ECLI:NL:RBBRE:2007:BC1344

Rechtbank Breda

Datum uitspraak
6 december 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
465015 MB 07-304
Instantie
Rechtbank Breda
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tijdigheid van beroep bij de officier van justitie in bestuursrechtelijke zaken

Op 6 december 2007 vond de mondelinge behandeling plaats in de Rechtbank Breda, sector kanton, locatie Bergen op Zoom, waar de kantonrechter, mr. W.E.M. Verjans, de zaak behandelde. Het beroep was ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie met betrekking tot een administratieve sanctie, waarbij de betrokkene niet ter zitting verscheen. De officier van justitie, vertegenwoordigd door mr. L. de Goede, had het beroep niet-ontvankelijk verklaard, omdat hij meende dat het beroep niet tijdig was ingesteld. De kantonrechter onderzocht de tijdigheid van het beroepschrift, dat door de betrokkene op 20 mei 2007 was ingediend. De termijn voor het indienen van beroep bij de officier van justitie eindigde op 23 mei 2007. De officier van justitie ontving het beroepschrift echter pas op 24 mei 2007.

De kantonrechter oordeelde dat, hoewel er geen poststempel op de envelop aanwezig was, het beroepschrift binnen een week na afloop van de termijn was ontvangen. Volgens artikel 6:9 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is een beroepschrift tijdig ingediend indien het voor het einde van de termijn is ontvangen of, bij verzending per post, indien het voor het einde van de termijn ter post is bezorgd. De kantonrechter was van mening dat de officier van justitie het beroep ten onrechte niet-ontvankelijk had verklaard.

De beslissing van de kantonrechter was dat het beroep gegrond werd verklaard, de bestreden beslissing van de officier van justitie werd vernietigd, en de officier van justitie werd opgedragen het bedrag van de zekerheidstelling van € 130,= aan de betrokkene terug te betalen. De betrokkene werd geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof te Leeuwarden, onder bepaalde voorwaarden.

Uitspraak

RECHTBANK BREDA
sector kanton
locatie Bergen op Zoom
zaaknummer : 465015 MB 07-304
CJIB-nummer : [nummer]
uitspraak : 6 december 2007
Op de in het openbaar gehouden zitting van 6 december 2007 is mr. W.E.M. Verjans, kantonrechter, bijgestaan door A.E.M. van Holsteijn, als griffier, overgegaan tot de mondelinge behandeling van het beroep dat is ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie met bovengenoemd CJIB-nummer. Het beroepschrift is ingediend door:
naam : [betrokkene],
adres : [adres]
plaats : [woonplaats]
Betrokkene is, na voorafgaande kennisgeving, niet ter zitting verschenen.
Namens de officier van justitie is verschenen mr. L. de Goede.
Van het verhandelde ter zitting is door de griffier aantekening gehouden, welke aantekeningen worden geacht deel uit te maken van dit proces-verbaal.
Betrokkene heeft beroep ingesteld en daartoe aangevoerd hetgeen in het beroepschrift - dat zich bij de stukken van het geding bevindt - is vermeld.
De officier van justitie heeft in overweging gegeven het beroep ongegrond te verklaren, nu hij meent dat het beroep bij de officier van justitie niet tijdig is ingesteld.
De beoordeling
De kantonrechter heeft vervolgens op grond van de navolgende overwegingen een beslissing genomen, welke beslissing is uitgesproken ter openbare terechtzitting.
Het beroep bij de kantonrechter is ontvankelijk omdat het tijdig is ingesteld en er zekerheid is gesteld voor de betaling van de sanctie.
Met betrekking tot de gerezen vraag of het beroep bij de officier van justitie wel tijdig is ingesteld heeft betrokkene verklaard dat hij het beroepschrift op 20 mei 2007 heeft ingediend.
Voor het instellen van beroep bij de officier van justitie geldt de in artikel 6:7 Algemene wet bestuursrecht voorziene termijn van zes weken na verzending van de beschikking waarbij de administratieve sanctie aan betrokkene is opgelegd. Die termijn eindigde in dit geval op 23 mei 2007. De officier van justitie heeft het beroepschrift van betrokkene echter eerst op 24 mei 2007 ontvangen. Artikel 6:9 van de Awb bepaalt dat een bezwaar- of beroepschrift tijdig is ingediend indien het voor het einde van de termijn is ontvangen of bij verzending per post indien het voor het einde van de termijn ter post is bezorgd, mits het niet later dan een week na afloop van de termijn is ontvangen.
De kantonrechter is van oordeel nu een poststempel op de envelop ontbreekt, maar het beroepschrift binnen een week na afloop van de termijn is ontvangen, het beroepschrift als tijdig ingediend dient te worden beschouwd. De kantonrechter is er voorts niet van overtuigd dat alle post bij binnenkomst bij het CVOM dezelfde dag wordt afgestempeld.
De officier van justitie heeft het beroep derhalve ten onrechte niet-ontvankelijk verklaard.
Het voorgaande betekent dat het beroep gegrond dient te worden verklaard en de bestreden beslissing dient te worden vernietigd.
De gestelde zekerheid dient aan betrokkene te worden terugbetaald als hierna bepaald.
De beslissing
De kantonrechter:
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt de bestreden beslissing van de officier van justitie;
- draagt de officier van justitie op het bedrag van de zekerheidstelling ter hoogte van € 130,= aan betrokkene terug te betalen.
Waarvan proces-verbaal,
de griffier, de kantonrechter,
Bent u het met de beslissing op uw beroep niet eens, dan kunt u binnen zes weken na de hieronder vermelde datum van toezending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof te Leeuwarden, doch alleen indien:
a. de bij deze beslissing opgelegde administratieve sanctie meer dan € 70,00 bedraagt, of
b. het beroep niet-ontvankelijk is verklaard omdat de zekerheid niet (tijdig) is gesteld.
Het beroepschrift moet worden ingediend bij de rechtbank Breda, sector kanton, locatie Bergen op Zoom, postbus 118, 4600 AC Bergen op Zoom en dient door degene die bij de sector kanton beroep heeft ingesteld of door zijn gemachtigde te zijn ondertekend.
De procedure bij het gerechtshof verloopt geheel schriftelijk, tenzij in het beroepschrift uitdrukkelijk om een zitting wordt gevraagd waarop u uw standpunt mondeling wilt toelichten.
Datum toezending beslissing: