ECLI:NL:RBASS:2012:BW3593

Rechtbank Assen

Datum uitspraak
3 april 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
19/830348-11
Instantie
Rechtbank Assen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake woninginbraken door jeugdige verdachte met psychische beperkingen

In deze zaak heeft de Rechtbank Assen op 3 april 2012 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan twee woninginbraken en een poging daartoe. De verdachte, die net achttien jaar oud was, heeft bij de woninginbraken aanzienlijke schade veroorzaakt, waaronder het verlies van onvervangbare familiefoto's. De rechtbank heeft rekening gehouden met de jeugdige leeftijd van de verdachte en de psychische beperkingen die uit de reclasseringsrapportage naar voren kwamen. De verdachte woont momenteel met begeleiding op kamers en heeft een dagbesteding waarbij hij kinderspeelgoed en fietsen repareert. De rechtbank heeft de landelijke oriëntatiepunten voor woninginbraken in overweging genomen, die doorgaans uitgaan van een gevangenisstraf van drie maanden voor één woninginbraak. Echter, gezien de omstandigheden van de verdachte, heeft de rechtbank besloten om een voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen van drie maanden, waarvan twee maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. Daarnaast is er een taakstraf van 120 uur opgelegd, met de mogelijkheid van vervangende hechtenis indien de taakstraf niet naar behoren wordt uitgevoerd. De rechtbank heeft ook bijzondere voorwaarden verbonden aan de voorwaardelijke straf, waaronder reclasseringstoezicht en ambulante behandeling voor de drugsverslaving van de verdachte. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van het primair tenlastegelegde, maar heeft de subsidiaire en andere tenlasteleggingen bewezen verklaard. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, waarbij de voorzitter en de rechters de zaak hebben behandeld en de griffier de uitspraak heeft vastgelegd.

Uitspraak

RECHTBANK ASSEN
Sector strafrecht
Parketnummers: 19/830348-11
19/700124-11 (vordering na voorwaardelijke veroordeling)
vonnis van de meervoudige kamer d.d. 3 april 2012 in de zaken van het openbaar ministerie tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1993,
wonende te [adres].
Het onderzoek ter terechtzitting heeft plaatsgehad op 20 maart 2012.
Verdachte/veroordeelde is verschenen en werd bijgestaan door mr. Y. Kikkert, advocaat te Assen.
Tenlastelegging
De verdachte is bij dagvaarding tenlastegelegd, dat
1.
hij op of omstreeks 10 december 2011, te Roden, in de gemeente Noordenveld, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van weder-rechtelijke toe-eigening in/uit/vanaf een woning, (gelegen aan of bij de [adres], aldaar), heeft weggenomen een of meer toiletartikel(en) en/of sigaretten en/of een etui en/of (een) hoeveelhe(i)d(en) geld en/of een (antiek) kastslot en/of een (zilveren) speldje en/of een vuilniszak, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking, inklimming en/of een valse sleutel;
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, terzake dat
hij op of omstreeks 10 december 2011, te Roden, in de gemeente Noordenveld, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit/vanaf een woning, (gelegen aan of bij de [adres], aldaar), weg te nemen een of meer goed(eren) van zijn gading, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot die woning te verschaffen en/of die/dat weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen een raam van die woning met een breekijzer heeft geforceerd en/of (vervolgens) door dat raam naar binnen is gekropen en/of (vervolgens) in de woning (met behulp van een zaklamp) zoekend heeft rondgekeken naar goederen van zijn gading, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
2.
hij op of omstreeks 5 december 2011, althans in de maand december 2011, te Roden, in de gemeente Noordenveld, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit/vanaf een woning, (gelegen aan of bij [adres], aldaar), heeft weggenomen een laptop en/of een (digitale) camera (met toebehoren) en/of een horloge en/of (een) hoeveelhe(i)d(en) (buitenlands) geld en/of een gouden tientje, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking, inklimming en/of een valse sleutel;
3.
hij op of omstreeks 5 december 2011, althans in de maand december 2011, te Roden, in de gemeente Noordenveld, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit/vanaf een woning, (gelegen aan of bij de [adres], aldaar), heeft weggenomen een of meer gsm('s) en/of een computer (merk Medion) en/of randapparatuur (harde schijven) en/of identiteitspapier(en) en/of (bank)pas(sen) en/of een (foto)camera (met toebehoren) en/of een hoeveelheid geld en/of een (metalen) doosje en/of zilveren lepeltje(s) en/of sleutel(s), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking, inklimming en/of een valse sleutel.
Kennelijke taal- en/of schrijffouten in de tenlastelegging worden geacht te zijn verbeterd. De verdachte is daardoor, blijkens het onderzoek ter terechtzitting, niet geschaad in de verdediging.
De rechtbank zal, waar in de tenlastelegging staat “verdachte en/of zijn mededader(s)” lezen alsof daar staat “verdachte en/of zijn medeverdachte(n)”. De term mededader namelijk impliceert dat verdachte ook als dader moet worden aangemerkt, hetgeen in strijd is met de
presumptie van onschuld: een verdachte dient tot aan het moment van onherroepelijke bewezenverklaring van het hem tenlastegelegde voor onschuldig te worden gehouden.
De voorvragen
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zijzelf bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie, mr. A.M. de Vries, acht hetgeen onder 1. subsidiair, 2. en 3. is tenlastegelegd wettig en overtuigend bewezen en vordert dat de rechtbank als volgt zal beslissen: zes maanden voorwaardelijke gevangenisstraf met een proeftijd van twee jaren en de bijzondere voorwaarde van reclasseringstoezicht, hetgeen mede kan inhouden begeleid wonen instelling en ambulante forensische diagnostiek en vervolgbehandeling indien gediagnosticeerd, ambulante verslavingszorg en COVA+training. Voorts een taakstraf, bestaande uit een werkstraf van 240 uur subsidiair 120 dagen hechtenis met aftrek van voorarrest en toewijzing van de vordering na voorwaardelijke veroordeling.
Vrijspraak
De verdachte dient van het onder 1. primair tenlastegelegde te worden vrijgesproken, omdat de rechtbank dit, evenals de officier van justitie en de raadsvrouw van verdachte niet wettig en overtuigend bewezen acht.
Hetgeen de rechtbank bewezen acht
De rechtbank acht wettig bewezen en zij heeft de overtuiging verkregen dat de verdachte het onder 1. subsidiair en 2. en 3. tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
1.
hij op 10 december 2011, te Roden, in de gemeente Noordenveld, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning, gelegen aan de [adres] aldaar, weg te nemen goederen van zijn gading, toebehorende aan [benadeelde], en zich daarbij de toegang tot die woning te verschaffen door middel van braak, met zijn medeverdachte een raam van die woning met een breekijzer heeft geforceerd en vervolgens door dat raam naar binnen is gekropen en vervolgens in de woning met behulp van een zaklamp zoekend heeft rondgekeken naar goederen van zijn gading, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
2.
hij op 5 december 2011 te Roden, in de gemeente Noordenveld, tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning, gelegen aan [adres] aldaar, heeft weggenomen een laptop en een digitale camera met toebehoren en een horloge en hoeveelheden buitenlands geld en een gouden tientje, toebehorende aan [benadeelde], waarbij verdachte en zijn medeverdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft door middel van braak;
3.
hij op 5 december 2011 te Roden, in de gemeente Noordenveld, tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning, gelegen aan de [adres] aldaar, heeft weggenomen een of meer gsm' s en een computer (merk Medion) en randapparatuur (harde schijven) en identiteitspapieren en bankpassen en een fotocamera met toebehoren en een hoeveelheid geld en een metalen doosje en zilveren lepeltjes en sleutels, toebehorende aan [benadeelde], waarbij verdachte en zijn medeverdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft door middel van braak.
De in de bewijsmiddelen genoemde feiten en omstandigheden zijn redengevend voor hetgeen de rechtbank bewezen acht. Het in de bewijsmiddelen opgenomen andere geschrift is uitsluitend gebruikt in verband met de inhoud van andere bewijsmiddelen. Elk bewijsmiddel is slechts gebruikt voor het bewijs van het feit, waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
De verdachte zal van het onder 1. subsidiair en 2. en 3. meer of anders tenlastegelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Kwalificaties
Het bewezen geachte levert respectievelijk op:
onder 1. subsidiair:
poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak,
strafbaar gesteld bij artikel 311 in verbinding met de artikelen 310 en 45 van het Wetboek van Strafrecht;
onder 2.:
diefstal door twee of meer verenigde personen waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak,
strafbaar gesteld bij artikel 311 in verbinding met artikel 310 van het Wetboek van Strafrecht;
onder 3.:
diefstal door twee of meer verenigde personen waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak,
strafbaar gesteld bij artikel 311 in verbinding met artikel 310 van het Wetboek van Strafrecht.
Strafbaarheid
De rechtbank acht de verdachte strafbaar, omdat geen strafuitsluitingsgronden aanwezig worden geacht.
Strafmotivering
De rechtbank neemt bij de bepaling van de hierna te vermelden straffen in aanmerking de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze feiten zijn begaan, hetgeen de rechtbank uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken omtrent de persoon van de verdachte, de eis van de officier van justitie, het pleidooi van de raadsvrouw van de verdachte, de oriëntatiepunten voor de straftoemeting en de inhoud van het de verdachte betreffende uittreksel uit het algemeen documentatieregister d.d. 23 februari 2012, waaruit blijkt dat de verdachte eerder ter zake van een misdrijf is veroordeeld.
De officier van justitie heeft een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden en een onvoorwaardelijke taakstraf van 240 uren gevorderd.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan twee woninginbraken en één poging daartoe. Bij de woninginbraken is de slachtoffers veel nadeel berokkend, onder andere het verlies van een grote hoeveelheid onvervangbare familiefoto’s. Daarnaast roepen woninginbraken gevoelens van onveiligheid op bij de slachtoffers en bij de samenleving in het algemeen.
De landelijke oriëntatiepunten voor woninginbraak gaan dan ook uit van drie maanden gevangenisstraf voor één woninginbraak.
De rechtbank houdt evenwel rekening met de jeugdige leeftijd van verdachte, die net achttien was geworden en met de over hem uitgebrachte reclasseringsrapportage waaruit blijkt dat verdachte te kampen heeft met psychische beperkingen en dat verdachtes leven intussen een andere wending heeft genomen. Hij woont thans met begeleiding op kamers en heeft een dagbesteding: hij repareert kinderspeelgoed en kinderfietsen op vrijwillige full-time basis. De begeleiding is zeer tevreden over hem.
Gelet op deze omstandigheden zal de rechtbank volstaan met het opleggen van een gevangenisstraf, waarvan het onvoorwaardelijk deel ongeveer gelijk is aan het voorarrest en zal de rechtbank ook de omvang van de op te leggen taakstraf beperken. De rechtbank zal voorts een voorwaardelijke gevangenisstraf opleggen, om te voorkomen dat verdachte in de toekomst weer in de fout gaat.
Deze strafmodaliteit leidt er tevens toe dat het voorarrest bij de uitvoering van de onvoorwaardelijk op te leggen gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht, zodat verdachte niet meer terug hoeft naar de gevangenis en dat verdachte het volle aantal uren van de op te leggen taakstraf zal dienen te werken.
Aan de voorwaardelijke gevangenisstraf zal de rechtbank na te noemen bijzondere voorwaarden verbinden.
Vordering tenuitvoerlegging na voorwaardelijke veroordeling onder parketnummer 19/700124-11
De rechtbank acht de vordering van de officier van justitie toewijsbaar nu de verdachte, eerder veroordeeld tot een voorwaardelijke straf bij vonnis van de kinderrechter te Assen d.d. 18 mei 2011, zich tijdens de proeftijd heeft schuldig gemaakt aan strafbare feiten.
De rechtbank zal gelasten dat de niet tenuitvoergelegde straf alsnog zal worden tenuitvoergelegd.
Toepassing van wetsartikelen
De rechtbank heeft mede gelet op de artikelen 10, 14a, 14b, 14c, 14d, 14g, 14h, 14i, 14j, 22c, 22d, 27 en 57 van het Wetboek van Strafrecht.
Beslissing van de rechtbank
De rechtbank verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte onder 1. primair is tenlastegelegd en spreekt de verdachte daarvan vrij.
De rechtbank verklaart bewezen dat het onder 1. subsidiair en 2. en 3. tenlastegelegde, zoals hierboven is omschreven, door de verdachte is begaan, stelt vast dat het aldus bewezen verklaarde oplevert de strafbare feiten zoals hierboven is vermeld en verklaart de verdachte deswege strafbaar.
De rechtbank verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte onder 1. subsidiair en 2. en 3. meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
De rechtbank veroordeelt de verdachte tot:
* gevangenisstraf voor de duur van drie maanden, waarvan een gedeelte, groot twee maanden, voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren,
en
* een taakstraf, bestaande uit 120 uren werkstraf, zijnde het verrichten van onbetaalde arbeid met bevel dat, voor het geval de verdachte deze werkstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis voor de duur van zestig dagen zal worden toegepast.
De rechtbank beveelt, dat de voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf niet zal worden tenuitvoergelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond, dat de verdachte zich voor het einde van voormelde proeftijd aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt,
of gedurende die proeftijd de hierna te vermelden bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd.
De rechtbank stelt als bijzondere voorwaarden dat de verdachte zich gedurende de proeftijd zal gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen hem te geven door of namens de afdeling Reclassering van het Leger des Heils, hetgeen mede inhoudt dat de verdachte zich moet houden aan de aanwijzingen die de reclassering hem geeft. Daartoe moet hij zich binnen vijf dagen volgend op het onherroepelijk vonnis melden bij de reclassering. Hierna moet hij zich blijven melden zo frequent als de reclassering dit nodig acht. Voorts zal verdachte verblijf houden in de begeleid-wonen-instelling van “Jan Arends” te Groningen, of een soortgelijke instelling, zolang de reclassering dat nodig acht. Daarnaast dient verdachte zich ambulant te laten behandelen voor zijn drugsverslaving en dient hij de Cognitieve vaardigheidstraining PLUS (COVA+) te volgen, indien en zolang de reclassering dat nodig acht.
De rechtbank draagt voornoemde reclasseringsinstelling op verdachte bij de naleving van de voorwaarden hulp en steun te verlenen.
De rechtbank beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht.
Beslissing op de vordering na voorwaardelijke veroordeling onder parketnummer 19/700124-11
De rechtbank gelast de tenuitvoerlegging van de bij vonnis d.d. 18 mei 2011 door de kinderrechter te Assen gewezen voorwaardelijke werkstraf van 25 uren.
Dit vonnis is gewezen door mr. B.I. Klaassens, voorzitter, en mr. E.C.M. Wolfert en mr. C. Brouwer, rechters, in tegenwoordigheid van R.C. Sprong, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van de rechtbank op 3 april 2012.
Mr. Brouwer is buiten staat dit vonnis binnen de door de wet gestelde termijn mede te ondertekenen.