ECLI:NL:RBBRE:2006:AZ4843
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing machtiging meerderjarigenbewind wegens niet opvolgen instructies
Op 7 november 2006 ontving de griffie een verzoek tot machtiging voor betalingen aan de broer van de rechthebbende en aan mr. W.H.P. de Jongh. Dit verzoek werd op 12 december 2006 mondeling behandeld in aanwezigheid van de rechthebbende, haar broer en de Stichting Beschermingsbewind Meerderjarigen. De kantonrechter constateerde dat er nog werkzaamheden aan de woning moesten worden uitgevoerd en dat er een plan van aanpak nodig was om toekomstige uitgaven te reguleren. De rechthebbende diende haar plannen voor woningverbeteringen in volgorde van belangrijkheid te presenteren, vergezeld van offertes. De kantonrechter benadrukte dat zonder goedkeuring van de machtiging geen uitgaven gedaan mochten worden.
In eerdere beschikkingen had de kantonrechter al aangegeven dat de beperkte financiële middelen van de rechthebbende geen ruimte boden voor ondoordachte aankopen. De kantonrechter had eerder alle verzoeken tot aanschaf van goederen afgewezen en een plan van aanpak voorgesteld. Tijdens de zitting bleek dat er al onterecht aankopen waren gedaan zonder goedkeuring, wat de kantonrechter zorgwekkend vond. De broer van de rechthebbende had verklaard dat hij enkele kosten op zich nam, maar de kantonrechter benadrukte dat hij niet zonder tussenkomst van de bewindvoerder en de kantonrechter kon handelen.
De kantonrechter verleende uiteindelijk de gevraagde machtiging voor een wekelijkse uitkering van €50 en een eenmalige uitgave van €300 voor kleding, maar wees het overige verzoek af. De beschikking werd op 13 december 2006 gegeven door mr. W.E.M. Verjans en ondertekend door de griffier. Tegen deze beschikking kan binnen drie maanden hoger beroep worden ingesteld door de verzoeker of andere belanghebbenden.