ECLI:NL:RBASS:2012:BX8445

Rechtbank Assen

Datum uitspraak
4 september 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
339640 - CV EXPL 12-1187
Instantie
Rechtbank Assen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding van de huurovereenkomst wegens huurachterstand en verzoek om termijn voor betaling

In deze zaak heeft de Rechtbank Assen op 4 september 2012 uitspraak gedaan in een geschil tussen de stichting Domesta en een gedaagde huurder. De eisende partij, Domesta, vorderde de ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning vanwege een aanzienlijke huurachterstand. De huurachterstand op het moment van dagvaarding bedroeg € 1.451,28, inclusief sommatiekosten. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de huurder niet in staat was om binnen een termijn van één maand zijn verplichtingen na te komen, wat leidde tot de afwijzing van het verzoek om een termijn de grâce. De kantonrechter oordeelde dat het tijdig betalen van huur de hoofdverplichting van de huurder is en dat de achterstand van meer dan vier maanden de ontbinding van de huurovereenkomst rechtvaardigde.

De procedure begon met een dagvaarding op 17 februari 2012, gevolgd door een conclusie van antwoord en nadere toelichtingen van beide partijen. De kantonrechter heeft de feiten vastgesteld, waaronder de huurprijs en de hoogte van de huurachterstand. De gedaagde had verzocht om een betalingsregeling, maar de kantonrechter oordeelde dat Domesta geen verplichting had om een betalingsregeling te accepteren, aangezien dit niet in de huurovereenkomst was vastgelegd. De kantonrechter heeft uiteindelijk de vorderingen van Domesta toegewezen, de huurovereenkomst ontbonden en de gedaagde veroordeeld tot betaling van de huurachterstand en proceskosten.

De uitspraak benadrukt het belang van tijdige huurbetalingen en de gevolgen van een aanzienlijke huurachterstand voor de huurovereenkomst. De kantonrechter heeft de gedaagde in het ongelijk gesteld en de ontruiming van de woning bevolen, met een termijn van veertien dagen na betekening van het vonnis.

Uitspraak

RECHTBANK Assen
Sector kanton
Locatie Assen
zaak-/rolnummer: 339640 \ CV EXPL 12-1187
Vonnis van de kantonrechter van 4 september 2012
in de zaak van
de stichting Stichting Domesta,
hierna te noemen: Domesta,
gevestigd te Emmen,
eisende partij,
gemachtigde: Tijhuis & Partners,
tegen
[gedaagde],
hierna te noemen: [gedaagde],
wonende te [adres],
gedaagde partij,
procederende in persoon.
1. De procedure
1.1 Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 17 februari 2012 met één productie;
- de conclusie van antwoord;
- de nadere toelichtingen van partijen bij conclusies van repliek en dupliek;
- de akte uitlating producties, tevens akte vermindering eis van de zijde van Domesta.
1.2 Ten slotte is de datum voor het vonnis nader vastgesteld op vandaag.
2. De vaststaande feiten
2.1 De kantonrechter gaat uit van de volgende feiten, die vaststaan omdat ze niet of niet voldoende zijn betwist en/of blijken uit de in zoverre onweersproken gelaten inhoud van de overgelegde producties.
2.2 Domesta verhuurt aan [gedaagde] voor onbepaalde tijd de woning c.a., staande en gelegen aan de [adres]. De huurprijs bedroeg tot 1 juli 2012 € 316,43 en sinds 1 juli 2012 € 323,16, bij vooruitbetaling te voldoen.
2.3 Op het moment van het uitbrengen van de dagvaarding bedroeg de huurachterstand
€ 1.451,28, inclusief sommatiekosten van € 47,50.
2.4 [gedaagde] is aangemaand en gesommeerd om de achterstand te betalen. Op 10 juli 2012 bedroeg de achterstand nog € 774,84.
3. De vordering en het verweer, samengevat en zakelijk weergegeven
3.1 Domesta vordert na vermindering van de eis de ontbinding van de huurovereenkomst, de ontruiming van het gehuurde, de betaling van de huurachterstand van een bedrag van € 774,84, van € 316,43 per maand vanaf 1 maart 2012 tot aan de ontruiming en van € 357,00 aan buitengerechtelijke kosten. Domesta vordert daarnaast rente en de veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten. Domesta baseert zich voor haar vordering op de vaststaande feiten en stelt daartoe nog het volgende. Hoewel er enkele keren telefonisch contact is geweest tussen de gemachtigde van Domesta en [gedaagde], is er geen betalingsregeling tot stand gekomen; concrete voorstellen heeft [gedaagde] niet gedaan. Pas sinds [gedaagde] een overeenkomst tot budgetbeheer is aangegaan met de Gemeentelijke Kredietbank te Assen (hierna: de GKB), is Domesta akkoord gegaan met een betalingsregeling van € 100,00 per maand onder verband van vonnis. Op 6 juli 2012 heeft de GKB contact opgenomen met de gemachtigde van Domesta met de mededeling dat zij niet tijdig aan de betalingsregeling kon voldoen. Omdat Domesta tevens vernam dat [gedaagde] zich al eens eerder had terug-getrokken voor hulp van de GKB - te weten op 1 augustus 2011 - heeft Domesta aan de GKB laten weten dat zij op 10 juli 2012 vonnis zal vragen. Domesta stelt verder dat [gedaagde] ondanks sommatie het bedrag van de huurachterstand niet heeft betaald. Domesta heeft haar vordering uit handen gegeven. [gedaagde] moet aan Domesta daarom de buitengerechtelijke kosten betalen.
3.2 [gedaagde] heeft de achterstand niet tegengesproken. Hij heeft als verweer gevoerd dat hij naar aanleiding van de conclusie van repliek van Domesta bij brief van 13 april 2012 een betalingsregeling heeft voorgesteld. Ondank vele telefoontjes nadien van [gedaagde] heeft Domesta pas bij brief van 23 mei 2012 gereageerd dat zij niet akkoord ging omdat [gedaagde] niet bij een officiële instantie zou zitten die zijn belangen behartigt. Inmiddels heeft [gedaagde] een overeenkomst tot budgetbeheer gesloten met de GKB. Hij vraagt de kantonrechter om de executie van de ontruiming te schorsen en aan [gedaagde] een betalingstermijn toe te staan.
De beoordeling
4. De hoogte van de zuivere huurachterstand op de datum van de dagvaarding bedroeg
€ 1.403,78, ofwel ruim vier maanden. Een dergelijke achterstand rechtvaardigt de ontbinding van de huurovereenkomst. Het tijdig betalen van de huur is immers de hoofdverplichting van de huurder.
5. De achterstand bedroeg op 10 juli 2012 nog € 774,84. De kantonrechter heeft geen reden om aan de opgave van Domesta te twijfelen. [gedaagde] vraagt om schorsing en om een betalingstermijn toe te staan. De kantonrechter overweegt dat art. 7:280 van het Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) aan hem de mogelijkheid biedt de huurder een termijn toe te staan van één maand om aan diens verplichtingen te voldoen; de zogenaamde terme de grâce. [gedaagde] heeft echter niet gesteld, laat staan aannemelijk gemaakt dat hij in staat is binnen één maand de achterstand geheel te voldoen. De kantonrechter zal dit verzoek dan ook niet toewijzen.
6. De kantonrechter heeft niet de bevoegdheid aan Domesta een betalingsregeling op te leggen. Gesteld noch gebleken is dat de huurovereenkomst tussen partijen hierin voorziet. En op grond van art. 6:29 BW hoeft Domesta betaling in termijnen niet te accepteren. Voor het treffen van een betalingsregeling dient [gedaagde] zich te wenden tot (de gemachtigde van) Domesta.
7. De vorderingen zijn verder niet betwist en worden daarom als volgt toegewezen. De kantonrechter stelt de termijn van ontruiming op twee weken na betekening van dit vonnis.
8. [gedaagde] wordt in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten dragen zoals hierna in de beslissing is vermeld.
De beslissing
De kantonrechter:
ontbindt de huurovereenkomst tussen partijen met betrekking tot de woning aan [adres];
veroordeelt [gedaagde] om binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis de woning met alles en iedereen te verlaten en te ontruimen en de sleutels af te geven aan Domesta;
veroordeelt [gedaagde] om aan Domesta te betalen € 774,84, berekend tot 1 juli 2012, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 1.403,78 vanaf 17 februari 2012 tot 1 juli 2012 en over € 774,84 vanaf 1 juli 2012 tot aan de dag van volledige betaling, alsmede tot betaling van € 357,00 wegens buitengerechtelijke incassokosten;
veroordeelt [gedaagde] tot betaling van een bedrag van € 323,16, te vermeerderen met de eventueel wettelijk toegestane huurverhogingen, voor iedere maand of gedeelte daarvan dat hij de woning vanaf heden in gebruik heeft tot aan de ontruiming;
veroordeelt [gedaagde] tot betaling van de proceskosten, tot deze uitspraak aan de zijde van Domesta begroot op € 98,20 aan dagvaardingskosten, € 437,00 aan vast recht en € 375,00 aan salaris gemachtigde;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. G.J.J. Smits en in het openbaar uitgesproken op 4 september 2012.
typ/conc: 220 / GJJS
coll: