ECLI:NL:RBBRE:2007:BA8590
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bezwaarschrift omzetting taakstraf en vordering tenuitvoerlegging jeugddetentie
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Breda op 28 juni 2007, betreft het een bezwaarschrift van [betrokkene] tegen de omzetting van een taakstraf. De zaak is ontstaan na een vonnis van de kantonrechter te Bergen op Zoom, waarbij aan [betrokkene] een leerstraf van 60 uren was opgelegd. De Officier van Justitie had een vordering tot tenuitvoerlegging van jeugddetentie ingediend, omdat [betrokkene] niet had gereageerd op correspondentie en niet bereikbaar was. [betrokkene] verklaarde dat hij in het buitenland was en had geprobeerd contact op te nemen.
Tijdens de zitting werd [betrokkene] bijgestaan door zijn gemachtigde, Mr. J.J.B. Brits, en zijn moeder was ook aanwezig. De kantonrechter oordeelde dat het bezwaarschrift gegrond was, vooral vanwege de nieuwe omstandigheid dat [betrokkene] inmiddels een vaste baan had gevonden. De kantonrechter besloot dat [betrokkene] een allerlaatste kans moest krijgen om de werkstraf van 30 uren te volbrengen, ondanks de eerdere problemen met de uitvoering van de taakstraf.
De beslissing werd genomen in het belang van [betrokkene] en zijn werk, waarbij de kantonrechter de vordering tot tenuitvoerlegging van de jeugddetentie op goede gronden vond, maar ook het belang van de werkgelegenheid van [betrokkene] in overweging nam. De uitspraak werd gedaan door mr. W.E.M. Verjans, kantonrechter, in aanwezigheid van de griffier.