ECLI:NL:RBBRE:2006:AZ6243
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J. van Oijen
- Rechtspraak.nl
Machtiging tot voortzetting inbewaringstelling krachtens de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen
Op 12 december 2006 heeft de Rechtbank Breda uitspraak gedaan in een zaak betreffende de machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling van een betrokkene, die op 7 december 2006 was opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis op basis van een beschikking van de burgemeester van Tilburg. De rechtbank heeft het verzoek tot voortzetting van de inbewaringstelling beoordeeld aan de hand van de ingediende stukken en het gehouden verhoor. De rechtbank concludeert dat er een ernstig vermoeden bestaat dat de betrokkene gestoord is in zijn geestvermogens en dat deze stoornis gevaar kan veroorzaken. Echter, er is niet aangetoond dat dit gevaar niet door tussenkomst van personen of instellingen buiten een psychiatrisch ziekenhuis kan worden afgewend. Er is geen onmiddellijk dreigend gevaar vastgesteld, en de rechtbank heeft geconstateerd dat er kennelijk oneigenlijk gebruik is gemaakt van de procedure tot inbewaringstelling. De geneeskundige verklaring die aan de inbewaringstelling ten grondslag ligt, is opgemaakt zonder dat het geneeskundig onderzoek op dat moment heeft plaatsgevonden. Bovendien is de lastgeving door de burgemeester niet correct ondertekend. De rechtbank benadrukt het belang van hulp voor de betrokkene en dat dit in overleg met de betrokken instanties moet plaatsvinden, met inachtneming van de wettelijke kaders. Uiteindelijk heeft de rechtbank het verzoek tot voortzetting van de inbewaringstelling afgewezen.