ECLI:NL:RBBRE:2002:AF0534
Rechtbank Breda
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Vonnis in kort geding over ontruiming van COW-woning door asielzoekers
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Breda op 13 november 2002 uitspraak gedaan in een kort geding tussen het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) als eiser en vijf gedaagden, die asielzoekers zijn. Eiser vorderde de ontruiming van een COW-woning die door gedaagden werd bewoond, omdat zij volgens eiser sinds 9 augustus 2002 zonder recht of titel in de woning verbleven. Gedaagden hebben de vordering bestreden en voerden aan dat zij afkomstig zijn uit Centraal-Irak en dat er een vertrekmoratorium geldt voor hun regio. Daarnaast stelden zij dat zij te maken hebben met persoonlijke en medische omstandigheden die hen verhinderen om terug te keren naar hun land van herkomst.
De voorzieningenrechter heeft de argumenten van gedaagden overwogen, waaronder de stelling dat de overval en gijzeling die zij hebben meegemaakt een grote impact op hun leven heeft gehad. De rechter oordeelde dat, hoewel de vordering van eiser op basis van de feiten in beginsel gegrond leek, de humanitaire omstandigheden van gedaagden zwaarder wogen. De rechter heeft vastgesteld dat gedaagden de gelegenheid moeten krijgen om onder gunstige omstandigheden te herstellen van hun ervaringen en dat ontruiming op humanitaire gronden niet mag worden toegestaan.
Uiteindelijk heeft de voorzieningenrechter de vordering van eiser afgewezen en eiser in de kosten van het geding verwezen. Dit vonnis is uitgesproken in het openbaar en is een belangrijke uitspraak in het kader van de rechten van asielzoekers en de afweging van humanitaire omstandigheden in juridische procedures.