachte, na een dreigend telefoontje van het slachtoffer, besloot om met een ijzeren pijp naar de afspraak te gaan. De officier van justitie vorderde ontslag van rechtsvervolging op basis van psychische overmacht, terwijl de verdediging een beroep deed op noodweerexces. De rechtbank verwierp beide argumenten en oordeelde dat de verdachte strafbaar was. De rechtbank achtte bewezen dat de verdachte het slachtoffer met de ijzeren pijp op het hoofd en de benen had geslagen, wat leidde tot letsel. De rechtbank legde een gevangenisstraf op van 16 dagen, gelijk aan de tijd die de verdachte al in voorarrest had doorgebracht. De rechtbank oordeelde dat de ernst van het feit, in combinatie met de omstandigheden waaronder het was gepleegd, een onvoorwaardelijke gevangenisstraf rechtvaardigde, maar hield rekening met de achtergrond van de zaak, waaronder de stalking door het slachtoffer. De rechtbank besloot ook dat het in beslag genomen voorwerp, de ijzeren pijp, onttrokken moest worden aan het verkeer. De vordering tot tenuitvoerlegging van een eerdere voorwaardelijke straf werd afgewezen.