ECLI:NL:RBBRE:2008:BC4627
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. de Bruijn
- A. Alferink
- J. van den Hombergh
- Rechtspraak.nl
Oplichting door misbruik van vertrouwen en vrijgevigheid voor plastische chirurgie
In deze zaak heeft de rechtbank Breda op 12 februari 2008 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van oplichting. De verdachte had van een slachtoffer een bedrag van € 42.200,- ontvangen onder het voorwendsel dat dit geld nodig was voor plastische chirurgie. De rechtbank oordeelde dat de verdachte het geld niet voor het beoogde doel had gebruikt, maar voor andere doeleinden, waaronder casinobezoeken en de aankoop van een plasma tv. De verdachte had het slachtoffer, dat als kwetsbaar werd beschouwd, misleid door te stellen dat zij als hoofd van een afdeling in een ziekenhuis werkte en dat zij afspraken had gemaakt met klinieken voor de operaties. De rechtbank achtte bewezen dat de verdachte door een listige kunstgreep het slachtoffer had bewogen tot de afgifte van het geld. De verdediging had vrijspraak bepleit, maar de rechtbank oordeelde dat er geen feiten of omstandigheden waren die de strafbaarheid van de verdachte uitsloten. De rechtbank legde een werkstraf van 80 uur op, alsook een voorwaardelijke gevangenisstraf van 2 weken met een proeftijd van 2 jaar. Daarnaast werd de verdachte veroordeeld tot betaling van € 17.700,- aan de benadeelde partij, vermeerderd met wettelijke rente. De rechtbank hield rekening met het feit dat de verdachte niet eerder met justitie in aanraking was geweest, maar vond het bijzonder kwalijk dat zij geen berouw toonde voor haar daden.