ECLI:NL:RBBRE:2007:BA5907
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bindend advies van Geschillencommissie Wonen en de toetsing aan redelijkheid en billijkheid
In deze zaak, die voor de Rechtbank Breda is behandeld, betreft het een geschil tussen eiseres, handelend onder de naam LDF, en gedaagden, [R] en [B], over een bindend advies van de Geschillencommissie Wonen. De eiseres had zich verplicht tot het renoveren van de keuken van gedaagden en het leveren van een nieuwe kastenwand, waarvoor gedaagden een aanbetaling van € 851,00 hadden gedaan. Na een geschil over de uitvoering van de overeenkomst, hebben partijen besloten het geschil voor te leggen aan de Geschillencommissie Wonen, die op 20 september 2006 een bindend advies heeft gegeven. Dit advies hield in dat eiseres een bedrag van € 5.910,00 aan gedaagden diende te vergoeden, met een verdere uitwerking van de kosten en vergoedingen.
Eiseres heeft de beslissing van de commissie betwist en de kantonrechter verzocht om de uitspraak ter toetsing voor te leggen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat eiseres tijdig de uitspraak ter toetsing heeft voorgelegd en dat zij ontvankelijk is in haar vordering. Gedaagden hebben echter betoogd dat het bindend advies een soort vaststellingsovereenkomst is en dat de rechter terughoudend moet zijn in zijn toetsing. De kantonrechter heeft overwogen dat de commissie op basis van de door partijen aangeleverde gegevens heeft beslist en dat er geen sprake is van ernstige gebreken die de bindendheid van het advies in de weg staan. De kantonrechter heeft uiteindelijk de vordering van eiseres afgewezen en haar veroordeeld in de kosten van het geding.
De uitspraak benadrukt de rol van bindende adviezen en de voorwaarden waaronder deze kunnen worden aangevochten, met specifieke verwijzingen naar de relevante artikelen in het Burgerlijk Wetboek.