ECLI:NL:RBBRE:2007:BA3975
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. de Bruijn
- A. Alferink
- J. Struijs
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zaak van seksuele handelingen met minderjarige
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Breda op 27 april 2007, stond de verdachte terecht voor het plegen van ontuchtige handelingen met een dertienjarig meisje, hierna aangeduid als het slachtoffer. Het slachtoffer verliet op 17 juni 2006 haar huis zonder toestemming van haar ouders en kwam in contact met een groep jongens, waarvan de meeste haar onbekend waren. Na enige tijd vroeg zij de jongens om met haar naar huis te gaan, waar zij hen binnenliet. In de woning vonden verschillende seksuele handelingen plaats, waarbij het slachtoffer door meerdere jongens werd benaderd en seksuele handelingen onderging, waaronder vaginale en orale seks. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, hoewel hij deel uitmaakte van de groep jongens, zelf geen seksuele handelingen heeft verricht met het slachtoffer en ook geen wezenlijke bijdrage heeft geleverd aan de handelingen van de andere jongens. De rechtbank oordeelde dat er geen sprake was van een nauwe en bewuste samenwerking, en dat het enkele feit dat de verdachte zich niet heeft gedistantieerd van de situatie onvoldoende was voor een veroordeling. De verdachte werd daarom vrijgesproken van alle tenlastegelegde feiten. Daarnaast werd de benadeelde partij, het slachtoffer, niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering tot schadevergoeding, aangezien de verdachte was vrijgesproken van het feit waaruit de schade zou zijn ontstaan. De rechtbank heeft ook de vordering van een andere benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard, omdat deze niet was ten laste gelegd. Het vonnis werd uitgesproken in een openbare terechtzitting.