3.1
Op grond van de niet of onvoldoende weersproken stellingen van partijen en de overgelegde producties wordt uitgegaan van de navolgende feiten:
De VvE is eigenares van een appartementencomplex met ondergelegen parkeerkelder aan de Middellaan te Breda.
De gemeente is eigenares van het naastgelegen perceel dat omgrensd wordt door de Middellaan, de Nieuwe Prinsenkade en de Nijverheidssingel.
De gemeente is voornemens op voormeld perceel, naast het appartementen-complex van de VvE een parkeergarage, te noemen "De Prins" op te richten.
In opdracht van de gemeente heeft Ingenieurs- en architectenbureau Haskoning te Nijmegen op 22 juni 1999 een rapport uitgebracht genaamd "Alternatieven grond- en waterkering en fundatiesysteem Parkeergarage de Prins te Breda".
Blijkens voornoemd rapport heeft de parkeergarage een oppervlakte van circa 80 x 90 meter, bestaat de parkeergarage uit twee ondergrondse parkeerlagen (niveau -1 en -2) en zal op een deel van het dak van de parkeergarage (begane grond) hoogbouw worden gerealiseerd. De parkeergarage wordt aan drie zijden ingesloten door wegen, te weten: de Middellaan, de Nieuwe Prinsenkade en de Nijverheidssingel. Aan de vierde zijde wordt bestaande bebouwing (het complex van de VvE) aangetroffen direct naast de kerende constructie van de parkeergarage. De bestaande bebouwing is onderkelderd en op palen gefundeerd. Verder geeft het rapport aan dat voor het oprichten van de parkeergarage een gesloten bouwput zal worden gevormd, waarbij de kerende constructie aan de zijde van het appartementencomplex zal bestaan uit een overlappende verbuisde schroefpalenwand. Deze constructie is volgens voornoemd rapport gekozen om horizontale uitbuiging van de wanden tot een minimum te beperken. Ter verankering van deze wanden zullen 20 meter lange schroefinjectieankers worden aangebracht (hierna te noemen ankers), die schuin door de damwand onder het belendende perceel worden gebracht. Deze ankers dienen er voor om uitbuiging van de damwand zoveel mogelijk tegen te gaan en zettingen achter de wand en daarmee onder het belendende perceel zoveel mogelijk te voorkomen.
Haskoning geeft in voornoemd rapport onder de kop “Grond- en waterkering” als alternatief voor de verankering aan: het afstempelen op een dan al gerealiseerd gedeelte van de keldervloer van de parkeergarage.
Op 9 december 1999 heeft Ingenieursbureau Geotechniek te Rotterdam een rapport uitgebracht genaamd "Tweede mening over geotechnische aspecten Parkeergarage de Prins te Breda". In dit rapport wordt het alternatief van afstempelen besproken in verband met het feit dat bij verankering nabij de funderingspalen onder de bestaande bebouwing voldoende afstand moet worden gehouden, waarbij ter sprake wordt gebracht dat bij uitdetaillering mogelijk kan blijken dat de h.o.h afstanden van de ankers moeilijk realiseerbaar zijn, terwijl ter plaatse van de randpalen van het belendende perceel deze het meeste nodig zijn.
Geruime tijd geleden heeft de gemeente aan de VvE instemming verzocht om in de grond tussen de funderingspalen van het appartementencomplex onder de parkeergarage van de VvE ankers te plaatsen ten behoeve van het werk parkeergarage De Prins.
De VvE heeft geen toestemming willen verlenen voor de plaatsing van ankers in de bodem onder haar appartementencomplex omdat zij vreest dat de ankers de fundering van het appartementencomplex zullen beschadigen.
Het overleg tussen partijen over "toestemming van de VvE tegen door de gemeente te verstrekken zekerheid" is gestrand na een brief van de gemeente aan de VvE van 19 oktober 2000, waarin de gemeente het standpunt inneemt dat voor de plaatsing van ankers geen toestemming van de VvE is vereist, omdat de VvE naar haar mening geen belang heeft zich daartegen te verzetten.
De VvE heeft de gemeente op 1 november 2000 nogmaals medegedeeld dat zij geen toestemming verleent voor het plaatsen van de ankers omdat zij vreest voor schade aan haar eigendom, maar heeft zich wel bereid verklaard tot overleg met de gemeente over een oplossing.
Bij brieven van 28 en 30 november 2000 heeft de VvE de gemeente gesommeerd zich te onthouden van het aanbrengen van ankers onder haar eigendom.
De gemeente is op 30 november 2000 begonnen met het plaatsen van de ankers in de bodem onder het appartementencomplex van de VvE.
Op 30 november 2000 heeft de VvE de gemeente op de hoogte gesteld van het onderhavige kort geding.