ECLI:NL:RBASS:2012:BX8637
Rechtbank Assen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid van een vennootschap onder firma voor schade aan de vloer
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Assen op 4 september 2012, stond de aansprakelijkheid van de vennootschap onder firma S&B projectstoffering centraal. De eiser, vertegenwoordigd door Stichting Achmea Rechtsbijstand, had een vordering ingesteld tegen S&B en twee gedaagden, waaronder een vennoot van S&B. De kern van het geschil betrof de schade aan de vloer in de woning van de eiser, waarbij de eiser stelde dat S&B hem niet had gewezen op de slechte staat van de ondervloer. De kantonrechter oordeelde dat de vennoot van S&B als materiële procespartij diende te worden beschouwd, maar dat de overgelegde verklaringen niet voldoende bewijs boden om de aansprakelijkheid van S&B te ontkennen. De kantonrechter wees erop dat de verklaringen niet onder ede waren afgelegd en dat de kantonrechter de getuigen niet had kunnen ondervragen over de precieze omstandigheden. Dit leidde tot de conclusie dat S&B niet in het bewijs was geslaagd en dat zij aansprakelijk was voor de schade aan de vloer. De kantonrechter schatte de kosten van herstel op € 250,00 en kende een schadevergoeding van € 2.183,00 toe aan S&B in reconventie. De vordering van de eiser werd afgewezen, en hij werd veroordeeld in de proceskosten. Het vonnis werd uitgesproken in het openbaar en is uitvoerbaar bij voorraad.