ECLI:NL:RBBRE:2001:AB0517
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Kooijman
- Rechtspraak.nl
Tussentijdse vaststelling van het salaris en de forfaitaire verschotten van de curator in faillissement
Op 6 maart 2001 heeft de Rechtbank Breda uitspraak gedaan in een zaak betreffende de tussentijdse vaststelling van het salaris en de forfaitaire verschotten van de curator in het faillissement van Y. De curator, mr. X, had verzocht om zijn salaris en forfaitaire verschotten vast te stellen voor de periode van 4 september tot en met 30 november 2000. Hij stelde een bedrag voor van f.23.732,35 voor zijn salaris en f.1.124,23 voor de forfaitaire verschotten, vergezeld van een uurspecificatie en een voorstel conform het Zwolse model.
Tijdens de zitting heeft de curator aanvullende stukken overgelegd, waaronder een tijdlijst en correspondentie. De rechtbank heeft de curator gevraagd om een nadere toelichting op de grote hoeveelheid ingekomen brieven die in de uurspecificatie waren vermeld. De curator heeft verklaard dat KPN niet altijd alle voor de boedel bestemde post direct doorstuurt en dat zijn secretaresse alle binnengekomen post op een tijdlijst noteert. De rechtbank heeft echter vastgesteld dat de tijdlijst te summier en gebrekkig was om als basis voor de uurspecificatie te dienen.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat de curator zijn declaratie niet voldoende heeft kunnen onderbouwen. Daarom heeft de rechtbank besloten om de declaratie te matigen. De rechtbank heeft het salaris van de curator vastgesteld op f.15.775,--, exclusief b.t.w., en de forfaitaire verschotten op f.744,90, exclusief b.t.w. Deze beslissing is genomen in raadkamer door mr. Kooijman.