ECLI:NL:RBBRE:2007:AZ8086

• Datum uitspraak: 4 januari 2007
• Publicatiedatum: 5 april 2013
• Zaaknummer: 418879 MB 06-145
• Instantie: Rechtbank Breda
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Strafrecht
• Procedures: Eerste aanleg - enkelvoudig
• Rechters: W.E.M. Verjans; J. Visser
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Beroep tegen sanctie wegens snelheidsovertreding ongegrond verklaard

Op 4 januari 2007 heeft de kantonrechter mr. W.E.M. Verjans uitspraak gedaan in een beroepszaak betreffende een opgelegde sanctie voor een snelheidsovertreding. De betrokkene, die in persoon procedeerde, had een boete gekregen voor het rijden 14 kilometer per uur te hard. Tijdens de zitting was de betrokkene niet aanwezig, ondanks dat zij behoorlijk was opgeroepen. De vertegenwoordiger van het Openbaar Ministerie, mr. J. Visser, was wel aanwezig en heeft de motivering van de beslissing van de officier van justitie verder toegelicht.

De betrokkene voerde als verontschuldiging aan dat haar auto een slecht draaiende motor had, waardoor zij gedwongen was om harder te rijden dan toegestaan. De kantonrechter oordeelde echter dat deze verklaring ongeloofwaardig was, aangezien er geen feiten of omstandigheden waren die de snelheidsovertreding konden rechtvaardigen. De kantonrechter concludeerde dat de betrokkene geen reden had om harder dan 50 kilometer per uur te rijden en volgde de conclusie van het Openbaar Ministerie om het beroep ongegrond te verklaren.

Aangezien de opgelegde sanctie minder dan € 70,00 bedroeg, was het instellen van hoger beroep tegen deze beslissing niet mogelijk volgens de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv). De uitspraak werd op 4 januari 2007 gedaan en de beslissing werd als volgt geformuleerd: het beroep wordt ongegrond verklaard.

Uitspraak

Rechtbank Breda

Sector kanton Bergen op Zoom

PROCES-VERBAAL TERECHTZITTING, TEVENS

HOUDEND AANTEKENING MONDELINGE UITSPRAAK

Kantonnummer: 418879 MB VERZ 06-145

CJIB-nummer : 87986547

Uitspraak van de kantonrechter mr. W.E.M. Verjans van 4 januari 2007 op het beroepschrift ex artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv) van:

naam : [betrokkene]

geboren : [datum]

adres : [adres]

procederende in persoon.

Het beroep is behandeld ter openbare terechtzitting van donderdag 4 januari 2007, waarbij het Openbaar Ministerie (OM) werd vertegenwoordigd door mr. J. Visser. Betrokkene is, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet ter zitting verschenen. Van het verhandelde ter zitting is door de griffier aantekening gehouden.

SANCTIEGEGEVENS

Betrokkene is de sanctie opgelegd ter zake de gedraging als vermeld en nader omschreven in het zaakoverzicht van 7 maart 2006, dat deel uitmaakt van het dossier, dat door betrokkene kon worden ingezien.

BEOORDELING

Betrokkene is tijdig tegen de beslissing van de officier van justitie in beroep gekomen, zodat zij daarin kan worden ontvangen.

De inhoud van de processtukken, bezien in samenhang met wat tijdens de mondelinge behandeling ter zitting is gebleken, leidt tot het volgende oordeel.

Voor de kantonrechter is voldoende komen vast te staan dat de verweten gedraging is verricht. Aan betrokkene is een sanctie opgelegd omdat zij -gecorrigeerd- 14 kilometer per uur te hard heeft gereden. Betrokkene heeft die snelheidsovertreding op zich niet betwist. Als verontschuldiging daarvoor heeft betrokkene aangevoerd een slecht draaiende motor van haar auto. Daardoor was betrokkene gedwongen de motor op toeren te houden en sneller dan toegestaan te rijden, dit om het overige verkeer niet in gevaar te brengen. De vertegenwoordigster van het OM heeft ter zitting de motivering van de beslissing van de officier van justitie aangevuld in die zin dat betrokkene geen reden had om harder dan 50 kilometer per uur te rijden. Zij concludeert tot ongegrondverklaring van het beroep van betrokkene. Evenals de vertegenwoordigster van het OM acht de kantonrechter het ongeloofwaardig dat betrokkene op de wijze als door haar aangegeven de motor van haar auto draaiend moest houden. Nu er voor het overige geen feiten en/of omstandigheden zijn gebleken, die een lager sanctiebedrag rechtvaardigen, zal de kantonrechter de vertegenwoordigster van het OM volgen en het beroep van betrokkene ongegrond verklaren.

BESLISSING

Verklaart het beroep ongegrond.

De kantonrechter,

Verzonden op:

Aangezien de opgelegde initiële sanctie niet een bedrag van meer dan € 70,00 bedraagt, is ingevolge de Wahv het instellen van hoger beroep tegen deze beslissing niet mogelijk.