ECLI:NL:RBBRE:2006:AV4041
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.F.M.Q. Beukers – van Dooren
- J.J.J. Engel
- F.J.P.M. Haas
- Rechtspraak.nl
Belastingheffing bij uitoefening van aandelenopties door werknemers en de kwalificatie van betalingen als kapitaalstorting
In deze zaak heeft de Rechtbank Breda op 6 februari 2006 uitspraak gedaan in een geschil tussen een belanghebbende en de Inspecteur van de Belastingdienst over de fiscale behandeling van betalingen die werknemers deden bij de uitoefening van aandelenopties. De belanghebbende, een vennootschap, verleende opties op aandelen aan haar werknemers en stelde dat de betalingen die deze werknemers deden, naast de uitoefenprijs, als kapitaalstorting moesten worden gekwalificeerd. De rechtbank oordeelde echter dat de betalingen van 1% voor kosten, die in de optieovereenkomst waren vastgelegd, geen informeel kapitaal vormden omdat niet aan het bewustheidsvereiste was voldaan. Dit oordeel was in lijn met een eerder arrest van de Hoge Raad, waarin werd gesteld dat niet elke betaling door een optiehouder als kapitaalstorting moet worden gekwalificeerd.
De rechtbank concludeerde dat de betalingen die de optiehouders deden, voortvloeiden uit hun verplichting om een ‘handling fee’ te betalen en dat deze betalingen niet als kapitaalstorting konden worden aangemerkt. De rechtbank verklaarde het beroep van de belanghebbende ongegrond en wees ook het verzoek om schadevergoeding af. De uitspraak benadrukt het belang van de kwalificatie van betalingen in het belastingrecht en de voorwaarden waaronder betalingen als kapitaalstorting kunnen worden beschouwd.
De zitting vond plaats op 23 januari 2006, waar de belanghebbende werd vertegenwoordigd door [A] en [B], en de Inspecteur door [C] en [D]. De rechtbank heeft de zaak behandeld in het kader van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, waarbij de relevante bepalingen en eerdere jurisprudentie zijn betrokken. De uitspraak biedt inzicht in de fiscale behandeling van aandelenopties en de voorwaarden voor het kwalificeren van betalingen als kapitaalstorting.