1. Uit de verklaring van [J.M.] d.d. 2 april 2002 (p. 1445-1448) blijkt dat verdachte aan [J.M.], één tot drie weken vóór de brand aan de Eikenlaan 8 te Klundert, heeft verteld dat hij, verdachte, van plan was om in te breken in de woning van RvH.
2. Uit de verklaringen van getuige [D.v.d.H.] d.dis 16 en 17 april 2002 (p. 977-979) en de verklaringen van verdachte d.dis 16 en 18 april 2002 (p. 1573-1589) blijkt dat verdachte op vrijdag 15 maart 2002 bij ATM te Moerdijk uit het laboratorium een glazen flesje, gevuld met chloroform, heeft meegenomen.
Uit het rapport van de NFI d.d. 21 mei 2002 blijkt dat in het bloed van Naomi van Heck chloroform werd aangetoond en in het bloed van Asta Rimkute een aanwijzing werd gevonden voor de aanwezigheid van chloroform.
Ten aanzien van het meenemen van de chloroform heeft verdachte verklaard dit te hebben gedaan op verzoek van WB, dit in verband met de verzorging van de wonden van haar honden en om deze honden rustig te kunnen houden. WB heeft in diverse verklaringen evenwel ontkend aan verdachte te hebben verzocht om chloroform voor haar honden mee te nemen danwel van hem chloroform te hebben ontvangen. Ook uit nader door de politie ingesteld onderzoek, waarvan de resultaten zijn weergegeven in het proces-verbaal d.d. 17 april 2002 (p. 983-984), blijkt dat chloroform een oud narcosemiddel is dat tegenwoordig niet meer voor dat doel wordt gebruikt. Gebruik van chloroform als wondverzorgend middel voor dieren is bij een drietal daartoe bevraagde dierenartsen, blijkens voornoemd proces-verbaal, niet bekend.
3. Uit de verklaring van GW d.d. 10 april 2002 (p. 819-827) blijkt dat verdachte aan GW op zaterdag 16 maart 2002, tussen 15.00 uur en 16.00 uur, heeft verteld dat hij, verdachte, door zijn buurvrouw Asta werd afgeperst met een foto waarop hij, verdachte, en Asta stonden terwijl zij seks hadden en dat Asta deze foto in haar bezit had. Verdachte heeft in dat verband tevens verklaard dat hij niet van plan was om zijn gezin door Asta kapot te laten maken.
4. Getuige G, werkzaam als wachtchef bij ATM Moerdijk, heeft zowel op 3 april 2002 tegenover de politie (p. 952) als op 26 februari 2003 tegenover de rechter-commissaris verklaard dat verdachte zeker 14 dagen voor het weekend van de brand aan G heeft gevraagd vrij te kunnen zijn in de nacht van zaterdag 16 maart 2002 op zondag 17 maart 2002.
5. Uit de verklaring van getuige M. d.d. 9 april 2002 (p. 987-988) blijkt dat Asta Rimkute op 16 maart 2002 omstreeks 10.30 nog een nagelbehandeling heeft ondergaan.
6. Uit de verklaring van verdachte d.d. 18 april 2002 (p. 1581-1589) als ook uit zijn verklaring ter terechtzitting blijkt dat verdachte, nadat hij in de nacht van 16 op 17 maart 2002 de woning van JvdM te Klundert had verlaten, tussen circa 01.00 en 03.00/03.30 uur meermalen langs de woning van Asta Rimkute is gereden en zelfs eenmaal met zijn auto de parkeerplaats, gelegen achter de woning aan de Eikenlaan 8, is opgereden.
7. Verdachte heeft tot driemaal toe wisselende verklaringen afgelegd omtrent het binnentreden en het aantreffen van het kluisje in de woning Eikenlaan 8. Zo verklaart verdachte op 17 maart 2002, waarbij verdachte overigens toen nog als getuige door de politie werd gehoord, dat hij omstreeks 11.00 uur 's morgens de betreffende woning zou hebben betreden. Door verdachte wordt in zijn verklaring in het geheel niet gesproken over een kluisje. Op 28 maart 2002 verklaart verdachte dat hij in de vroege ochtend van 17 maart 2002, omstreeks 06.00 - 06.15 uur, de woning aan de Eikenlaan 8 heeft betreden en een kluisje op de trap in de hal zag staan, welk kluisje door hem werd meegenomen. In zijn verklaringen vanaf 11 april 2002 verklaart verdachte ten slotte dat hij, nadat hij daarover door WB zou zijn geïnformeerd, op 17 maart 2002 omstreeks 06.00 - 06.15 uur, het kluisje in de schuur achter de woning aan de Eikenlaan 8 heeft aangetroffen en meegenomen.
8. Uit de verklaringen van getuige H d.dis 17 maart 2002 (p. 159-161) en 28 maart 2002 (p. 162-163) blijkt dat er op 17 maart 2002, tussen 05.30 en 06.00 uur, in de woning aan de Eikenlaan 8 op de zolder en de beide achterkamers op de eerste verdieping licht brandde, welk licht omstreeks 07.00 uur weer uit was. Uit de verklaring van RvH d.d. 22 mei 2002 (p. 320-328) blijkt voorts dat de kluis op de eerste verdieping in één van de achterkamers van de woning aan de Eikenlaan 8 in een witte kast stond. Gelet op deze beide verklaringen volgt hieruit, naar het oordeel van de rechtbank, dat iemand in voornoemde tijdspanne op de achterkamer moet zijn geweest, waar het betreffende kluisje laatstelijk heeft gestaan.
9. GvdK heeft op 28 maart 2002 (p. 1336-1337) verklaard dat verdachte hem in de ochtend van 17 maart 2002 heeft gevraagd om hem, verdachte, een alibi te verschaffen voor de nacht van 16 op 17 maart 2002.
10. Uit de verklaringen van verdachte d.d. 24 en 25 juni 2002 blijkt dat verdachte in de keuken van de woning aan de Eikenlaan 8 uit een pak melk heeft gedronken en dit pak melk vervolgens heeft neergezet. Uit de rapportage van de FTO d.d. 9 april 2003 blijkt dat dit pak melk in de nabijheid van de messenlade is neergezet en dat uit deze messenlade het grootste mes ontbrak. Dit mes, met een lengte van 23,5 cm., werd aangetroffen op de slaapkamervloer nabij het slachtoffer Asta Rimkute. Uit het sectieverslag d.d. 7 mei 2002 van arts en patholoog Hens betreffende Asta Rimkute blijkt onder meer dat bij Rimkute een steekverwonding rechts in de rug met een lengte van 19 cm. werd aangetroffen, welk letsel met een mes zou kunnen zijn veroorzaakt. In de FTO-rapportage van 9 april 2003 wordt voorts expliciet de mogelijkheid opengehouden dat de steekverwondingen zouden kunnen zijn toegebracht met het op de vloer van de slaapkamer aangetroffen vleesmes.
De rechtbank is, gelet op het vorenstaande, van oordeel dat Asta Rimkute is gestoken met vleesmes dat uit de messenlade van de keuken ontbrak en op de slaapkamervloer is teruggevonden.
11. Uit de rapportage van het FTO d.d. 9 april 2003 blijkt dat de grote staande klok in de woonkamer van de woning Eikenlaan 8 van zijn plaats is verschoven en stil is komen te staan op 06.30 uur, dan wel 18.30 uur.